Tess zit vervroegd in de overgang: “Mevrouw, u bent een opgedroogd, oud lijk.”
Tess (34), moeder van een zoon van drie, ging naar de dokter omdat ze zich al een tijdje raar voelde. De diagnose kreeg kwam niet helemaal onverwacht, maar toch was het schrikken.
“Mevrouw, u bent een oud, opgedroogd lijk.” zei de huisarts op een druilerige ochtend tegen mij. Of nou ja, “U bent in de overgang” was wat hij eigenlijk zei, maar hij had net zo goed dat eerste kunnen zeggen, want zo voelde het. Eigenlijk wist ik wel dat deze diagnose eraan zat te komen, want welke conclusie moet je anders trekken als je al maanden ‘s nachts je bed uit zweet, dan weer elke twee twee weken en dan weer elke twee maanden ongesteld wordt en het gevoel hebt dat je rondloopt met een lap schuurpapier in je onderbroek? Dus nee, eigenlijk had ik geen dokter nodig om me te vertellen dat de fabriek bezig was haar deuren te sluiten. Maar toch kwam het hard aan. Ik ben namelijk pas 34. In de bloei van mijn leven. Ik heb drie jaar geleden nog een kind gekregen! Dus hoezo ben ik dan nu opeens een oud wijf?
LEES OOK: Dacht je alles gehad te hebben met die bevalling, krijg je dit…
Anti-rimpelcrème en corrigerende onderbroeken
Natuurlijk is dat onzin, want het feit dat je voortplantingsorganen er de brui aan geven, betekent niet dat je gelijk achter de geraniums moet verdwijnen. Dat je nu opeens niet jong of aantrekkelijk meer bent. Maar de overgang, dat is toch wel een dingetje. Sowieso al, maar helemaal als je zelf nog luiers staat te verschonen en stiekem het gevoel hebt dat je eigenlijk nog steeds 23 bent. En er ook zo uitziet, al zeg ik het zelf. Maar opeens ben je dan uitgerangeerd, klaar. Kom maar door met de anti-rimpelcrème en de corrigerende onderbroeken. Oma kan het wel gebruiken. Want nu zijn het weliswaar alleen nog maar mijn eieren die verschrompelen, het is natuurlijk slechts een kwestie van tijd tot ook mijn gezicht en mijn kont op half zeven hangen. Zo gaat dat met dingen die over de datum gaan. En van een overrijpe pruim loopt niemand het water meer in de mond.
Kinderwens in het gedrang
“Nou, nou” suste de huisarts, “zo erg is het niet. U heeft gelukkig al een kind.” Met een glimlach knikte hij naar mijn zoon die in de spreekkamer zat te spelen. “En voor uw droge vagina heb ik gewoon een zalfje.” liet hij er gelijk maar opgewekt op volgen, waarna ik mijn best moest doen om niet in huilen uit te barsten. Een zalfje. Voor mijn droge vagina. Ik wil geen zalfje voor mijn droge vagina! Ik wil een natte vagina! ‘s Avonds huilde ik tegen de schouder van mijn man om mijn vervlogen jeugd. “Ach ik vind je nog steeds sexy, hoor” zei hij, maar dat bood geen soelaas. Ik ben 34 en in de overgang en ja, gelukkig, godzijdank, heb ik een kind kunnen krijgen. Want dat is natuurlijk het grootste issue van vervroegd opdrogen: dat je kinderwens dan in het gedrang komt. Dus ik mag nog van geluk spreken, want ik heb dan weliswaar nu een ouwe doos, maar ik hoef er in ieder geval niet in te laten wroeten door een fertiliteitsarts om me nog te kunnen voortplanten. Tel je zegeningen dus, ik weet het. Maar toch valt het me zwaar.
Een wandelende broedmachine
Misschien is het omdat het me confronteert met het feit dat dat deel van mijn leven dus nu echt afgesloten is. Het zwanger worden deel. Niet omdat ik nou graag nog een kind zou willen, maar maar omdat dat zo onlosmakelijk verbonden is met vrouw zijn, met je biologisch ‘doel’. Bijna alsof ik nu overbodig geworden ben, niet meer mee tel. Wat natuurlijk onzin is, want een vrouw wordt niet gedefinieerd door haar vermogen zich te kunnen voortplanten. Alsof ik niet veel meer ben dan een wandelende broedmachine.
Opvliegers en glijmiddel
Het is een fase, zeggen we als moeders vaak als het gaat om onze kinderen. Maar eigenlijk is die uitspraak van toepassing op alles in het leven. En zoals dat gaat met fases, ze gaan voorbij. Zo probeer ik dit dus ook maar te zien: ik sluit een fase in mijn leven af en ga beginnen aan een nieuwe. En hoewel de ouderdom komt met gebreken (of, in dit geval, met opvliegers en glijmiddel) komt-ie naar het schijnt ook met wijsheid, berusting en hele goede wijn. Dus daar verheug ik me dan maar op. Ik ben 34, in de overgang, maar het leven ligt nog aan mijn voeten. Want ik heb dan wel een ouwe doos, maar in mijn hart blijf ik een jonge blom.”
LEES OOK: Mama, kijk eens wat vaker in de spiegel – en zie hoe mooi je bent.