Dit is een ode aan de vrije dag voor jezelf. (Dat was me nog eens wat!)
Renske had vroeger iedere week een vrije woensdag. Een dag zónder werkverplichtingen, een dag voor zichzelf, een dag om in te vullen op welke manier dan ook. Een ode aan deze moooooooie dag.
Ik mis het. Ik mis het zo! Mag ik dat zeggen? Vroeger werkte ik vier dagen per week bij een tijdschrift en had ik een dag per week tijd vrij. Tuurlijk, in het weekend had ik heus óók vrij, maar de zaterdag en zondag zaten altijd boordevol verplichtingen. Je weet toch? Boodschappen, familiebezoek, opruimen, dat soort dingen. Nee, de woensdag was voor mezelf. Voor bezoekjes aan de kapper, aan de sportschool, aan het zwembad, aan de winkelstraat, aan vriendinnen, aan de fysio, aan de huisarts als het nodig was, aan die ene nieuwe interieurhotspot. Het was, kortom, HEERLOK, zo’n woensdag. Maar toen, toen kwamen de kinderen, en begon het gejuggle met de opvang. Mijn vrije woensdag veranderde in mijn dag met de kinderen. En werd in ieder geval een dag waarvan ik – het zal de meesten hier weinig verbazen – met de beste wil van de wereld niet meer kan zeggen dat het een echt ‘vrije’ dag is.
Lees ook: Moeders, stop met jezelf wegcijferen! En doe 1 week lang wat jij wilt!
Ik mis het. Ik mis het zo! Waar het vroeger best normaal was om een dagje voor jezelf te hebben (en je hoorde ook altijd wel iemand meedenken: let je goed op jezelf, doe het even wat rustiger aan) is zo’n vrije dag als moeder zijnde opeens niet meer aan de orde. Daarom: een ode aan de vrije dag van weleer. Aan de lege dag die voor me lag. Aan de dag die ik schaamteloos vol kon plannen, of juist schaamteloos kon verkwanselen. Aan de dag waarop ik ruimte had voor nieuwe inzichten. Aan de dag waarop ik even op adem kwam, aan de dag waarop ik oplaadde, aan de dag waardoor ik er daarná weer met (een beetje) nieuwe energie tegenaan kon. Aan de dag waarop ik probleemloos een afspraak met de kapper kon inplannen. Aan de dag waarop ik probleemloos een afspraak met de dokter kon inplannen. Aan de dag waarop ik probleemloos met een vriendin kon gaan lunchen. Aan de dag waarop ik het een klein beetje rustig aan kon doen zonder me schuldig te hoeven voelen. Ik wérkte immers die andere dagen gewoon.
Ik sprak laatst een vriendin, en die gaat het dus helemaal anders doen. Door een samenloop van omstandigheden heeft ze opeens een dag in de week vrij. Een dag waarop haar jongste kind gewoon naar de opvang gaat. En guess what? Die gaat ze daar dus gewoon laten zitten. Omdat ze merkte dat ze zowat kon janken bij het idee wéér een jaar door te moeten jakkeren zonder enige vorm van bewegingsvrijheid. Omdat ze zowat kon janken bij het idee wéér een jaar door te moeten ‘achtbanen’ zonder adem te halen. Ik zeg: good for her. Ik zeg: zou ik ook wel willen. Ik zeg: even op studeren hoe dan. Ik zeg: moet ik nog wel even werken aan dat eeuwige schuldgevoel.
Lees ook: 35 Dingen die ik mezelf zou vertellen als ik terug kon in de tijd.