Lieve opa en oma, we zijn gek op jullie. Maar mag het wat veiliger?
Opa en oma zijn goud waard. Zeker tegenwoordig zijn ze de steun en toeverlaat van ouders. Vaak passen ze een vaste dag in de week op en we kunnen altijd op ze rekenen. Alle lof dus. Het enige is, hun verzorgings,- en opvoedmethoden zijn vaak een beetje, nou ja, ‘vintage’. En dat is soms best gevaarlijk.
Toen mijn oudste dochter nog een baby was, paste mijn moeder een keer op. Bij thuiskomst zag ik tot mijn grote schrik op de babyfoon dat ze op haar buik in bed lag. Ze was nog maar een paar weken oud en kon dus nog niet zelf rollen. Het had niet veel gescheeld of ik had een hartaanval gekregen. We weten tenslotte allemaal: kleine baby’s mag je nooit op hun buik te slapen leggen. Dat is gevaarlijk in verband met wiegendood. Mijn moeder begreep echter niks van mijn hyperventilatie-aanval, want waar maakte ik me nou helemaal druk om? Ze had mij als baby ook altijd op mijn buik in bed gelegd en ik was toch ook nooit gestikt in het matras? Desalniettemin heb ik haar met klem verzocht mijn dochter voortaan altijd op haar rug in bed te leggen, op straffe van nooit meer mogen oppassen. Oke, misschien een beetje hard, maar hee, ik zat nog vol in de hormonen en ik had net visioenen van mijn blauw aangelopen, gestikte babydochter op mijn netvlies gehad. Enige hysterie was dus geoorloofd. En bovendien: ik had een punt. Want die opa’s en oma’s van tegenwoordig, hoe lief ze ook zijn, lopen toch een beetje achter.
Lees ook: Jongens zijn geen meisjes. Dus laten we niet doen alsof dat wel zo is.
En dat is lastig, want grootouders zorgen steeds vaker op structurele basis voor hun kleinkinderen. In een maatschappij waarin regelmatig allebei de ouders (moeten) werken en de kinderopvang een rib uit ons lijf kost zijn opa en oma vaak de reddende engelen die ons uit de brand helpen. Bij veel gezinnen passen de grootouders een dag, of zelfs vaker, per week op. Wat heerlijk is en waar we ze natuurlijk met z’n allen heel erg dankbaar voor zijn. Bovendien is het niet alleen handig, maar ook gewoon heel erg fijn voor de kinderen die het natuurlijk hartstikke leuk vinden om opa en oma lekker vaak te zien. Iedereen blij dus. Toch? Ja, totdat je je baby op z’n buik in de wieg aantreft, of je ouders met je peuter naar de Efteling zijn gereden zonder autostoeltje. Wat dus schering en inslag is, want uit onderzoek blijkt dat grootouders er vaak nogal gedateerde ideeën op nahouden als het gaat om de verzorging en opvoeding van kinderen. Wat nog niet eens zo erg zou zijn, ware het niet dat het soms niet alleen retro, maar vooral ook gevaarlijk is wat ze doen. Want nou ja, toen je nog met paard en wagen naar de Efteling moest ging je geen 130 kilometer per uur. Dus als je dan een beetje hard moest remmen had je kind hoogstens een bult op z’n kop van de botsing tegen de kont van die knol. Maar tegenwoordig kun je dan gelijk de traumahelikopter bellen.
Ouders van tegenwoordig worden vaak bestempeld als overbezorgd, als zogenaamde ‘helikopterouders’. We zouden veel te erg bovenop op onze kinderen zitten, veel te veel regels en wetten hebben en gewoon in z’n algemeenheid nogal hysterisch met onze kinderen omgaan. Een bron van irritatie en soms zelfs strijd tussen grootouders en hun kinderen, wat de familieverhoudingen nog weleens op scherp kan zetten. Totaal onnodig al dat getrut, vinden opa en oma dan, want vroeger werden kinderen toch ook gewoon groot? Toen hadden ze ook geen Puckababy’s, Nannycare matrasjes met alarm, uitlaatriempjes voor peuters en al dat soort modernistische onzin. Baby’s kregen met drie maanden gewoon al sinaasappelsap met een geprakte Liga er doorheen en peuters mochten helemaal alleen naar de speeltuin 3 kilometer verderop. En nou ja, al die mensen leven toch zeker ook nog? Ja, dat is natuurlijk waar. Maar in het verleden behaalde resultaten bieden nou eenmaal geen garantie voor de toekomst. En vroegah was echt niet alles beter. Wel onveiliger. En dat is gewoon een feit.
Meer dan de helft van de grootouders blijkt niet op de hoogte te zijn van de huidige veiligheidsrichtlijnen voor de verzorging van (kleine) kinderen. Opa en oma gaan er, heel begrijpelijk natuurlijk, vanuit dat ze heus wel weten wat ze doen, aangezien ze zelf tenslotte succesvol kinderen richting de volwassenheid hebben geholpen. Dus hoezo zouden ze het dan opeens allemaal verkeerd doen? Tja, heel simpel: omdat het leven verder gaat. En we nu meer weten, het béter weten dus. Hoe lullig dat ook klinkt. Dat doet verder helemaal niks af aan de kennis en de wijsheid die grootouders met zich meebrengen, want hun ervaring en hun levenslessen zijn van onschatbare waarde voor jonge, onzekere ouders. Maar op sommige punten blijkt het dus toch beter als opa en oma zich laten onderwijzen door hun kinderen. En moeten wij, als jonge ouders, ook niet bang zijn om te vertellen hoe het moet. Simpelweg omdat het gaat om de veiligheid van onze kinderen. En uiteindelijk wil iedereen natuurlijk alleen maar dat die ’s ochtends nog gewoon wakker worden en niet schuimbekkend naar het ziekenhuis moeten worden afgevoerd, omdat ze een anafylactische shock hebben gekregen van een prematuur geserveerd stuk citrusfruit.
It takes a village to raise a child en dat gezegde slaat, in de hectische maatschappij van tegenwoordig, misschien wel meer dan ooit de spijker op z’n kop. Ik zeg dan ook: hulde aan opa en oma, want wat zouden we zonder ze moeten? Ik hoop ook dat ik, als ik zelf ooit kleinkinderen mag krijgen, lekker vaak op ze mag passen. En toegegeven, het zal dan vast af en toe wel moeilijk zijn om dingen anders te doen dan ik ze altijd gedaan heb. Wie weet, misschien moeten baby’s tegen die tijd een valhelm op in bed en mag een kind pas kiwi’s eten als ‘ie vijf is. Dat vind ik dan ongetwijfeld ook de grootste onzin. Maar zonder de vooruitgang stonden we nu de flesjes nog steeds op het houtvuur warm te maken. Dus we kunnen maar beter met onze tijd meegaan. Ik hoop dat er tegen die tijd zelfverschonende luiers zijn uitgevonden. Want dan wil ik elke dag wil oppassen.
Lees ook: Mag het ietsje minder met dat gesnoep?
Vala van den Boomen (41 jaar) heeft drie kinderen: een zoon van 12, die autisme heeft, en twee dochters van 10 en 6 jaar, die de chronische aandoening EDS hebben, net als zijzelf. Ze is getrouwd met Mario en werkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamer. De eerste tien jaar van haar moederschap heeft Vala niet geslapen, omdat haar kinderen altijd wakker waren. Die schade probeert ze nu in te halen. En dat is hard nodig, want de puberteit staat voor de deur. Dat brengt weer heel nieuwe uitdagingen met zich mee, dus heeft ze al haar krachten nodig.