Sammie is een schijterd. En dat is Marcels schuld.
Marcel is journalist, getrouwd met Carlijn en heeft een baard, alsmede een dochter die Sammie heet. Op Me-to-We.nl vertelt hij hoe het zover heeft kunnen komen. En over hoe het nu verder moet.
Kleine kink in de kabel, qua vader-dochterverwachtingen. Ik zeg het niet graag, maar als ouder van een liefdesbaby moet je ook kunnen omgaan met het feit dat er dingen niet zo goed zijn geslaagd aan je kind. Dus daar gaat-ie: Sammie is een schijterd.
Lees ook: Marcel is echt een betrokken vader, maar sómmige dingen vertikt ‘ie gewoon.
Begrijp me niet verkeerd, Sammie is mijn held. Ze loopt inmiddels, en niet zo’n beetje ook. Ze praat, gebruikt woorden waar de meeste peuters nog nooit van gehoord hebben en ze is bovendien zo ontzettend schattig dat zelfs de meest rabiate kinderhaters van Amsterdam smelten. Ook leuk: ze noemt zichzelf Sampie. Als in: “Sampie eten?” “Sampie water?” Kortom: Sampie is de bom.
Maar ze is dus ook een schijterd. Of zoals ze zelf zegt: “Sampie bang.” Het ontstond in het zwembad. Op zich kan ik haar dat moeilijk kwalijk nemen, omdat vaste lezers van deze website weten dat ik zelf een gloeiende grafhekel aan zwembaden heb. Ze was daar dan ook niet met mij, maar met Carlijn. Dit in het kader van een leuk stukje ontspanning voor beiden. Daar dacht Sammie anders over.
In het begin ging het nog wel. Water, immers, dat kende ze. Ze dronk het, ze zat er in als ze met een van ons in bad ging en af en toe zag ze het tijdens het verschonen van de luier in een parmantige straal uit haar onderzijde schieten. So far so good. Totdat Carlijn op het lumineuze idee kwam met haar van de glijbaan te gaan. Een torenhoog monster, waar evenwel achter elkaar moeders met kleine kinderen vanaf denderden. Wat kon er gebeuren, dacht Carlijn. Nou, Sammie kon gebeuren. Al tijdens het bestijgen van de trap zette ze grote ogen op en begon eerst nog zacht, daarna luidkeels “BANG” te roepen. “SAMPIE BANG.”
Achter Carlijn kwamen andere moeders met dapperder kroost de trap op en terug gaan was sowieso geen optie. Zo zouden wij onze dochter niet opvoeden, dacht Carlijn. En daar gingen ze. Met een rotgang. Zelfs Carlijn vond het eng. Sammie bleef het herhalen: “Bang.” Tot ze ’s avonds naar bed ging aan toe.
De volgende dag zette ik haar een boterham met appelstroop voor. Nieuw idee, gezonder dan pindakaas, had ik gelezen. “Sampie bang.” Ze at het niet. Een vriendelijke meneer in de rij bij de kassa die iets liefs zei. “Sampie bang.” Huilen, met snot en alles. Carlijn die een bril op had in plaats van lenzen. “Sampie bang.”
Sammie is nogal eens bang, dus. En ik vrees dat het mijn schuld is. Ik haat zwembaden, gruwel van appelstroop, heb een broertje dood aan vriendelijke mannen in de rij bij de kassa en een bril is alleen leuk als je Youp van ’t Hek heet.
I created a monster.
Lees ook: Marcel twijfelt over het kinderdagverblijf.