Toen mijn kinderen uit logeren waren. En hoe dolgelukkig ik daarvan werd
Franke had grootste plannen: zodra de kinderen uit logeren zouden zijn, zou ze leuke dingen gaan ondernemen met Manlief. Maar ze kwam niet verder dan de bank. En dat bleek helemaal niet erg. Sterker nog, het bleek de hemel op aard.
Eindelijk zouden de kinderen weer eens uit logeren gaan. Dat was best lang geleden. Waarom dat zo lang geleden was, weet ik eigenlijk niet. Volgens mij zijn mijn man en ik zo druk in de Tropenjaren-overlevingsmodus, dat we niet eens konden bedenken dat een logeerpartijtje ons allemaal goed zou doen. Zoiets? Maar goed. Van te voren maakte ik wilde plannen. Over wat we allemaal zouden ondernemen. Een dagje Antwerpen kwam voorbij, het Stedelijk Museum in Amsterdam, een paar uurtjes winkelen (eindelijk eens tijd om op mijn gemak kleren te passen in plaats van vluchtigs iets online te bestellen per mobieltje). We zouden romantisch uit eten kunnen. Seks hebben. Maar weet je? We deden dus helemaal niets. Nada. Noppes. En het was de hemel.
LEES OOK: Dit weekend zijn de kinderen uit logeren
Toen de kinderen eenmaal hun hieltjes hadden gelicht, was daar een oorverdovende stilte. Drie gelukzalige minuten in die oorverdovende stilte later daalde het in. De vermoeidheid. Het even niet hoeven rennen. De griep die eigenlijk nog niet volledig was uitgeziekt, want oh ja, er moest ook gewoon nog gewerkt worden en een huishouden bestierd enzo. Ik kon nog net struikelend naar de blauwe supermarkt, om daar een mandje (een mandje! Geen kar, maar een mandje!) vol te laden met lekkere dingen. Franse kaasjes, M&M’s, grote reep chocolade, chocolate chip cookies, Hamkaas, Bugles, fles wijn en essentials voor een stevige Baco. Op mijn tandvlees liep ik terug, met de moed in de schoenen. Dat Stedelijk Museum, dat ging ik helemaal niet halen, besefte ik. Weg, culturele dag vol intellectuele activiteiten. Die jas, laat maar, te moe om door de mensenmassa op zoek te gaan naar een nieuw exemplaar. Manlief mompelde nog iets over ‘dan maar op zijn gemak knutselen in de schuur, ook leuk,’ maar hij zei dit op weg naar boven, waar wel het grote bed te vinden is, maar onze schuur allerminst.
Ik installeerde me op de bank. Met chocolade, koekjes, chips, cola. Ik ramde alles in rap tempo naar binnen tot mijn buik een halve meter uitpuilde. Schransen, dat was ik duidelijk niet meer gewend. Ik trok een dekentje over me heen en sprak mezelf nog even moed in: ‘Vijf minuutjes maar, echt.’ Ik verdween in een zwart gat. Toen ik mijn ogen opendeed was het donker buiten. Ik had alwéér honger, en ik vroeg mijn man, zijn haren recht overeind staand en met de slaapvouwen in zijn wang, een kapsalon te halen bij mijn favoriete dönerboer met die kapotte verlichting op de gevel. Hij vertrok en kwam thuis met een halve kilo dampend warm vlees. We aten het op voor de tv, waarbij we nieuwe plannen maakten voor de avond, ik de plakken gesmolten kaas van de döner trekkend. Dan maar lekker netflixen, ook niets mis mee, toch? We hadden nog zeker 43 afleveringen Downton Abbey te gaan. Maar van die gedachte alleen al werd ik zó moe, dat ik met een hapje döner/patat in mijn mond spontaan in slaap sukkelde.
De volgende ochtend werd ik kiplekker wakker. Om 09.00 uur. Mijn moeder appte me of ik niet moest uitslapen, en ik zei dat dat precies was wat ik had gedaan, uitslapen. Ik merkte dat dit pas écht goed slapen was. En dat Olle stiekem toch wel vaak om 6.00 uur al wakker is. Dat hij de laatste tijd ook best vaak om 4.00 opeens grillen had, en knuffels wilde enzo. Nu ik er zo helder over nadacht, na 25 uur slapen aan één stuk door: het was eigenlijk helemaal niet zo gek dat we zo moe waren. Het was misschien niet meer zo erg als in de babytijd, maar het was nog behoorlijk heftig en druk, al met al. En het was ook niet zo gek dus, dat wij van alles van plan waren, maar dat er gewoon niks ging gebeuren, omdat het broodnodig was om eerst bij te tanken.
Dus saai, ja retesaai, dat was het. Maar ook: goddelijk, heerlijk, hemels, fijn. De kinderen, ik heb ze geen moment gemist. Het was fan-tas-tisch, om even een dagje niet op 300 vragen antwoord te hoeven geven, fitties te sussen, in de speeltuin te hangen, mondjes af te moeten vegen, gekrijs aan te horen, noem maar op. Ja, er zijn heel veel leuke momenten met kinderen, natuurlijk. Maar vermoeiend is het ook. En dus besloten we ook de dag erna niets te ondernemen. Ik pakte een boek en ging urenlang ongestoord zitten lezen, een van mijn grootste hobby’s. Manlief dook alsnog in de schuur en knutselde zich een ongeluk. Zo fijn! Het was een heerlijke dag, op en top genieten. Totaal niks gedaan. Al had ik nog wel de tegenwoordigheid van geest om meteen de volgende logeerpartij te plannen. Over een paar dagen al, gaan de kinderen weer uit logeren.
Misschien hebben we dan zowaar wél de tijd en energie om dat Stedelijk van binnen te zien. Alhoewel…
Tof als kraamcadeau of gewoon voor jezelf: bestel hier de boeken van Franke.