Papa hoeft op zondag alleen het vlees te snijden, maar mama moet altijd thuis zijn

11.04.2016 04:55
vader


In Nederland is het nog steeds voornamelijk de vrouw, de moeder, die het grootste deel van de zorgtaken in het gezin op zich neemt. De meeste vaders gaan weinig tot niet minder werken als er kinderen komen, terwijl de moeders zich massaal aansluiten bij de parttime club. Dat vinden we normaal. En onze kinderen dus ook.

Ik ben opgegroeid met een actief feministische moeder. Zo eentje die 80 uur in de week werkte en haar man voor zich liet koken. Toen ik 5 jaar was, liet ze me een test maken in de Opzij, die moest uitwijzen hoe feministisch ik was. Ik kan me nog één vraag herinneren: ‘Wat zou je doen als je in een donker steegje door een man wordt aangevallen?’ Ik hoefde niet lang na te denken: de onverlaat in zijn ballen trappen natuurlijk. Mijn moeder was trots. Ze leerde mij dat het belangrijk was dat ik, als vrouw, op mijn eigen benen kon staan, mijn eigen geld verdiende. Nooit afhankelijk zou worden van een man. Mijn vader was degene die bij ons thuis achter het aanrecht stond, een dag per week thuis was, Lego met mij bouwde en appeltaarten met mij bakte. Dat andere kinderen moeders hadden die ’s middags met thee en koekjes klaar zaten als ze uit school komen, vond ik ronduit vreemd. “Wat doen die vrouwen dan de hele dag?” schijn ik eens gevraagd te hebben. In de familie nog steeds een gretig vertelde anekdote.

Lees ook: Uitspraken die werkende moeders nijdig maken.

Dat mijn jeugd geen gemeengoed was, kreeg ik op een gegeven moment wel door. Want de meeste kinderen hadden dus wél thee schenkende en biscuitjes uitdelende moeders. En nu, zo’n 30 jaar later, is dat eigenlijk nog steeds zo. Zelf werk ik fulltime, maar ik ben eigenlijk de enige moeder in mijn omgeving. Drie dagen is het gemiddelde, vier als je jezelf écht een carrièretijger noemt. Maar vijf, zoals ik? Nee, dat gaat toch wel te ver. “Serieus, fulltime?” krijg ik vaak te horen, of het minder subtiele: “Vind je dat nou niet zielig voor je kinderen?” want de goegemeente vindt dat blijkbaar wel. “Mama, waarom werk jij nou altijd?” vroeg mijn dochter laatst enigszins verbolgen en daar schrok ik toch wel van. Want als ook zij dat vindt, zit er dan niet toch een kern van waarheid in? En carrièretijger of niet, ik blijf toch ook een moeder, dus dan is daar direct het schuldgevoel.

Maar, vroeg ik mij toen af, zegt mijn 3-jarige dit soort dingen dan ook tegen haar vader, die net zo goed vijf dagen per week op kantoor zit? Ik werk tenminste nog één dag thuis, dus opgeteld ziet ze mij vaker. Maar wat haar betreft was dat geen genoegdoening. Op de vraag of ze het dan niet erg vindt dat papa ook de hele week moet werken, antwoordde ze namelijk vastberaden: “Nee, hoor!”, bouwde weer verder met haar Lego en liet mij enigszins beledigd achter. Want, hoe rolbevestigend is dit? Anno 2016 ook nog notabene. Papa komt dus weg met weekenddiensten, maar mama is een dergelijk privilege niet gegund. Ik vind dat best een beetje schokkend en daarnaast ook wel moeilijk, want het plaatst mij, als moeder, toch wel voor het blok. Want uiteraard wil ik het beste voor mijn kinderen, dat ze gelukkig zijn, zich gezien en gehoord voelen. En ik denk dat ik daar heel hard mijn best voor doe. Tegelijkertijd wil ik ook het beste voor mezelf, omdat ik, naast moeder, ook nog vrouw, ook nog Vala ben. Die voldoening haalt uit werken, zelfontwikkeling en uit financieel zelfstandig zijn. Daarnaast ben ik een gescheiden moeder en verdien ik, hoewel net zo hoog opgeleid, zeker de helft minder dan de vader van mijn kinderen. Simpelweg omdat hij een man is en ik een vrouw. En dat, helaas, óók nog steeds onze maatschappelijke norm is. Dus ja, eerlijk is eerlijk, ik werk voor een groot deel voor mezelf, maar voor een deel toch zeker ook voor mijn kinderen. Zodat ik ze kan geven wat ze nodig hebben. Mama is dus gelijk aan papa, zoals ik altijd geleerd heb dat het zou moeten zijn. Maar mijn kind is het met dat curriculum niet eens.

Is dit nature, of is het nurture, dat mijn dochter de afwezigheid van haar vader beter pikt dan die van haar moeder? Is zij, puur biologisch gezien, zo geprogrammeerd, omdat zoogdieren zoals wij, ook nu nog steeds, nou eenmaal meer leunen op de moeder? Of is het haar aangeleerd door haar omgeving, dat mama met de koektrommel op de bank hoort te zitten en papa op kantoor? Ergens knaagt altijd het schuldgevoel als ik op mijn werk zit, terwijl mijn ex-Manlief dat op zijn beurt niet voelt. Overwegen om minder te gaan werken, het is voor hem niet eens een optie. Want ja, hij is vader en dat vindt hij heerlijk, maar hij is ook nog man. Zonder zich daar ontaard over te voelen. En gelijk heeft hij, vind ik gewoon eigenlijk, maar ik zou willen dat ik daar voor mezelf ook zo stoïcijns over kon denken. Hopelijk vindt mijn dochter, als ze later terugkijkt, het net zo normaal als ik vroeger dat ze een moeder had die, naast haar mama, ook nog andere dingen was. Omdat ik weliswaar hoop dat zij later zal ervaren hoe geweldig het is om kinderen te krijgen, om moeder te zijn, maar ook dat ze, net zoals ik nu, iets gaat doen waar ze gelukkig van wordt, zoals ik dat wordt van stukjes schrijven. En dat ze zich ook herinnert dat, alhoewel mama niet op woensdagmiddag klaar zat met zelfgebakken appeltaart, ik wel net zoveel van haar houd als de mama’s die dat wel deden. En dat de kant en klare appeltaart van de Albert Heijn in het weekend ook heel lekker was.