Waarom alle ouders op 15 maart moeten gaan stemmen

12.03.2017 18:30


Op 15 maart zijn de Tweede Kamer verkiezingen. Veel mensen zeggen niet te gaan stemmen. Maar jij gaat natuurlijk wel. Omdat je het belangrijk vindt wat er met het land gebeurd. Voor jezelf, maar vooral ook voor je kinderen. Toch?

In mijn omgeving hoor ik het veel: “Ik weet niet of ik wel ga stemmen.” Veel mensen twijfelen of ze wel naar de stembus zullen gaan. Want: er valt weinig goeds te kiezen. Tja. Ik moet eerlijk zeggen dat ik die mening ook wel deel. Een aantal jaar geleden stemde ik altijd vol overtuiging op een bepaalde partij. Maar die overtuiging is al een tijd geleden een tragische dood gestorven. Ik ben opgegroeid in een gezin waarin politiek belangrijk was. Sterker nog, mijn vader was politicus, dus niet stemmen, niet betrokken zijn, niet actief meedoen, dat was bij ons gewoon geen optie. Maar steeds vaker vraag ook ik me nu af: waar gaat het toch heen met de wereld? Hoe moet ik kiezen, als er eigenlijk gewoon weinig te kiezen valt? Of eigenlijk: als het alleen maar kiezen is tussen 28 kwaden? Kan ik dan niet beter thuis blijven? Want: wat heeft het nog voor zin?

Lees ook: Waarom papa relaxed is en mama ongelukkig.

Hoe heeft Amerika’s grootste ‘con-man’ president kunnen worden? Over die vraag heeft menigeen zich de afgelopen maanden het hoofd gebroken. Het antwoord lijkt voornamelijk neer te komen op de volgende verklaring: de woede van de ‘kleine man’. De angry white male die het zo moeilijk heeft. Die maar niet krijgt wat hem toekomt. Waar steeds maar niet naar geluisterd wordt. En de Verenigde Staten zijn niet het enige land wat vol zit met boze kleine mannetjes, nee hoor, ze lijken opeens uit alle hoeken en gaten gekropen te komen. Ook Nederland zit er vol mee. De onvermijdelijke vraag rijst dan ook: wordt het deze maand Geert for president? Als het aan die kleine man ligt namelijk wel.

Als het aan mij ligt, echter niet. Ook al leven we in een klote-tijd. Want dat vind ik echt. En steeds vaker vraag ik me af: waar zadelen we onze kinderen in vredesnaam mee op? Ik zal zeker niet beweren dat iedereen in Nederland het goed en/of breed heeft en dat er door onze politici, dat zo gehekelde establishment, geen grote steken zijn laten vallen. Maar kunnen we de boel gewoon ook even in perspectief blijven bekijken en vooral: niet zo verschrikkelijk verongelijkt doen? Hoe is het toch mogelijk dat de zure, boze mensen in Nederland gefaciliteerd worden in hun geklaag, maar andere groepen in onze samenleving die met soortgelijke grieven en problemen zitten simpelweg worden weggewuifd? Waarom zijn allochtonen, vrouwen, homo’s die roepen dat ze te weinig rechten, respect, gelijkheid, geld en banen hebben ondankbaar, lui, of dom en knarsetandende, verbitterde, verwende mensen zielig en benadeeld? Waarom moeten we wel ruimte geven aan de gevoelens van de man die spuugt op homoseksuelen en op moslims en niet aan die van Mohammed en Saida die nergens een baan kunnen vinden omdat ze toevallig Mohammed en Saida heten?

Begrip hebben en luisteren naar de pijn en de frustratie van een groep mensen betekent niet dat je ze er ook in moet sterken. Dat je ze niet aan moet spreken op hun gedrag als dat begint te knagen aan de grenzen van de redelijkheid. Wat hier, wat mij betreft, zeker het geval is. Doen alsof we de kleine man niet horen is grote onzin, want we horen al jaren helemaal niks anders. Sinds Pim Fortuyn ten tonele verscheen horen we constant hoe slecht het in Nederland wel niet geregeld is voor de gewone man, voor de ‘echte Nederlander’. Dat hij het ‘zat’ is, dat hij zich achtergesteld voelt, dat hij van mening is dat hij niet genoeg heeft. Dat hem dingen afgepakt worden door mensen die hier ‘niet horen’, dat hij recht heeft op beter, groter, mooier, meer. Let wel: híj dus en verder niemand.

We laten moeders en kinderen op zee verdrinken, alleen maar omdat we ‘minder, minder, minder’ willen en steeds meer, meer, meer xenofoob worden. We geloven tegenwoordig dat feiten ‘ook maar een mening’ zijn (klimaatverandering, wat is dat?). En als de politieke verhoudingen op het wereldtoneel zo gespannen blijven als ze nu zijn, stevenen we straks nog af op een Derde Wereld Oorlog. We staan elkaar meer naar het leven dan ooit, voelen ons meer benadeeld dan ooit, zijn individualistischer dan ooit. Me, myself and I is het credo en wie wel om zijn naasten geeft, om het milieu en om de wereld waarin we, met z’n állen dus, leven, zit opeens heel diep in de aars van het plotseling zo verketterde ‘establishment’, dat koste wat het kost omver geworpen dient te worden. Durf je te zeggen dat we voor elkaar moeten zorgen, dan ben je tegenwoordig linkse elite, een ‘gutmensch’. Want saamhorigheid, dat is opeens een scheldwoord.

