Vijf tips om je kind – zonder gemopper – zijn zooi op te laten ruimen
Ok, Jan des Bouvrie gaat het niet meer worden. Het is inmiddels overduidelijk dat ons huis is ingenomen door die kleine wezentjes, kinderen genaamd. Maar af en toe wil onze pedagoge Krista Okma net doen alsof ze wél een opgeruimd huis heeft (al is het alleen maar omdat je zo makkelijker de vloer kunt stofzuigen). Hieronder vijf tips om je kind – zonder gemopper – zijn zooi op te laten ruimen.
1. Hoe sneller, hoe beter
Er zijn uitzonderingen natuurlijk, maar kinderen die van opruimen hoúden zijn in de meeste huizen een uitgestorven ras. Hoe sneller ze er weer vanaf zijn, hoe beter. Denk: manden, manden en nog eens manden (Ikea, Ikea en nog eens Ikea). En nee, dan niet op kleur, materiaal en structuur gesorteerd. Want straks (over vijf minuten?) worden die manden toch weer op de kop gegooid en kun je weer van voren af aan beginnen. Maar de duplo bij de duplo, auto’s bij de auto’s, lego bij de lego… is wel handig en helpt om het straks allemaal weer beter terug te kunnen vinden en ermee te kunnen spelen.
Lees ook: 10x Strijd die je gewoon niet moet aangaan.
2. Eigen slaapkamer? Gebruik hem!
Kleine kinderen willen vooral bij papa en mama in de kamer spelen (het liefst met hun spulletjes uitgestrooid óver waar jij op dat moment mee bezig bent). Maar er komt een dag (écht), dat ze zowaar op hun eigen kamer gaan spelen. En al het speelgoed zich vooral dáár kan verzamelen. Het liefst zou je daarvoor een grote speelgoedmagneet midden in hun slaapkamer zetten, maar die is nog niet uitgevonden (Blokker? Ideetje?). Wel kun je diezelfde manden prima gebruiken om de boel in te verzamelen en hups, in een keer naar boven te transporteren.
3. De kinderslaapkamer is niet van jou
Daarmee is de kinderslaapkamer overigens niet meer van jou. Mocht je hem eerst nog overstylen, met die schattige knuffelpopjes keurig op een rijtje op het plankje, en bij elkaar passende lakentjes en gordijntjes… Nu wordt het een Intertoys waar een bom is ontploft. De enige voorwaarde is dat je nog levend (zonder tien legoblokjes in iedere voet) de kledingkast moet kunnen bereiken. O ja, en dat moment waarop er schoongemaakt moet worden. Een keer per week ofzo. Dan is opruimen wel handig, al is het maar om te voorkomen dat je een boete krijgt van Lego agent die in de stofzuiger is beland ;-).
4. Samen opruimen
Liefst ga je natuurlijk even lekker zitten Facebooken, of iets heel erg anders belangrijks doen. Maar helaas: opruimen gaat echt beter als jij ook een handje helpt. Je kunt ondertussen even lekker kletsen (als in: vroeger deed je samen de afwas, nu doe je dit), een muziekje erbij opzetten (mocht er toch gemopperd worden, dan hoor je dat tenminste niet meer), of er een heuse wedstrijd van maken (dit is mijn helft, dat die van jou, de tijd gaat nú in).
5. Laat het… (soms)
Net als wij, hebben kinderen soms echt even geen zin om op te ruimen. Let sowieso een beetje op je timing, het moment waaróp je het vraagt. Als je kind net doodmoe uit de opvang of school komt, bijvoorbeeld, is dat waarschijnlijk niet hét moment. En soms komt dat moment ook gewoon helemaal niet. Een ‘Zal ik het even voor je doen, nu je zo moe bent?’ zorgt er echt niet gelijk voor dat je een poepverwend kind krijgt. Zolang je maar niet in de valkuil stapt om het altijd zelf te doen, omdat dat ‘zo lekker snel gaat.’
Krista Okma is al ruim vijftien jaar pedagoog en ontwikkelingspsycholoog, moeder van drie kinderen (8, 7 en 4 jaar) en auteur van diverse opvoedboeken. Haar meest recente boek is Minipubers! – een survivalgids voor ouders van kinderen van 6-12 jaar. www.kristaokma.nl.
Krista is pedagoog en ontwikkelingspsycholoog en moeder van 2 kinderen.