Ode aan de kleuterjuf: “Ik kan je niet vertellen hoe blij ik met je ben”

09.03.2017 18:30


Daar gaat je kleintje dan. Het ene moment breng je hem in de maxicosi naar de kinderopvang, het andere moment loopt hij als vierjarige een klas in met nog zesentwintig andere kinderen en komt de zelfstandigheid om de hoek kijken. Nou ja. Dat wordt van hem verwacht. Met angst en beven kijk je die eerste schoolweek in het gezicht. En dan is daar de kleuterjuf. De kleuterjuf die alles beter maakt.

Lieve Kleuterjuf,

Wat ben ik blij met jou. Het is namelijk nogal wat: die overgang van kinderdagverblijf naar school. Van een groep met tien tot twaalf kinderen en twee begeleiders is Max overgestapt naar een klas met 27 kinderen en slechts één juf. In het informatieboekje van school las ik al over wat er anders gaat op school. Dat ik niet meer elke dag een overdracht krijg, dat ik moet wachten op het tienminutengesprekje en inmiddels heb ik ook al gemerkt dat het ook echt aan de kinderen zelf is of ze hun pauzehapje wel of niet helemaal opeten en of ze hun beker leegdrinken. Makkelijk vind ik het allemaal niet. Dat loslaten. Vier jaar vond ik groot, toen Max nog een baby was, maar toen ik hem voor het eerst de trap van zijn lagere school zag beklimmen en hij bijna omver werd gelopen door van die opgeschoten jongens uit groep zeven en acht, dacht ik: “Hij is hier nog veel te klein voor…huhuhuuuu.”

Lees ook: “Juf, hou eens op stalken! Ik moet gewoon werken!”

Mijn man en ik hebben om jou gevraagd. Niet specifiek om jou, maar wel om jou in de zin van: we willen graag een oudere kleuterjuf voor onze pittige zoon. Liever niet eentje die net van school is en het niet aankan als Max de boel op stelten probeert te zetten. Dag 1 zag ik je zitten, met je grijze lange haren, je pretoogjes en je ‘mij maken ze niet gek-houding’. Een vriendin van me zei ooit dat ik daar op moest letten op een school: zien de leraren er gelukkig uit? Staan ze niet op instorten? Hebben ze lol in hun werk? Dat heb je, vertelde je me laatst. Toen ik je schaamtevol vroeg of je het wel aankan zo’n enorme klas kinderen en dan ook nog die raddraaier van ons, zei je: “Ja, joh, ik heb ze maar zes uur op een dag hé.”

Jij en Max hadden meteen een klik. Max is dol op je. Elke dag begroet hij je door bij je op schoot te springen en je laat het toe. Als hij begint te dreinen of weigert zijn jas aan te trekken, ben je onverbiddelijk en zeg je: “Ik weet niet of je dat thuis zo doet, maar hier doen we dat niet.” Je verontschuldigde je later dat je ons echt niet wilt wegzetten als slechte ouders, maar dat je er zo voor zorgt dat Max heel goed weet wat er op school wel en niet kan. Ik vind het allemaal prima. Als het jou lukt hem zich een beetje te laten aanpassen aan het schoolleven dan zal ik ontzettend blij zijn. Jij geeft hem de structuur die hij zo nodig heeft.

Het klopt dat ik niet meer elke dag te horen krijg hoeveel Max gegeten, gedronken, geslapen en gepoept heeft en ja, ik vind het vooral lastig dat ik geen idee heb wat er die dag allemaal gebeurd is op school (“Hoe was het, Max?” “Leuheuk”). Maar het allerbelangrijkst vind ik het dat ik mijn zoon uit handen kan geven aan iemand die ik vertrouw. Van wie ik weet dat ze zal proberen om het beste uit mijn zoon te halen. Van wie ik weet dat ze hem zal stimuleren, maar niet dwingen, dat ze streng zal zijn, maar niet gemeen, dat ze hem regels zal bijbrengen, maar soms ook de ruimte om een overtreding door de vingers te zien. Ik heb je al aangegeven dat ik vind dat we samen op moeten trekken in een kind zo goed mogelijk af te leveren aan de maatschappij. Met die temperamentvolle van ons zul je nog wat wat te stellen gaan krijgen, maar je stelde me meteen gerust door te zeggen dat je in dertig jaar onderwijs al zoveel had meegemaakt dat je niet snel meer van je stuk te brengen bent. Weet je hoe heerlijk dat is om te horen voor een moeder die af en toe best wat uurtjes wakker ligt omdat ze zich zorgen maakt over haar pittige zoon?

Een goede kleuterjuf maakt indruk voor het leven. Ik herinner die van mij nog zo goed. Juf Bottema. Naast mijn ouders was zij een anker in mijn jonge bestaan. Een vaststaande zekerheid. Iemand die mij uit kon leggen hoe het zat. Met de wereld. Natuurlijk wel door verhalen van Puk en de Petteflet voor te lezen, maar toch. In mijn ogen wist juf Bottema alles. Ik hoop dat Max later ook zo op jou zal terugkijken. En weet je, als ik zie hoe je nu met hem omgaat, dan ben ik daar zo goed als zeker van. Jouw positiviteit, jouw motivatie, jouw ogen die alles zien, jouw zachtheid, jouw liefde voor die allerkleinsten….ik ken je nog maar twee maanden en ik kan je niet vertellen hoe blij ik met je ben.”

Liefs,

Femke.

Lees ook: 19 Redenen om de juf nu meteen een standbeeld te geven.