Waarom mijn dochter geen hondje mag

04.10.2018 09:00


4 Oktober: dierendag. Een dag die Vala altijd met angst en beven tegemoet ziet. Want dan komt weer die ene vraag: “Mama, mag ik een hondje?” Wat doe je als je kind heel graag een huisdier wil, maar jij dat absoluut niet ziet zitten? Vala probeert het al jaren angstvallig tegen te houden. Want zij weet wel wie er straks voor op gaat draaien.

“Mama, mag ik een hondje?” Met angst en beven heb ik zitten wachten op het moment dat die vraag zou komen. En sneller dan verwacht (of gesmeekt eigenlijk) was het zover. Mijn dochter wil een hond. Ze zeurt er nu al jaren om. Want ze wil het ‘zooo graag’. En ze zal er echt, heus waar mama, ‘helemaal zelf’ voor zorgen. Beloofd, mama. En dan met een pruillipje en een paar grote puppy-ogen erbij. Je zou er bijna van overstag gaan. Bijna dus. Maar mama is niet van gisteren natuurlijk. Nee, mama is Gekke Henkie niet. Mama wil namelijk helemaal geen hond. Want wie loopt er dan vervolgens iedere avond in het pikdonker treurig met Fikkie aan de lijn door de wijk te sjokken? Juist: mama.

Lees ook: 10 Uitdagingen waar moeders van meisjes mee te maken krijgen.

Dat weet ik namelijk uit ervaring, want toen ik nog een klein meisje was, wilde ik ook heel graag een hond. Na ettelijke zeurpartijen dacht mijn vader me te slim af te zijn en beloofde mij een hondje als ik 12 jaar was en het dan nog steeds zou willen. Hij was namelijk in de veronderstelling dat ik die hartewens tegen die tijd wel was vergeten, of op z’n minst had ingeruild tegen een make-up doos, een bomberjack (dat was toen in, ik kan er ook niks aan doen), of in ieder geval iets waar hij niet drie keer per dag achteraan hoefde te lopen met een poepschep en een plastic zakje. Helaas voor hem beschik ik over een fotografisch geheugen en was ik als kind al de mening toegedaan dat belofte nou eenmaal schuld maakt, dus op de dag van mijn 12e verjaardag heb ik mijn ouders er fijntjes aan herinnerd dat het tijd was om over de brug te komen. En dus kreeg ik Juna, een schattige goudbruine Cavalier King Charles Spaniel. En kon mijn vader iedere avond laat in de stromende regen met mijn schoothondje over de Amsterdamse grachten. Want ja, morgen weer school hè, dus ik moest op tijd naar bed. Hij zal zichzelf bij iedere nachtelijke zwerfpartij door de stad wel voor zijn kop geslagen hebben.

Kinderen en huisdieren, het blijft een moeilijke combinatie. Want: ze willen het zo graag en het is ook best wel goed voor ze, opgroeien met dieren. Maar ja, als ouder ben jij toch doorgaans degene die de lul is als het aankomt op het onderhouden van de livestock die je in huis haalt en hoewel je natuurlijk graag opvoedkundig verantwoord bezig bent, zit ík persoonlijk ’s avonds toch liever met een wijntje op de bank, dan dat ik midden in de winter op zo’n graspostzegel die ze dan tot ‘hondenuitlaatplek’ hebben uitgeroepen sta te vernikkelen, omdat dat kreng maar geen drol wil draaien. Want het is allemaal heel gezellig hoor, zo’n beestje in het gezin, maar je kind heeft er de lusten van en jij zit met de lasten. En wat mij betreft slaat de kosten-baten weegschaal dan toch een beetje uit naar de verkeerde kant. Bovendien ben ik niet eens in staat een kamerplant in leven te houden, laat staan een viervoeter. Dat is gewoon het verzoeken van de goden. Het is al een klein wonder dat die drie kínderen nog overeind staan.

Ter compensatie heeft Mario onlangs een aquarium gekocht. Daar was híj namelijk al weken om aan het zeuren, want ook over die wens had ik mijn veto uitgesproken. Helaas is het met echtgenoten zo dat die jou doorgaans niet nodig hebben om de creditcard te trekken en moet ik nu dus, als ik met dat wijntje op de bank zit, tegen een bak vol Neontetra’s aan zitten kijken. Ik zie de lol er niet van in, maar hij is er verguld mee en op zich gelden vissen ook als huisdieren, dus kan ik zeggen dat ik wat dat betreft aan mijn pedagogische plicht voldaan heb: mijn kinderen groeien op met dieren.

Echter, net als mama, is mijn dochter ook niet van gisteren, dus die vindt die vissen maar een schamel zoenoffer voor haar diepgewortelde hondjeswens. En omdat ik de beroerdste niet ben, heb ik voor haar bij de Bart Smit een hondje gekocht. Hij blaft en poept echt en is net zo schattig als mijn Juna van vroeger. Mijn dochter heeft hem Cupcake genoemd. Ik haal haar nu iedere avond rond middernacht uit bed en dan stuur ik haar naar buiten met haar hondje. We hebben afgesproken dat ze, als ze dit volhoudt, op haar 12e een echt exemplaar mag hebben. Dat redt ze natuurlijk nooit en bovendien wil ze tegen die tijd veel liever een make-up doos. Toch?

Lees ook: Als je kind een hamster is.