Zomer in oktober – en waarom dat de toekomst van onze kinderen verpest

15.10.2018 18:30


Het is half oktober en we zaten afgelopen weekend met z’n allen in korte broek op het terras en het strand. Hartstikke lekker natuurlijk, zo’n verlengde zomer. Maar is het eigenlijk niet een beetje raar? Vala maakt zich zorgen.

Gisteren zaten mijn man en ik ’s middags buiten voor ons huis. De kinderen speelden in de zonovergoten straat. In korte broek renden ze achter een bal aan en speelden met schepnetjes in het slootje. Ik veegde het zweet van mijn voorhoofd en nam nog eens een slok van mijn glas ijskoude witte wijn. Om ons heen voltrok zich in de rest van de gezinnen in de wijk hetzelfde zomerse tafereel. ’s Avonds rook het overal naar barbecue en hoorde je geroezemoes opstijgen uit de tuintjes. We genieten allemaal van de verlengde zomer. En, als notoire winterhater, kan ik niet anders zeggen: het is ook heerlijk. Het liefst zou ik willen dat het altijd zomer was. Maar toen ik vanochtend vroeg over de Amsterdamse grachten naar mijn werk liep, in een dun blouseje en zonder jas terwijl de vogels in de bomen hun typische lenteliedje floten bekroop me toch een onaangenaam gevoel. Want zomer in oktober, dat is toch eigenlijk niet normaal?

LEES OOK: Weg met die goedkope meuk! (Waarom je niet meer naar de Action moet).

Onlangs kwamen de Verenigde Naties met het alarmerende bericht dat we nog maar zo’n twaalf jaar hebben om de opwarming van de aarde een halt toe te roepen, willen we geen grote natuurrampen over ons afroepen. Als de temperatuur op aarde de komende jaren met meer dan 1.5 graad stijgt wordt het risico op extreme hitte, droogte, overstromingen en armoede significant groter. Dit kan voorkomen worden, maar alleen als we er met z’n allen nú heel hard aan gaan trekken. Op dit moment is de aarde al aanzienlijk warmer dan voor de industrialisatie van de wereld en de gevolgen daarvan zijn niet gering. Steeds vaker worden landen getroffen door verwoestende orkanen, tsunami’s en bosbranden en het weer wordt alleen maar extremer. De zomer die we dit jaar in ons eigen land gehad hebben is daar een goed voorbeeld van. ‘Afrikaanse taferelen’ noemde een geoloog het onlangs het in Journaal, toen hij de gortdroge, gebarsten grond in een natuurgebied liet zien waar planten en insecten na maandenlange verzengende hitte ondertussen bezig waren een tragische dood te sterven. En weliswaar hebben we daar nu niet zoveel last van, maar wat betekent het voor de toekomst? En vooral: voor de toekomst van ons nageslacht? Onze tijd zal het namelijk wel duren, maar wat als we een uitgeputte aarde achterlaten voor onze kinderen en kleinkinderen? Dat kunnen we toch niet maken?

Ja, we roepen allemaal dat we natuurlijk voor klimaatverbetering zijn. Maar steeds vaker vraag ik me af of dat niet vooral veel geblaat en weinig wol is. Want wat dóen we er dan eigenlijk aan? In de praktijk blijven we met z’n allen ontzettend milieuvervuilend bezig, simpelweg omdat dat de makkelijkste manier van leven is. We blijven vliegvakanties boeken, plastic in de zee gooien, veel vlees eten en vuile energie gebruiken. We stemmen steeds rechtser en helpen daarmee mensen in het zadel die klimaatverandering afdoen als ‘fake news’. Tenslotte is het credo van deze tijd: me, myself and I. We worden steeds individualistischer en kijken niet meer verder dan onze eigen neus lang is. Zolang wij het op dit moment maar goed hebben. En laten we wel wezen: we hébben het goed. We hebben alles, kunnen alles, krijgen alles. Zelfs zomer in de herfst. Wat wil je nog meer? Nou, wat ik graag wil is een mooie wereld achterlaten voor mijn kinderen als ik er straks niet meer ben. Ik heb die kinderen namelijk op deze wereld gezet, dus kan ik het dan maken om ze op te zadelen met een soort brandende vuilnisbelt om op te wonen en hún kinderen op groot te brengen? Ik denk niet dat me dat in dank afgenomen wordt. En terecht, want hoe egoïstisch zou dat zijn?

Wat moet ik zeggen als mijn kinderen me over een tijdje vragen waarom hun wereld letterlijk in brand staat? Wat moet ik zeggen als ze mij vragen waarom ik daar niks aan gedaan heb? Dat mama destijds liever met een wijntje in de zon zat ipv te zorgen voor de wereld? Ik schaam me al als ik daar alleen maar aan denk. Mijn kinderen moeten nog heel lang rondlopen op deze aardbol en stiekem hoop ik dat ze me heel veel kleinkinderen zullen geven. Maar dat kan alleen als ik ervoor zorg dat er straks nog een wereld voor ze is om kinderen op te krijgen. Als wíj daarvoor gaan zorgen. Jij en ik. Want jij wilt vast hetzelfde voor je kinderen. Jij wilt ’s zomers vast ook barbecuen in de tuin met je kinderen en je kleinkinderen om je heen. Als het écht zomer is dus, wanneer het daadwerkelijk zomer hoort te zijn. Ouders, wij hebben de sleutel tot een betere wereld in handen. Want die sleutel, dat zijn onze kinderen. Als onze kinderen leren hoe ze voor de aarde moeten zorgen kunnen we het tij, letterlijk, nog keren. Maar dat lukt alleen als wij ze nu laten zien hoe dat moet. Goed voorbeeld doet tenslotte nou eenmaal goed volgen. Dus kom op jongens, het tijd om aan het voorleven te slaan.

Ik schrijf dit stukje terwijl ik op de redactie zit met de deur open. Buiten fietsen mensen in korte broek over de grachten, terwijl de gele herfstblaadjes opstuiven van de straat. Op z’n zachtst gezegd een vreemd gezicht. Het is half oktober, dit weekend ben ik verbrand en vanochtend heb ik mijn kinderen in korte broek naar school gebracht. Ja, ik zou willen dat het altijd zomer was. En ja, wat is dit mooie weer heerlijk. Maar nee, dit is niet normaal. Vorige maand eiste de natuur vele doden op Sulawesi. Afgelopen weekend was er een orkaan in Portugal. En als we zo doorgaan staat ook onze kinderen het water straks aan de lippen omdat de Noordzee over de dijken heen gespoeld komt. Nu is het bij ons nog stil, maar we weten allemaal dat daarna meestal de storm komt. Als je goed luistert naar het gekwetter van de vogeltjes hoor je die storm in de verte aankomen. Want dat zijn geen leuke lenteliedjes zingen, het is geroep om hulp. En ik maak me zorgen. Jij ook?

LEES OOK: Anne wil nog een kind – maar is bang dat ze daarmee de planeet om zeep helpt.