Willen we dat aan onze kinderen meegeven? Ik denk het niet. Ik denk niet dat jij je kinderen dat wilt leren. Dat ze alleen maar aan zichzelf hoeven denken. Dat anderen niet belangrijk, of minder zijn. Dat ze mensen die het moeilijk hebben niet hoeven helpen. Dat ze mensen die anders zijn mogen veroordelen. Ik geloof niet dat jij je kinderen dat wilt leren. En daarom moeten we dus allemaal gaan stemmen. Ook als er eigenlijk geen partij is waar je echt heel blij mee bent. Ik sta ook niet te juichen bij de kandidatenlijst. Maar ik ga op 15 maart toch zo’n rondje rood kleuren. Omdat ik in ieder geval wil laten horen dat ik het op deze manier dus níet wil. Voor mezelf niet, maar vooral niet voor mijn kinderen. Want als ik dat niet doe, dan doet er op 15 maart in Den Haag een zekere extreem-rechtse gek die duidelijk zijn hersencellen heeft opgelost in de peroxide waarmee hij zijn haar wast een overwinningsdansje. En dan denk ik dat ik nog zoveel fatsoen in mijn kinderen kan proberen te pompen, maar dat heeft dan weinig zin meer. Dan groeien ze op met iemand aan het roer die een voorbeeld neemt aan een andere hoogblonde dictator die alleen maar kan praten in 140 haatzaaiende tekens. En we hebben de laatste tijd allemaal kunnen zien wat daarvan komt.

Ja, we hebben het moeilijk gehad, de afgelopen jaren. Ja, het is allemaal minder geworden, angstiger, harder. Ja, politici hebben beloften gedaan en die niet waar gemaakt. Allemaal waar. Bijna allemaal zijn we slachtoffer geworden van bezuinigingen, ontslagen, recessie. En ja, dat doet pijn. Ja, dat is kut. Ja, dat is oneerlijk. Maar weet je wat pas echt kut is? Midden in de nacht op een bootje moeten stappen met je kinderen en dan maar hopen dat je de overkant bereikt. Je kinderen in de kou midden in een bos te slapen moeten leggen omdat je op de vlucht bent voor bommen en granaten. Geen abortus mogen plegen omdat andere mensen van mening zijn dat ze over jouw lijf mogen beschikken. Als tweederangs mens behandeld worden omdat je moslim bent, of homo, of vrouw. Dat is pas kut. En dat is wat er gaat gebeuren, blijft gebeuren, als je niet gaat stemmen. Of als je stemt voor haat en voor verdeeldheid. Want je denkt misschien dat je daarmee voor jezelf stemt, maar de werkelijkheid is dat je jezelf de das om doet. En erger nog, daarmee ook je kinderen.

Een wereld van woede en van angst is een wereld van verdeeldheid. En het is heel simpel: de mens is en blijft een kudde-dier. Als de kudde uit elkaar valt, overleven we het niet. Dan staan onze kinderen straks alleen in deze wereld, is er niemand die hun hand vast wil houden als ze om wat voor reden dan ook een keer vallen. En als wij er niet meer zijn om ze onvoorwaardelijk op te vangen. Want daar hebben wij dan voor gezorgd: dat er geen onvoorwaardelijkheid meer is. Dan zijn ze vogelvrij, in een wereld die ons allemaal in een ijzeren wurggreep gevangen houdt. Het is daarom ruim tijd voor de kleine man om eens wat groter te worden. Om zijn driftbuien te leren beteugelen en niet te gaan stampvoeten om z’n zin te krijgen. En doet ‘ie dat niet, dan zit er dus weinig anders op dan hem te behandelen als een dreinende peuter. Die moeten tenslotte ook opgevoed worden.

Daarom, beste ouders, ga op 15 maart alsjeblieft stemmen. Ga stemmen voor een betere wereld. Realiseer je dat het misschien allemaal niet geweldig was de afgelopen tijd, maar dat jij en ik wel een oorlogsvrij bestaan hebben kunnen leiden. Dat we voor een appel en een ei drie studies hebben kunnen doen, huizen hebben kunnen kopen, zorg en bijstand hebben kunnen krijgen als dat nodig was, opgevangen werden als we een vangnet nodig hadden. Dat het feit dat wij geen hongerwinter en deportaties hebben meegemaakt niet betekent dat het niet gebeurd is, of niet weer kán gebeuren. En dat we onze weelde en onze verworvenheden alleen maar te danken hebben aan de saamhorigheid, aan die gutmenschen dus. Die misschien fouten hebben gemaakt, zich te rijk hebben gerekend, dat zeker, maar die wel zagen waar het écht om draait: dat we het alleen sámen redden. Ga stemmen vóór de wereld in plaats van er tégen. En gun je kinderen de zachte landing in het leven die ook jij hebt gehad. Gun je kinderen de wereld zoals zij hoort te zijn.

Lees ook: Moeders, trek die koppen uit het zand! En kijk naar het Journaal.