Zo raak je je kindje niet kwijt op het strand (of je vindt hem in ieder geval snel weer terug).

De favoriete vakantiebestemming van mijn ouders is Ameland. Vanaf mijn vierde tot ik oud genoeg was om zelf andere bestemmingen te bezoeken bracht ik praktisch al mijn vakanties daar door. Hele zomers leefde ik zowat op het strand waar ik met andere kinderen speelde, zandkastelen bouwde en vrij was om blij rond te rennen. Mijn vader was namelijk op het ingenieuze idee gekomen een kleine eenlijns-vliegertje te kopen, en deze met een kort lijntje aan mijn enkel te bevestigen. Als er een soort vlaggenmast rende ik over het strand, en zo konden mijn ouders altijd zien waar ik was. 

Ik kan me niet meer precies herinneren of dit net zo handig was voor alle andere strandbezoekers, of dat die constant moesten opletten om niet in de knoop te komen met mijn touw. Maar voor mijn ouders was het een geruststellend idee dat ze altijd goed konden zien waar ik was. De meeste ouders zullen het wel herkennen, het ene moment zit je kindje lief te spelen, het volgende moment is ie uit het zicht gescharreld. Het strand is druk en je kindje verliest je makkelijk uit het oog (of andersom). Onthoud daarom deze tips, zodat je niet paniekerig het strand af hoeft te zoeken.

Zorg dat je herkenbaar bent
Kinderen nemen impulsieve beslissingen. Ze volgen andere kinderen om te gaan spelen en binnen de kortste keren herkennen ze hun omgeving niet meer. Omdat stranden in de zomer vaak heel druk zijn in oriënteren vaak nog veel lastiger. Spreek daarom van te voren herkenningspunten af met je kinderen, zoals de stranddouches, het strand-wachthuisje, de ijsco-kraam of een bord. Iets wat ze makkelijk kunnen herkennen, zodat ze zich daarop kunnen oriënteren. Ga in de buurt liggen van zo’n herkenningspunt, zodat ze je van daar uit kunnen vinden. Of maak van je plek zelf een herkenningspunt: neem een felgekleurde parasol mee, een oranje vlaggetje of zet een vliegertje op.

SOS-bandjes
Praktisch iedereen boven de acht heeft tegenwoordig een mobiel, ook op het strand. Doe je kind een polsbandje om met hun naam en je telefoonnummer. Wanneer je kind dan kwijtraakt kunnen ze iemand op het strand vragen je even te bellen. Zo ben je snel weer herenigd.

Vind je kindje terug
Kan je je kind niet meer vinden en zie je hem ook niet bij het afgesproken herkenningspunt? Waarschuw direct de reddingsbrigade en begin met zoeken. Een verdwaald kind loopt meestal eerst met de zon in de rug weg. Meisjes met lange haren lopen echter vaak tegen de wind in. Is uw kind terecht? Wordt niet boos op het kind, maar wees blij het weer te zien en troost uw kind indien nodig.

In de zee
Gebruik in zee of water met stroming geen vlinderbandjes of ‘vleugeltjes’ bij je kind in verband met de invloed van de wind, stroming en golfslag. Het lijkt veilig, maar juist met bandjes raak je je kindje eerder kwijt. Als je kind nog geen getrainde zwemmer is, ga dan altijd mee het water in en zorg dat je nooit meer dan een armlengte afstand van je kind bent, zodat je op tijd kan ingrijpen. 

Een fijn idee is dat weggelopen kinderen praktisch nooit het water ingaan. Ze gaan wel lopen, en kunnen makkelijk hele stukken de compleet verkeerde kant op lopen. Maar uiteindelijk worden ze altijd gevonden. Weer herenigd? Probeer dan niet boos te worden op je kind (het is makkelijk om al die stress van het kwijtraken op die manier te ontladen), die is waarschijnlijk ook hardstikke bang geweest en super opgelucht om je weer te zien.

Bron: Reddingsbrigade Nederland