Zijn onze kinderen eigenlijk niet te verwend?
Kinderen in Nederland zijn enorm bevoorrecht. Maar, weten ze dat eigenlijk wel? Waarschijnlijk niet. Dus misschien moeten we ze dat vaker vertellen. Helemaal nu de periode van cadeaus en overdaad weer voor de deur staat.
Je weet niet wat je hebt totdat je het kwijt bent, luidt het bekende gezegde en dat is echt waar. In Nederland hebben we heel erg veel. We klagen weliswaar, altijd en over vrijwel alles, maar stilstaan bij onze privileges, verworvenheden en bezittingen doen we eigenlijk nooit. Omdat we die, zoals dat helaas nou eenmaal gaat, eigenlijk gewoon voor lief nemen. En onze kinderen dus ook. Onze kinderen, die echt enorm boffen. Omdat ze meestal veilig en geborgen zijn, een dak boven hun hoofd hebben, genoeg te eten en bovendien een arsenaal aan spullen waar je eigenlijk stiekem een beetje onpasselijk van wordt. Die van mij in ieder geval wel en die van jou hoogstwaarschijnlijk ook. Soms kijk ik naar de berg met speelgoed, de kasten vol kleren en de van alle gemakken voorziene kinderkamers en dan overvalt me plotseling het besef dat we echt wel heel erg dankbaar mogen zijn hier met z’n allen. Dat onze kinderen in zoveel weelde kunnen opgroeien en wij ze dat dus kunnen geven. En dat dat zo vanzelfsprekend helemaal niet is. Omdat er heel veel kinderen op deze wereld zijn die al die dingen niet hebben.
Nu de feestdagen er weer aan komen en die bovengenoemde weelde dus wederom zal toenemen heb ik daarom besloten dat het tijd is, en dat mijn kinderen oud genoeg zijn, om zich langzaam bewust te worden van de bevoorrechte positie waarin zij zich bevinden. Dus praten mijn man en ik de laatste tijd af en toe met ze over de wereld buiten Nederland en de kinderen daarin, die weliswaar net zo zíjn zoals zijzelf, maar toch wel minder hébben. En dat die dus straks géén jutezakken met cadeautjes op de drempel of onder de kerstboom zullen vinden. terwijl ze dat eigenlijk net zo erg verdienen als de kinderen in Nederland. Wat ik, merk ik, toch best moeilijk vind om over te praten, omdat ik de harde werkelijkheid soms eigenlijk het liefst bij mijn kroost zou willen weghouden. Wat natuurlijk onrealistisch en bovendien ook zelfs niet zo pedagogisch verantwoord zou zijn, maar toch. En dus zei mijn 5-jarige dochter laatst tegen mij: “Mama, kunnen wij dan niet vragen of Sinterklaas die kindjes ook cadeautjes geeft?” Wat natuurlijk superlief is. Maar hoe leg je een kind uit dat ze in die landen meer hebben aan veiligheid en goede zorg, dan aan de nieuwste Barbie?
Het zal nog even duren voor mijn kinderen écht begrijpen hoe het zit met de verschillen in deze wereld. Tot die tijd hoop ik dat ik ze kan begeleiden in dat proces en er daardoor voor kan zorgen dat ze zich later zullen bekommeren om die wereld en de mensen waarmee ze hem delen. Bijvoorbeeld door een kind uit een minder bedeelde omgeving te sponsoren. Via SOS Kinderdorpen steunen wij daarom Nia uit Oeganda. Iedere maand sturen we een geldbedrag. Het is niet alleen fijn dat op deze manier de hulp die je biedt heel persoonlijk wordt en mijn kinderen dus echt een gezicht kunnen koppelen aan wat ik ze vertel, bovendien heeft het echt rechtstreeks effect op het leven van ‘ons’ kind. We zijn bij Nia betrokken en kunnen haar ontwikkeling echt volgen. We sturen samen brieven en kaartjes en krijgen ook post terug. Op deze manier leer ik niet alleen mijn eigen kinderen wat over de wereld en de realiteit waarin zij leven, maar lever ik ook een wezenlijke bijdrage aan het leven van een kindje dat het hard nodig heeft. Want als je het zelf zo goed hebt als wij het hebben, is het dan eigenlijk niet gewoon je plicht om te delen wat je hebt? Ik hoop in ieder geval dat dat is wat ik mijn drie kinderen bijbreng. En dat zij later de wereld voor alle kinderen, voor alle mensen, weer een beetje beter zullen maken.
Binnenkort lees je de eerste brief die Vala met haar kinderen aan Nia schreef.
Elk kind heeft familie nodig. Daarom zorgt SOS Kinderdorpen ervoor dat kinderen in een liefdevolle familie kunnen opgroeien. Door kwetsbare families te ondersteunen om te voorkomen dat hun kinderen er alleen voor komen te staan. En door kinderen zonder familie een nieuw thuis te geven in een SOS familie. Wil je ook een kind sponsoren? Kijk dan eens bij SOS Kinderdorpen op de site.
*Wegens privacyoverwegingen is de naam Nia gefingeerd.
Dit bericht is voortgekomen uit een samenwerking met SOS Kinderdorpen, maar de inhoud ervan is van onszelf. Lees hier alles over ons advertentiebeleid
Vala van den Boomen (41 jaar) heeft drie kinderen: een zoon van 12, die autisme heeft, en twee dochters van 10 en 6 jaar, die de chronische aandoening EDS hebben, net als zijzelf. Ze is getrouwd met Mario en werkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamer. De eerste tien jaar van haar moederschap heeft Vala niet geslapen, omdat haar kinderen altijd wakker waren. Die schade probeert ze nu in te halen. En dat is hard nodig, want de puberteit staat voor de deur. Dat brengt weer heel nieuwe uitdagingen met zich mee, dus heeft ze al haar krachten nodig.