Toen mijn kind van de bank viel (terwijl ik ernaast zat)
Annemieke lette twee seconden niet op en toen viel haar dochter van de bank. Zo voorover op de stenen vloer…
Ik ben zeker niet ‘s werelds beste moeder. Ik schreeuw soms, kan niet tegen gedrein, ben totaal niet consequent en heb een hekel aan kinderliedjes. Maar één ding, daar was ik wel hartstikke goed in: opletten. Mijn baby was nog nooit van de commode gerold of van de trap gedonderd en ik had haar nog nooit laten vallen. Eigenlijk vond ik moeders bij wie dat wel gebeurde een beetje, uh, nouja, (hoe zeg ik dit netjes?) niet zo goed bezig zijn. Je eigen baby laten vallen, WTF? Dat doe je toch niet?! Van de commode rollen? Dan let je toch wat beter op?! Je wéét toch dat je die kleine monsters geen seconde uit het oog mag verliezen.
Tegen alles beschermen
K. heeft Zoë een keertje bijna laten vallen. Het scheelde niets. Onze dochter gooide zichzelf bij wijze van protestactie opeens idioot wild naar achter toen hij haar oppakte. Hierna had mijn vriend een week oppakverbod. Want stel je voor dat ‘ie haar echt zou laten vallen?! Ja, sorry, misschien een klein beetje, nogal, heel erg lullig voor mijn vriend, maar ik vond het belangrijker ons kleine meisje te beschermen dan zijn gevoelens. Het liefst houd ik haar zelf in de gaten. Altijd. Een zeer select groepje mensen mag toezicht houden als ik even naar de WC moet en dan alleen nadat ik ze, nog net niet schriftelijk en in drievoud, heb gewezen op al het potentiële omgevingsgevaar (uitstekende tafelrand op hoofdhoogte, kat van de buren, drempeltje waar ze over zou kunnen struikelen, etc. etc. etc.). Het liefste zou ik haar door niemand anders vast laten houden. Noem me gerust een overbezorgde idioot, een helikopterouder of een doemdenker. Ik wist wel beter: ik zou mijn dochter altijd tegen alles beschermen.
Op de stenen vloer
En toen lette ik even niet op en viel ze van de bank. Knalde met haar hoofd op de stenen vloer. Zij zat rechts van me. Ik zat er pal naast. We hadden net zeven keer achter elkaar ‘Kleine Ernie gaat in bad’ gelezen (wat haat ik dat boek, maar ja, het is Zoë’s favoriet. Ik heb het al eens weggegooid, maar dan krijg je een hysterische dreumes die door haar tranen heen ‘UR-NII!!!’ roept en boos probeert The Gruffalo te slaan en ga je dat kloteboek dus maar weer uit het oud papier vissen). Zoë zat helemaal gelukkig op de bank, zich verheugend op de achtste keer ‘UR-NII’ toen ik het geniale idee kreeg haar af te leiden met een nieuw speeltje zodat ik even voorleespauze had. Dus draaide ik me heel even naar links om de Duplo te pakken. Echt maximaal twee seconden. En viel zij keihard voorover. Head first. Op de stenen vloer. Uit mijn ooghoek zag ik het gebeuren. Net een cartoon, maar dan heel wat minder grappig.
‘Kan gebeuren’
Het gevolg: urenlang hysterisch gejammer. Ik dan hè, Zoë wilde na vijf minuutjes janken weer spelen. Ze bloedde niet, al haar tanden zaten nog in haar mond en ze had niet eens een gat in haar hoofd. K. begreep niet waarom ik zo hysterisch was. Hij dacht dat ze gevallen was terwijl ze door de kamer liep. Dat gebeurt namelijk wel vaker. Even speelde ik met de gedachte hem niet te vertellen wat voor een waardeloze moeder ik was. Een moeder die nog niet eens kan voorkomen dat haar dochter, DIE NOTA BENE VLAK NAAST HAAR ZIT, van de bank valt. Vooral aangezien ik altijd tegen ‘m loop te zeiken dat hij Zoë never nooit uit het oog mag verliezen. Nog geen seconde. En toen deed ik het zelf. Maarja, dat zou niet eerlijk zijn, dus vertelde ik ‘m alles. “Tja, kan gebeuren,” zei K. en mompelde wat over ongelukken en kleine hoekjes. Om daaraan toe te voegen dat het natuurlijk niet te vaak gebeuren mag. Te vaak? Zoe mag NOOIT meer op de bank zitten. Om weer rustig te worden lazen we 12 keer achter elkaar Kleine Ernie. Deze keer aan tafel. Mijn dochter? Die zat omgeven door kussens stevig vastgegespt in het kinderstoeltje.
Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K., baby Zoë en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.
Lees ook: ‘Ineens was ik de moeder die haar baby had laten vallen’