Waarom de eerste zwangerschap verschilt met de tweede
O, die eerste keer dat je zwanger bent…. Hoe anders is die tweede! Ook spannend hoor, en tuurlijk moet die babykamer af, maar euh…. komt wel goed toch? Dit is hoe anders het is….
Lees ook: 14 lessen die je leert als je een tweede kind krijgt
1. Voorbereiding
Eerste keer: Alle boeken lezen
Duik in je weeën, Veilig Zwanger, Krijg nou tieten, Zwangerschapsyoga, Zwanger voor Dummies – toen ik zwanger was van Liv las ik zo’n beetje elk boek over zwangerschap en de bevalling. Ik wilde weten wat er in mijn lijf gebeurde, hoe de baby zich ontwikkelde en wat me te wachten zou staan tijdens de bevalling. Bladzijden die in mijn ogen belangrijke passages bevatten voorzag ik van gele plakkertjes, voor het geval dat. Lichtelijk hysterisch, ja, vind ik zelf nu ook. Na acht maanden vroeg mijn man bezorgd wanneer ik weer eens normaal boek ging lezen. Dat gebeurde niet.
Tweede keer: nul boeken lezen
Met een rondlopende dreumes van anderhalf was ik al blij als ik af en toe anderhalve bladzijde uit een tijdschrift kon lezen. De enige boeken die ik “las”, waren Nijntje en Dikkie Dik. Bovendien: ik voelde helemaal niet de behoefte om te lezen over voorweeën, bandenpijn en de nageboorte. Been there, done that.
2. Eten
Eerste keer: zo gezond mogelijk
Ik gruwelde altijd van haring, moest bijna kokhalzen als ik zag hoe anderen bij de visboer een stukje haring naar binnen lieten glijden. Getver. Maar toen ik zwanger was, ontwikkelde ik een craving, voor, jawel, haring. Toen ik bij de visboer las dat vette vis (haring dus) goed is voor de ontwikkeling van de hersenen bij baby’s, was het hek helemaal van de dam. Minstens drie keer per week haalde ik een haring. Uitjes en augurk erbij – hemels! Ook at ik bewust extra groenten en fruit, dronk 1 koffie per dag en hield me strikt aan de lijst met andere ‘verboden’ voedingsmiddelen. Schoot al in de stress van een plakje genuttigde brie.
Tweede keer: minder strikt
Toen bleek dat ik na de eerste zwangerschap ondanks een paar “zondes” toch een kerngezond en prachtig kind op de wereld had gezet, was ik stukken minder krampachtig. At sushi (bij het Okura Hotel, dat dan weer wel) en dronk zelfs een glas rode wijn. Mijn craving voor haring kwam niet terug, wel kreeg ik enorme trek in kaasburgers en Ben & Jerry’s Cookie Doug. En guess what? Ook nummer twee kwam blakend van gezondheid ter wereld.
3. Zorgen
Eerste keer: ontelbaar veel
Groeit de baby wel goed? Waar komen die krampen vandaan? Eet ik wel gezond genoeg? Groeit de baby wel goed? OMG, ik heb een paar glazen wijn gedronken, toen ik nog niet wist dat ik zwanger was – wat als ik een gehandicapt kind krijg? Hoe moeten we hem of haar noemen? Is mijn buik niet te klein? Te groot? Moeten we niet verhuizen? Groeit de baby wel goed? Kan ik mijn haren wel verven? Wat betekenen die steken onderin mijn buik? And the list goes on and on…
Tweede keer: je hebt er maar 1
Ik had maar een zorg te weten: zal ik ooit nog normaal slapen?
4. De bevalling
Eerste keer: voorbereiden is alles
Ik wist precies hoe ik het wilde: thuis met rustgevende muziek op de achtergrond en de kaarsjes aan. Midden in mijn huiskamer stond zelfs een bed dat ik huurde van de thuiszorg. Onder geen beding wilde ik een ruggenprik. Dit klusje zou ik wel even klaren. Op eigen kracht. Althans, dat had ik gelezen in de boeken. Arme, onwetende ik. Mijn bevalling duurde bijna 24 uur. Na een etmaal intens pijnlijke weeën opvangen wilde ik nog maar één ding, of eigenlijk wilde ik er twee: het ziekenhuis en ruggenprik! Ik kan het iedereen aanraden.
Tweede keer: het zal wel
Bij de tweede geloofde ik het wel. Ondernam nog een halfslachtige poging tot zwangerschapsyoga ter voorbereiding, maar hield het na twee sessies voor gezien. Ik zou gewoon in het ziekenhuis bevallen dan kwam het allemaal goed. En zo geschiedde.
5. Het blijde nieuws
Eerste keer: OMG, ik bén zwanger!
De eerste weken van mijn zwangerschap verkeerde ik in ongeloof. Vanuit het niets kon ik overvallen worden door de gedachte: “Ik ben zwanger. WTF? Ik ben écht zwanger.” Gevolgd door een intens geluksgevoel, waarop direct weer een oerangst volgde. Of een kotsbui.
Tweede keer: Oh ja, ik ben zwanger…
Bij de tweede vergat ik soms dat ik zwanger was. Met dank aan nummer een, trouwens. En eigenlijk was dat best lekker. Zo was ik “opeens” vijf maanden zwanger. Kijk, dat schiet lekker op.
6. De babyuitzet
Eerste keer: alleen het beste, nieuwste, duurste
Het begon met het kopen van een eerste rompertje. Vanaf een maand of vijf, was dat. Daarna was ik niet meer te houden. Alles wat je onder de noemer babyuitzet kunt plaatsen werd Een Project: van het aanschaffen van een kinderwagen tot een inbakerdoek. En nieuw hè, alles móest nieuw. Een tweedehandsje kwam er bij mij niet in. Alleen het beste voor mijn baby.
Tweede keer: de realiteit
Na nummer één wist ik: een baby maakt het geen flikker uit of-ie in een nieuwe ledikant ligt. Of een rompertje draagt van veertig euro. (Dûh!)
7. Ontwikkeling van de baby
Eerste keer: elk stapje documenteren
Voor Liv hield ik een dagboek bij “voor later”. Ook na haar geboorte schreef ik braaf elke maand een verslagje van haar ontwikkeling. Mierzoet, maar ook wel aandoenlijk, vind ik nu. Over het aantal foto’s van buik en baby nog maar te zwijgen. Ik heb, geloof ik, wel honderd foto’s van mijn zwangere buik laten maken.
De tweede keer: het komt er niet van
Arme Kai, voor hem geen gedetailleerd dagboek waarin ik schrijf over zijn eerste lachje, tandje, woordje, noem maar op. Of een uitgebreid fotoverslag van de eerste stapjes. Hij moet het doen met een mottig schriftje met drie volgeschreven bladzijdes. Sorry kind, ik had de puf/ en tijd niet om het bij te houden. Maak het later wel goed met je.
Foto’s: Thinkstock, iStock
Lees ook: Dit zijn argumenten om geen tweede kind te krijgen (en toch doe je het!)