Als mama van huis is, dansen papa en de kinderen op tafel (en waarom dat niet erg is)
Moeders zijn controlfreaks. Het liefst houden ze zelf alles in de hand. Want: als papa het doet heeft de baby z’n luier achterstevoren aan en komt de peuter nooit aan z’n twee ons groenten. Maar, hoe erg is dat nou eigenlijk?
De laatste tijd is er veel gesproken over de zogenaamde ‘mental load’ waar veel moeders danig onder lijden. Want de meeste verantwoordelijkheid voor het reilen en zeilen van het gezin komt terecht op mama’s schouders. En dat is zwaar, heel zwaar. Ik kan dat volmondig beamen, want heel lang was ik zo’n moeder die enorm gebukt ging onder de druk van het gezinsleven. Ik had het gevoel dat ik alles alleen moest doen, overal zorg voor moest dragen. Want als ik het aan mijn man over zou laten, kon je er donder op zeggen dat chaos mijn deel zou zijn. Dus als ik dan een keer een uurtje weg ging, dan ging ik de deur niet uit zonder achterlating van een minutieus schema met instructies, zodat ik in ieder geval zeker wist dat het allemaal goed zou komen. En daar baalde ik dan weer van. Want hállo, moest ik hier dan ook altijd alles doen ofzo?! Wat dus precies de crux van mijn probleem was: want nee, ik hoefde helemaal niet alles te doen, maar ik deed het wel. Anders zou er namelijk ik weet niet wat gebeuren. Wat dan? Nou dat zei ik dus: ik weet niet wat. Maar wat ik wél wist, is dat het in ieder geval niet zou gebeuren zoals ik dat wilde.
LEES OOK: Brief aan mijn man: “Heb geduld met me. Het wordt beter. Echt waar!”
Ik presenteer u: het probleem aller moeders. Want weet je wat er gebeurt als het thuis niet gaat zoals wij het zouden doen? Helemaal niks dus. Of in ieder geval: niks ergs. Het probleem is namelijk niet dat wij het allemaal beter doen, het probleem is dat wij er niet tegen kunnen als iemand (lees: papa) het ánders doet. Dus trekken we alle taken naar ons toe, omdat wij te stijfkoppig en te zelfingenomen zijn om te accepteren dat er meer wegen naar Rome leiden dan alleen de onze. En van dat altijd maar voorop moeten lopen, moeten navigeren, de kar moeten trekken, ja, daar word je op den duur natuurlijk wel behoorlijk moe en chagrijnig van. Maar is het ook niet logisch dat je er op een gegeven moment alleen voor staat als je nooit eens een beetje hulp accepteert? Als je weigert om ook eens een alternatieve route te nemen en er gewoon maar op te vertrouwen dat je dan ook wel ergens uitkomt? Als je het stuur nooit uit handen geeft en ook eens op de bijrijdersstoel gaat zitten? We vinden het lachwekkend en enigszins kleinzerig dat mannen nooit de weg willen vragen, maar als het gaat om de gezinsnavigatie zijn wij zelf eigenlijk net zo erg. En dan vind ik het niet zo gek dat die papa’s op een gegeven moment zoiets hebben van: weet je wat vrouw, zoek het lekker zelf uit. Blijf lekker om je eigen as staan draaien met dat kind, dan neem ik nog een biertje.
Heel vaak heb ik tegen mijn ex-man geroepen dat hij de kantjes er vanaf liep. Dat ik overal voor op moest draaien op gezinsgebied. Het was één van de redenen van onze scheiding, omdat die eerder genoemde mental load mij op een gegeven moment de das om deed. Maar, zei mijn ex later eens tegen me: was dat wel helemaal terecht? Want ik had hem niet eens de kans gegeven om zijn deel op te pakken, zo enorm zat ik er telkens bovenop. En hij had gelijk. Natuurlijk, je kunt beargumenteren dat hij ook zijn rechtmatige plek had kunnen opeisen, mij gewoon weg had kunnen duwen als ik weer eens eerder bij de commode of de flessenwarmer was dan hij. Dat is zeker waar. Maar ik gaf hem ook echt geen duimbreed ruimte met mijn hysterisch moederkloekerig gedoe en mijn betweterige neus die ik overal tussen wurmde als hij dan een keer aan het zorgen was. Ik deed het heus niet expres, ik was gewoon een onzekere jonge moeder die te hoge standaarden aan zichzelf en haar gezin had gesteld. Maar ik deed het wel. Waarmee ik het voor hem voor hem wel heel erg moeilijk maakte om ook nog iets doen. Om hem net zoveel kans te geven een vader te worden als ik een moeder was. En hem bovendien bijkans een complex aanpraatte, want echt goed voor je zelfvertrouwen is die hete jonge moeder-adem in je nek nou eenmaal niet.
Toen ik jaren later een derde kind kreeg met een andere man, besloot ik dus mijn innerlijke momzilla te onderdrukken. En het effect was werkelijk verbluffend. Want als ik de boel de boel liet en mijn man ervoor liet opdraaien bleek het zomaar opeens allemaal ook goed te komen. Nee, de baby kreeg inderdaad niet de allerbest matchende outfits aan, de grote broer en zus mochten van hem in de speeltuin veel hoger in het klimrek dan van mij en aan het eind van de dag bleek dat-ie de voedingstijden (die ik dus níet voor hem had opgeschreven) niet helemaal goed in z’n hoofd had, waardoor de baby soms wat millilitertjes melk teveel of juist te weinig had gehad, maar ach, iedereen was gelukkig. En, belangrijker nog, iedereen leefde nog. Wat uiteindelijk toch is waar het om gaat. Want anders is niet per definitie slechter. En een groene joggingbroek met een oranje romper en roze sokken doet pijn aan je ogen, maar over smaak valt nou eenmaal niet te twisten.
Ik zou alle moeders dus op het hart willen drukken: laat het los, laat het gaan. Trek met een gerust hart de deur achter je dicht en laat papa het gezin runnen. Hij kan het namelijk gewoon en net zo goed als jij. En al dansen papa en de kinderen de hele dag op tafel als jij weg bent, laat ze lekker. Want wat maakt het uit? Zolang hij de slingers na het feestje ook zelf maar weer opruimt. En daar ga jij hem dan dus óók niet mee helpen. Trouwens, ik zou die slingers gewoon laten hangen en als het kroost op bed ligt zelf samen met papa nog even een feestje bouwen. Wedden dat je daar opeens weer heel veel meer zin in hebt als je ziet dat hij net zo goed kan vaderen als jij kunt moederen? Want echt, als die mental load van je schouders afvalt, dan zul je zien dat het je opeens heel weinig meer kan schelen dat de baby met z’n luier achterstevoren aan in bed ligt.
LEES OOK: Hoe chronisch slaaptekort mij veranderde in momzilla.
Vala van den Boomen (41 jaar) heeft drie kinderen: een zoon van 12, die autisme heeft, en twee dochters van 10 en 6 jaar, die de chronische aandoening EDS hebben, net als zijzelf. Ze is getrouwd met Mario en werkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamer. De eerste tien jaar van haar moederschap heeft Vala niet geslapen, omdat haar kinderen altijd wakker waren. Die schade probeert ze nu in te halen. En dat is hard nodig, want de puberteit staat voor de deur. Dat brengt weer heel nieuwe uitdagingen met zich mee, dus heeft ze al haar krachten nodig.