11 Dingen die je zó niet mist als je kind geen baby meer is
Oeverloos huilen, het gesleep met een autostoeltje en die nachten, die náchten – dit mis je dus echt niet als je kind geen baby meer is.
Lees ook: Ze worden zo snel groot…
1. Honderd voedingen in een etmaal
In theorie was het dan misschien elke drie uur, in de praktijk had je met enige regelmaat het gevoel uitsluitend nog flesjes te maken / zelf als levende fles te functioneren. Het is namelijk onvoorstelbaar hoeveel tijd je kwijt kunt zijn als de melkvoorziening van een baby, en het is net zo onvoorstelbaar hoe gruwelijk handig het is als je kind a, niet meer elke twee seconden melk nodig heeft en b, zichzelf eten kan toedienen.
2. Huilen zonder enig idee
Toen de kraamverzorgster het deed en in de boekjes van het consultatiebureau lijkt het altijd heel simpel, dat troosten van een huilende baby. Gewoon even het rijtje honger, luier, koud, warm, moe afwerken en hop, daar is de reden al gevonden. Helaas blijkt de praktijk doorgaans een stukje ingewikkelder en liep je urenlang met een krijsende baby en geen idee van de oorzaak. Heb je niet meer als je kind kan praten. Dan zegt ie gewoon heel handige dingen als ‘appelsap’ of ‘oorpijn’ en is ie binnen drie minuten gesust (meestal).
3. Het gebrek aan ritme
De halve dag slapen, maar klaarwakker om 5.30 en 23.30 uur, het daaruit voortvloeiende gebrek aan een relaxte bankhang-avond zo nu en dan, en de wetenschap dat het ritme van vandaag op geen enkele manier garant staat voor het ritme van morgen, zodat er derhalve geen peil te trekken valt op hoe de dagen gaan verlopen. En dat vergde op z’n zachtst gezegd het nodige aanpassingsvermogen.
4. Het schema
Van een ritme mocht dan geen sprake zijn, het schema daarentegen was heilig, want: je enige houvast. En dus plande je je hele leven rondom eten, slapen, eten, slapen, and repeat. Da’s zo lekker aan grotere kinderen, die moeten ook eten en slapen, maar niet volgens een in steen gehouwen schema en als een en ander eens wat wordt opgeschoven of geskipt, is het drama ook een stukje kleiner.
5. De legendarische luiers
Oké, een feest is het nog steeds niet, maar de kans dat je elke dag minstens drie keer poep uit een nek staat te schrobben, is met het groeien van je kind wel wat kleiner geworden.
6. Het gevaar
Heeft je peuter een vlekje op z’n oog of teen, dan hang je niet meteen aan de lijn bij de spoedpost. Maar zo’n baby, hè, die was toch een stukje kwetsbaarder en je hoorde ook van die gekke verhalen en voor je het wist had je een levensbedreigende ziekte over het hoofd gezien.
7. Het geclaim
Er zijn misschien nog steeds ‘van die dagen’, maar de tijd dat je de hele dag rondliep met een kind in je armen dat niet weggelegd wenste te worden ook uitsluitend op je schouder wilde slapen, liggen wel achter je.
8. Je hormonen
Ook lekker als je kind groter is, dat je weer een beetje je normale zelf wordt. Ontzwangerd en wel zie je in dat het enorme schuldgevoel dat je eerst had als je bijvoorbeeld je baby achterliet op de crèche, misschien toch een tikje overdreven was. En dat ie best drie minuten kan huilen zonder een hechtingsstoornis op te lopen.
9. Vermaak
Oké, een kleine baby vermaak je nog wel met zo’n muziekjesding boven de box, maar speelgoed gaat pas echt voor je werken als je kind groter is en zichzelf kan vermaken met de hele Little People-collectie en een heleboel lelijk maar zeer effectief plastic entertainment. De tijd tussen dat muziekjesding en het moment dat je kind zichzelf langer dan tweeënhalve seconde kan vermaken, mis je zó niet als ie eenmaal groter is.
10. Gesleep
Een onder ouders wijdverbreide en immer kloppende wiskundige wet schrijft voor dat de grootte van het kind omgekeerd evenredig is aan de hoeveelheid bagage die meegesleept dient te worden. En dus moest je de deur uit met baby en minstens twee tassen met extra kleren, luiers, voedingen, vestjes, speelgoed en wat je allemaal nog meer kon verzinnen. Om het over dat %&@^*-autostoeltje maar niet te hebben.
11. Die nachten
Je zei het echt: ‘Nou, en toen kwam ie om half één, half drie en half vijf, dus het was best een goede nacht.’ Dat was natuurlijk helemaal geen goede nacht, maar dat vond je wel, omdat er ook nachten waren dat je twee uur sliep en op een of andere manier moest zien te overleven. Heb je niet als je kind geen baby meer is. Niet dat ie dan het klokje rond slaapt en op zondagavond om half elf eens een keer uit bed komt, maar nacht in nacht uit zes keer voeden is als het goed is wel een beetje van de baan.
Lees ook: 22 dingen die je mist als je kind geen baby meer is