Waarom ik nooit meer voor de eerste keer moeder zou willen zijn
De eerste keer moeder worden is iets heel bijzonders. Hoewel ieder volgend kind speciaal is, is die allereerste keer, die allereerste periode, iets dat je nooit kunt evenaren. Gelukkig maar, vindt Vala. Want hoe bijzonder ook, ze zou het absoluut niet over willen doen.
Laatst gingen Mario en ik op kraamvisite bij vrienden die een dochtertje hadden gekregen. Hun eerste kind. We werden ontvangen door de duidelijk enigszins ontredderde vader, die zich, met zijn kersverse dochter in zijn armen, schuifelend door het huis manoeuvreerde, duidelijk bang om haar te laten vallen. De jonge moeder troffen we in de woonkamer aan, met chaoshaar en in pyjama, ook al was het al lang en breed lunchtijd geweest. Als een havik hield ze man en kind in de gaten, onderwijl af en toe aanwijzingen en bezorgde waarschuwingen roepend terwijl de papa de spullen voor een flesje bij elkaar scharrelde.
Er werd gekibbeld over het voedingsschema, de manier waarop de baby vastgehouden werd voor een boertje en het wel of niet laten slapen in het wipstoeltje. Het was een aandoenlijk tafereel. En vooral: een herkenbaar tafereel. Het leven van twee nieuwe ouders. Een leven wat totaal op z’n kop staat door een piepklein mensje dat van al die commotie helemaal niks merkt. Sterker nog, als de baby had kunnen praten had ze waarschijnlijk haar wenkbrauwen opgetrokken en gezegd: mam, pap, doe even rustig! Het komt allemaal wel goed. Maar dat weet je niet als je net een kind hebt. En dus voelt ieder klein dingetje als een gigantisch issue. Ik stond erbij en keek ernaar. En kon alleen maar denken: godzijdank hoef ik dit nooit meer mee te maken.
LEES OOK: Stop de babytijd! Want ik wil ervan genieten.
Nieuw, eng en overweldigend
Ik heb het niet eens zozeer over de babytijd. Want hoe zwaar ik die iedere keer ook vond, toch denk ik bij het zien van zo’n minibaby altijd weer: ach, wat lief. Ach, wat mooi. Ach, wat een genot. Ik zou het zo weer over doen. Althans, met de kennis van nu. Maar die eerste keer, mijn allereerste keer met een kleine baby, dat zou ik voor geen goud meer hoeven herbeleven. Als ik terugdenk aan die eerste keer zou ik willen dat ik er meer van had genoten.
Maar dat is dus precies het ding: dat is zo moeilijk als je voor de eerste keer moeder bent. Het is allemaal zo nieuw, zo eng, zo overweldigend, dat er voor dat genieten vaak helemaal geen plaats is. Ik heb inmiddels een heleboel vrouwen met kinderen in mijn omgeving en ik ken er geen een voor wie haar allereerste begin als moeder vooral rozengeur en maneschijn was. Achteraf gezien vonden al mijn vriendinnen het maar een heftige toestand en vaak ook helemaal niet zo leuk. Allemaal waren ze onzeker, doodvermoeid en ging hun relatie door zwaar weer. Het was pas later, toen hun kind wat ouder werd, of bij de volgende baby, dat ze er daadwerkelijk van konden genieten. En als ze terug denken aan dat allereerste begin, denken ze zonder uitzondering: wist ik toen maar wat ik nu weet.
Het had zo relaxed kunnen zijn
Ik vind het misschien wel een van de grootste rotstreken van het leven: dat je pas weet wat je had als het alweer voorbij is. Want pas als je eenmaal een peuter hebt, of een kleuter, of een gezin met meerdere kinderen, dan pas weet je hoe heerlijk simpel het leven eigenlijk was toen je nog maar een kleine baby had. Hoe rustig en loom de dagen eigenlijk waren. Hoeveel tijd je eigenlijk nog voor jezelf en voor elkaar had. Hoe stil het in huis was en hoe eenvoudig je nog van alles kon ondernemen. En sla je jezelf voor je kop dat je destijds overal zo verschrikkelijk moeilijk over deed.
Als ik terugkijk op de tijd dat ik alleen nog maar mijn babyzoon had, realiseer ik me hoe relaxed dat eigenlijk was. Of beter gezegd: had kunnen zijn. Als ik me maar niet zo druk had gemaakt om niks. Als ik me niet zo had laten meeslepen door mijn angsten en onzekerheden en gewoon had genoten van mijn baby en al die tijd die ik voor en met hem had. Dat realiseerde ik me pas toen ik met de ene hand een schuimbekkende peuter de speeltuin uit moest zien te slepen en met de andere een huilende baby van melk moest voorzien. Toen er op elk moment van de dag altijd wel minstens een kind wakker was. Toen tijd voor mezelf een begrip werd uit een ver verleden. Maar toen was het al te laat. Ach, het had zo mooi kunnen zijn. Maar dat was het niet. En ondanks dat het nu allemaal veel drukker is en veel ingewikkelder op heel veel fronten: doe mij maar het ervaren moederschap. Hoe lief en klein en eenvoudig en speciaal het die eerste keer ook allemaal was, als ik nieuwe ouders rond zie rennen als de kip zonder kop die ook ik ooit was, ben ik als een kind zo blij dat dat voorbij is.
De beloofde roze wolk
Maar zonde is het natuurlijk wel een beetje. Want ik had best graag op die roze wolk willen zitten, die me negen maanden lang beloofd was. Eigenlijk zou iedereen twee of meer kinderen moeten krijgen om ervaring op te doen en dan nog een nakomertje als die eerste lichting naar school is. Zodat je met terugwerkende kracht die eerste tijd kunt beleven en dan op de goede manier. Met lome dagen in huis, met een versgezette cappuccino en een tijdschrift, terwijl de baby vredig naast je ligt te slapen in het wipstoeltje. Met de zekerheid en de kennis van een ervaren ouder en zonder zorgen over dingen die helemaal niet zorgelijk zijn. Zodat je daadwerkelijk kunt doen wat nieuwe ouders altijd te horen krijgen dat ze moeten doen, maar nooit voor elkaar krijgen: genieten.
LEES OOK: Ik had veel verwacht van het moederschap, maar niet dat het eenzaam zou zijn.
Vala van den Boomen (41 jaar) heeft drie kinderen: een zoon van 12, die autisme heeft, en twee dochters van 10 en 6 jaar, die de chronische aandoening EDS hebben, net als zijzelf. Ze is getrouwd met Mario en werkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamer. De eerste tien jaar van haar moederschap heeft Vala niet geslapen, omdat haar kinderen altijd wakker waren. Die schade probeert ze nu in te halen. En dat is hard nodig, want de puberteit staat voor de deur. Dat brengt weer heel nieuwe uitdagingen met zich mee, dus heeft ze al haar krachten nodig.