Bericht aan roekeloze ouders: jullie kind is niet onsterfelijk
Niets kan me zo boos maken als ouders die roekeloos met hun kinderen omgaan. Dus hierbij een wake-up-call aan de ouders die hun dreumes zonder toezicht in de branding laten spelen, hun peuter op zijn eerste fietsje de dode hoek in sturen – of erger. Mijn moederhart kan het niet meer aan.
Ik ben heus niet zo’n moeder die gillend onder het klimrek staat dat haar kind voorzichtig moet doen, en ik ben ook niet heilig als het gaat om veiligheid. De fietshelmen gaan niet op bij korte ritjes naar school (hoewel dit wel beter zou zijn), ik heb ook weleens in de haast een fles afwasmiddel op de rand van het aanrecht laten staan, ik heb nog steeds mijn EHBO diploma niet gehaald en er zijn nog steeds stopcontacten in ons huis die niet zijn beveiligd. Maar af en toe zie ik ouders die risico’s nemen waar ik gewoon écht niet bij kan met mijn hoofd en moederhart.
Zo was ik eens op een strandje, waar een dreumes van net een jaar doodleuk zittend in de branding was neergezet, terwijl de moeder minstens vijftig meter verderop lag te zonnebaden. En dan niet op haar zij, zodat ze met een half oog haar eenjarige in de gaten kon houden, nee, gewoon op haar rug, met haar ogen dicht. Tuurlijk, ik snap best dat je moe bent en even wilt liggen na de zoveelste gebroken nacht, dat had ik ook toen ik twee eenjarigen had. Maar ga dan niet naar het strand, zou ik zeggen. Iedere ouder weet volgens mij toch dat een kind binnen een minuut kan verdrinken? Ik zelf heb het kind van die andere moeder geen seconde uit het oog verloren terwijl ik intussen mijn eigen peutertweeling in de gaten hield, die ik allebei in een reddingsvest had gehesen voor het geval ik er eentje uit het oog zou verliezen en ik moest mijn tong afbijten om er niet iets van te zeggen – ik wilde ook weer niet overkomen als de moedermaffia.
Dan zijn er de ouders die met hun nog niet goed fietsende kroost door het centrum van een grote stad fietsen. Je kind leren fietsen is natuurlijk fantastisch, maar in de stad is het een wirwar van trams, vuilniswagens met dode hoeken, fietsers die hun eigen verkeersregels bedenken, automobilisten die daar dan weer het hunne van denken en tachtig plussers op elektrische fietsers die met veertig kilometer per uur de straten onveilig maken. En ik wil hier geen heel somber verhaal van maken, maar dat loopt dus niet altijd goed af. Ik heb in de jaren dat ik in Amsterdam woon al heel wat bloemenzeeën gezien langs fietspaden die ik liever niet had gezien.
LEES OOK: Eindelijk had Janneke haar leven weer op orde. En toen kwam de derde
De ouders die hun kind achter op de fiets hebben zitten (of, ook gezien: op de bagagedrager hebben staan), kunnen er ook wat van. Vandaag nog werd ik (op het moment dat ik met onze bakfiets met drie kinderen erin zélf al een fietser inhaalde) ingehaald door een vrouwelijke kamikaze op torenhoge hakken. Dat was op zich al discutabel, maar toen zag ik dat zij óók een kind achterop had (zonder helm), en hoe ze vervolgens vlak bij school op topsnelheid links en rechts in- en uitparkerende auto’s inhaalde, alsof ze bezig was de slalom op de skischool te winnen. Vervolgens liep ze op haar dooie akkertje het schoolplein op met haar kleuter aan de hand die – als je het mij vroeg – zojuist ternauwernood aan de dood was ontsnapt. Ja, ik was ook een roekeloze fietser toen ik nog geen kinderen had, die voorrang afdwong en door rood reed als er toch niemand aan kwam, maar sinds ik ook nog de verantwoordelijkheid draag over drie andere mensenlevens, ben ik daar subiet mee gestopt.
En dan heb ik het nog niet gehad over de ouders die hun kinderen (6 en 8 jaar) de hele middag achterlieten in het vakantiepark in Spanje, zodat zijzelf met zijn tweeën ergens in een ander dorpje romantisch konden gaan lunchen. Ik snap dat kinderen niet meteen in zeven sloten tegelijk lopen, maar kom op jongens, we zijn Maddie McCann toch niet vergeten? Ik zou bij die gedachte en met mijn kinderen op kilometers afstand zonder toezicht geen hap meer door mijn keel krijgen. Ben ik nou zo’n verkrampte moeder die het allemaal niet meer kan loslaten, of zijn het de ouders in kwestie die hier die het nonchalante ouderschap net iets te goed beheersen?
Waar wat mij betreft de schoen wringt is dat ik zelf sinds ik moeder ben, het welzijn en dus ook de veiligheid van mijn kinderen op de eerste plaats heb gezet. Ik besefte vóór ik moeder werd al enigszins dat de jaren van navelstaren, egocentrisch al mijn deadlines halen en dansen tot het ochtendgloren voorbij zouden zijn, en toen ik eenmaal moeder was, drong dat pas goed tot me door. Niet dat ik mijn kinderen voortdurend op handen draag en mezelf totaal heb weggecijferd, dat nou ook weer niet. Maar mijn kind uit het oog verliezen zodat ik zorgeloos kan zonnebaden of net doen alsof je voor een romantische date met je man niet eerst een betrouwbare oppas moet regelen, dat vind ik dan weer het andere uiterste. Ik heb in mijn leven al genoeg mensen verloren om te beseffen dat geen van ons onsterfelijk is, wij niet, en ook onze kinderen niet. Dus aan de roekeloze ouders die ik niet aansprak op de onnodig grote risico’s die ze in mijn ogen namen: stop met voor jezelf leven en verschuif de focus naar de kinderen die je zelf op de wereld hebt gezet. De wereld draait niet meer om jou, en je wilt daar niet pas achter komen als het al te laat is, toch?
Janneke (45) heeft drie dochters: een tweeling van 8 en een peuter van 2. Over de tweelingzwangerschap en -hectiek van de eerste jaren schreef ze het boek O jee het zijn er twee. Tegenwoordig probeert ze vanuit intuïtie en creativiteit te balanceren tussen haar werk als schrijver en het moederschap van drie meiden. Je kunt haar belevenissen ook volgen op haar Instagram.