Verdrietig, koud en op de vlucht. Help jij een kindje toedekken?
Als jouw kinderen ’s avonds slapen gaan, dan dek je ze waarschijnlijk lekker warm toe. Jouw kinderen komen veilig en behaaglijk de winter door. Maar helaas geldt dat niet voor alle kinderen. Want in Syrië hebben de kindjes geen warme bedjes. En het wordt alleen maar kouder.
In Syrië is het al vijf jaar lang oorlog. Al vijf jaar lang leeft de Syrische bevolking en veel mensen in de buurlanden in angst, verdriet en armoede. Dat is makkelijk om te vergeten of weg te stoppen als je hier woont, waar het veilig en gerieflijk is. Als je in je eigen warme huis zit en je kinderen iedere avond lekker in kunt stoppen, waarna je weet dat ze een hele nacht heerlijk in hun eigen bedjes kunnen slapen. En dat ze ’s ochtends ook weer wakker worden. Uitgerust, vrolijk en gezond. Voor ons is het bijna niet voor te stellen dat er, niet eens zo heel ver hier vandaan, ouders zijn die hun kinderen niet warm kunnen houden. Omdat ze buiten moeten slapen omdat hun huis is gebombardeerd. Omdat ze op de vlucht zijn voor oorlog. Omdat ze in een veel te vol tentenkamp moeten wonen, waar veel te weinig hulpmiddelen zijn om iedereen te kunnen helpen. En dus lijdzaam moeten toezien hoe hun kindjes kou lijden.
Als ik op het Journaal naar die verdrietige, bleke snoetjes kijk, dan lopen de rillingen over mijn rug. Want mijn god, het zal je kind maar zijn, dat daar rillend op de koude grond moet zitten. Wat moet je je als ouder dan verschrikkelijk machteloos voelen. Ik voel me óók machteloos. Omdat ik zo boos ben dat al die kinderen dat moeten meemaken. Huis en haard hebben moeten verlaten met niets meer dan wat ze konden dragen. En ik sta erbij en kijk ernaar. In mijn warme huis, waar mijn drie kinderen onder hun donzen dekbedjes liggen te slapen. Zoals het hoort. Maar zoals het dus gewoon niet gaat voor alle kinderen. Die oneerlijkheid breekt mijn moederhart.
Naar Syrië gaan om te helpen kan ik niet en, hoe graag ik het ook zou willen, ik kan alle zorgen en verdriet van die ouders en hun kinderen niet wegnemen. Maar, alle kleine beetjes helpen en dus wil ik doen wat dan wél in mijn macht ligt. Een deken geven bijvoorbeeld. Voor een kindje dat het koud heeft. Dat kan door een donatie van vijf euro te maken aan UNICEF. UNICEF roept iedereen op een kind in nood de warmte geven die het zo hard nodig heeft. Daar wil jij je toch ook voor inzetten? Want ieder kind verdient warmte en veiligheid. En het is aan ons, als ouders overal ter wereld, om ze dat te geven.
Wil je meer weten over wat UNICEF doet voor kinderen in Syrië en andere landen waar de omstandigheden slecht zijn? Kijk dan op www.unicef.nl/deken en draag bij aan een veilige wereld voor alle kinderen.
Vala van den Boomen (41 jaar) heeft drie kinderen: een zoon van 12, die autisme heeft, en twee dochters van 10 en 6 jaar, die de chronische aandoening EDS hebben, net als zijzelf. Ze is getrouwd met Mario en werkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamer. De eerste tien jaar van haar moederschap heeft Vala niet geslapen, omdat haar kinderen altijd wakker waren. Die schade probeert ze nu in te halen. En dat is hard nodig, want de puberteit staat voor de deur. Dat brengt weer heel nieuwe uitdagingen met zich mee, dus heeft ze al haar krachten nodig.