“Ik mag het kind van mijn beste vriendin niet”

16.03.2016 14:55
frustratie, beste vriendin


Vriendinnen Lisa en Eline waren tegelijkertijd zwanger en bevielen zes weken na elkaar allebei van een zoon. Ze hadden zich enorm verheugd op het voortzetten van hun vriendschap in gezelschap van beide jongetjes, maar we zijn nu vijf jaar verder en de vrouwen zien elkaar niet meer zo vaak. Lisa probeert nog wel steeds een afspraak te plannen, maar Eline houdt het af. Ze vindt het zoontje van Lisa namelijk heel erg vervelend.

Eline: “Lisa en ik keken er zo naar uit. Als beste vriendinnen is er natuurlijk weinig leuker dan samen een zwangerschap beleven en het leven schenken aan een kind. Tenminste, dat dacht ik. Maar heel eerlijk vond ik er eigenlijk al weinig aan om samen zwanger te zijn. Ik doorliep mijn zwangerschap vrij gemakkelijk en Lisa is eigenlijk zeven maanden lang chagrijnig geweest. Maar goed, de laatste loodjes zaten we weer op één lijn en hebben we wel gelachen met onze dikke buiken en enkels.

Als eerst beviel ik van Michael en Lisa werd zes weken later moeder van Simon. Weet je wat raar is? Ik ben echt groot fan van kinderen, ben jarenlang leidster op een kinderdagverblijf geweest, maar bij de eerste blik in de wieg van Simon dacht ik diep vanbinnen: “Ik mag dat jongetje niet.” Erg hè? Natuurlijk heb ik dat gevoel zo diep mogelijk weggestopt, maar het bleef altijd aanwezig. Bij elk bezoekje merkte ik dat ik helemaal niks met Simon kon. Lisa en ik hadden bedacht dat Michael en Simon als broertjes zouden kunnen opgroeien (we wonen twee straten bij elkaar vandaan en de jongens zitten nu zelfs op dezelfde school), maar dat is totaal anders gelopen. Terwijl Michael een blije baby was, was Simon een teruggetrokken jongetje. En waar Michael uitgroeide tot een communicatief jochie die het heerlijk vindt om buiten te spelen is Simon een heel eenzelvig kind dat het liefst altijd binnen in een hoek zit en gemene trekjes heeft. Lisa heeft me wel eens verteld dat ze op het kinderdagverblijf niet wisten wat ze met hem aan moesten, omdat hij andere kinderen in het geniep zat te knijpen en daar dan over loog.

Ja, ik weet het, hij is nog klein. Vijf jaar is nog helemaal niks en er kan van alles veranderen. Ik heb ook echt mijn best gedaan om over mijn gevoel heen te stappen en het een kans te geven, maar elke keer als dat jongetje in de buurt is, krijg ik de kriebels. Het is zijn houding, de blik in zijn ogen. Het wordt me gewoon koud om mijn hart als ik naar hem kijk. Door deze situatie zie ik Lisa een stuk minder dan ik zou willen. Onze vriendschap is echt tanende. We spreken zelden alleen af, want Lisa is een moederkloek. Ze wil zoveel mogelijk doen met haar kind erbij. En ’s avonds wat drinken zit er ook niet meer in, omdat ze zo ongeveer na het Journaal naar bed gaat. Als dit nog even zo doorgaat, dan zijn we kennissen in plaats van vriendinnen. Lisa heeft me al wel eens gevraagd wat er aan schort. Toen heb ik er maar een beetje omheen gepraat. Druk op werk. Moe. Dat soort smoezen. Wat moet ik doen? Ik kan toch niet zeggen dat ik haar zoon niet mag? Dan maak ik het helemaal stuk? Maar hoe stap ik over mijn weerzin voor dit kind heen?”

Lees ook: “Ik ben net moeder, maar eigenlijk vind ik het helemaal niet zo leuk.”