Esther: “Mijn man kreeg een hersentumor toen ons zoontje nog maar 1 jaar was”

21.02.2022 18:00


Esthers zoontje Rijk was vijftien maanden, toen bij haar man Marc een levensgevaarlijke hersentumor werd ontdekt. “Het feit dat de kans bestond dat we met z’n tweetjes verder moesten, maakte dat ik me heel sterk met hem verbonden voelde.”

“Een ruimte innemend proces,” zo noemde de arts het. Een hersentumor dus. Ik reageerde heftig en moest huilen. Een hersentumor, dat kon maar één kant op gaan. De verkeerde. De arts durfde het woord kanker er nog niet aan te koppelen, maar ik wist het meteen: dit is kwaadaardig. Dit is helemaal niet goed. Marc bleef rustig. Hij was een soort van opgelucht dat er een oorzaak was gevonden voor de gruwelijke hoofdpijn die hem al maanden kwelde.”

“Een paar dagen later wisten we het zeker: Marc had kanker. Er zat een tumor in zijn kleine hersenen. Deze zitten tegen de hersenstam, die alle vitale functies regelt. Hij moest snel geopereerd worden. De kans was best groot dat er iets geraakt werd, waardoor hij er zwaar gehandicapt of helemaal niet uit zou komen”.

“De dag van de operatie was de vreselijkste van mijn leven. ’s Ochtends dwaalde ik wat door de stad, om daarna koffie te gaan drinken met een vriendin. Ik weet nog dat ik tegen haar zei dat het me niet uitmaakte hóe Marc eruit kwam, als hij maar weer wakker werd. Daarna heb ik samen met Marcs ouders en ons zoontje Rijk in het ziekenhuis zitten wachten. Ik vond het fijn dat Rijk erbij was. Het feit dat de kans bestond dat we met z’n tweetjes verder moesten, maakte dat ik me heel sterk met hem verbonden voelde. De opluchting die me overspoelde toen ik hoorde dat de operatie goed was gelukt, was gigantisch. Ik heb Rijk heel stevig geknuffeld. Godzijdank konden we het leven samen met Marc verder leven.”

“Mijn blijdschap sloeg al snel om in bezorgdheid, want Marc knapte niet op. Hij had zoveel pijn, dat hij er helemaal door in beslag werd genomen. Praten was al teveel. Na anderhalve week werd de oorzaak van zijn slechte herstel bekend; hij had een hersenvliesontsteking. Bóem, die uitslag was een klap in mijn gezicht. Ik was ontzettend boos. We hadden al zoveel achter de rug, niet óók dit nog. Ik voelde een zware verantwoordelijkheid voor het leven van Marc. Ik deed alle gesprekken met artsen en communiceerde met familie en vrienden over hem. Daarnaast was ik ook nog moeder van een klein jongetje, die zijn onrust uitte in driftbuien. Het was veel, maar de kracht die ik voelde was enorm. Door de pijn was Marc een soort van mentaal uitgecheckt, maar ik voelde dat ik contact met hem had. Hij had al zijn kracht nodig om hieruit te komen. Het enige wat ik kon doen om hem daarbij te helpen was hem heel veel liefde geven. Aan dat grote gevoel hield ik me vast.”

“Na twee maanden in het ziekenhuis mocht Marc naar huis. Hij stond er goed voor. Hij had een overlevingskans van tachtig procent en bovendien was de tumor helemaal weggehaald. Chemotherapie was niet nodig, bestraling wel. Toen dat achter de rug was, was het helaas nog lang niet klaar. We ontdekten dat we veel te verwerken hadden. Marc ging met heel, heel kleine stapjes vooruit. Na ruim een jaar ging hij voorzichtig weer aan het werk, maar het oude tempo van vijftig uur per week werken, kon hij onmogelijk voortzetten. Na twee jaar ziekte werd een ontslagprocedure ingezet en kwamen er ook financiële zorgen bij. We waren net verhuisd en ons oude huis was nog niet verkocht. Marc was niet meer de oude, maar ik ook niet. Ik was moe, zo verschrikkelijk moe. Als we naar een feestje gingen, waren we een week van de kaart. We waren kapot, allebei.”

“Ons leven werd beheerst door tegenvallers. We stonden stil bij elke deur die dicht ging: Marcs carrièreperspectief, de droom om eventueel nog eens in het buitenland te werken en wonen, onze gezamenlijke hobby zeilen, het snelle leven waar we in zaten, heel veel dingen konden niet meer doorgaan. Om te kunnen kijken naar wat er nog wel is, was het nodig om volop onder ogen te zien wat er niet meer kan. We moesten afscheid nemen van ons oude leven. We zaten allebei soms zo in onze eigen verwerking, dat het niet altijd lukte om bij elkaar aangesloten te blijven. De professionele hulp van psychologen is onze redding geweest. Ik weet niet of we het anders samen hadden gered.”

LEES OOK: Mantelmama schrijft brief aan haar 1-jarige zieke dochter

“Ik ben zó blij dat die tijd achter de rug is. We genieten weer. Vorig jaar is Boris geboren. Dat is geweldig, want het had zo anders kunnen lopen. Ik geniet heel erg van hem en ons gezin. Ons leven heeft meer diepgang gekregen. Als ik terugkijk, zie ik dat de afgelopen vier jaar me erg uitgedaagd hebben. Ik heb alle hoeken van mezelf gezien, ook de donkerste. Ik heb het vertrouwen dat ik alles wat er op mijn pad komt aan kan. Samen met Marc. Dat we in juni gaan trouwen, zegt heel veel. Het zegt dat we het samen hebben gered, dat we vooruit durven te kijken en het leven weer kunnen vieren. Het is zo zwaar, somber en donker geweest, dat we alle mooie dingen stevig vast pakken.”

“Ik heb lang het gevoel gehad dat ik een nare film zat. Een jaar geleden had ik dit verhaal niet kunnen vertellen. Ik zat er nog te diep in. Ik kan nu veel milder kijken naar wat er is gebeurd. Dit had het leven voor ons in petto en daar gaan we mee verder. Dat is wat ik het allerliefste wil.”

Meer informatie over hersentumoren: www.hersentumor.nl.