28 Gedachten waarvan de jonge moeder wakker ligt
Je zou denken dat je als moeder met een constant slaapgebrek je kussen maar hoeft te raken en poef…je bent weg. Voor Femke is niets minder waar. Zodra ze gaat liggen heeft ze eindelijk een momentje voor zichzelf en begint ze na te denken, te dromen, te piekeren, te ‘werken’… Net zolang tot ze er gek van wordt en zichzelf moet toespreken: “Hou ohop! Ga SLAPEN!”
Soms helpt dat inderdaad. Dan zet ik heel bewust een soort knop in mijn hoofd om, of ik ga naar wat ze, in Amerikaanse series, je ‘happy quiet place’ noemen. Maar vaak lukt dat ook niet en houdt dat hoofd maar niet op. Het gaat van de hak op de tak. Soms denk ik dat ik slaap, maar ben ik ondertussen een werkmail aan het schrijven. Of in gesprek met personages uit een serie. Ondertussen tikt de klok door: half één, half twee, half drie… Totdat ik om zeven uur dat lieve kleine mannetje hoor roepen: “Mamma, wakker!” (NEEEEE! Please, nog heel even!! Ik heb pas VIERENHALF uur geslapen.)
Wat ik in godsnaam allemaal denk? Nou, DIT!
1. “De schoenen van Max zijn te klein aan het worden. Moet ik nou dure kopen (want beter voor de voeten), of goedkope (want hij ragt ermee over de grond)?”
2. “Joh, dat einde van de de laatste aflevering van Penoza zag ik ECHT niet aankomen. Te bruut.”
LEES OOK: Ondergekotst? (check!), slaapgebrek? (check!): doe de baby bingo!
3. “Hoeveel mails heb ik nog onbeantwoord in mijn mailbox liggen? Zal ik er ooit aan toekomen?”
4. “Hoe kan ik op een vriendelijke manier voor elkaar krijgen dat man broek en sokken ’s avonds in de wasmand gooit ipv in een hoek in de kamer?” (Ja sorry, dit klinkt echt als een ouderwets probleem, maar WTF…mannen evolueren zo langzaaaam).
5. “Hoe moet ik die opdracht af krijgen voor donderdag? PANIEK.”
6. “Maar ik heb wel al een heel leuk idee. Oh, dat kan top worden! (nu kan ik dus niet slapen van enthousiasme).”
7. “Zo’n zin om weer eens een paar dagen naar New York te gaan!”
8. “Oh, en ik heb ook zin in een ouderwets disco-feestje met dansen en cocktails.”
9. “Maar ik zou echt niet weten wanneer dat ooit nog gaat gebeuren, want een kater duurt tegenwoordig zo lang en ik kan me dat met kind gewoon echt niet permitteren, dan ben ik het hele weekend chagrijnig.”
10. “Zal ik nou wel of niet doorgaan met sporten? Ik vind het zo kut. En de klad zit er toch al in. Moet ik gewoon maar accepteren dat ik dik word? Is dat mijn voorland?”
11. “Ik begin mezelf echt lelijk te vinden….misschien toch botox?”
12. “Tjee, hoe zal de familie van Joost Zwagerman zich nu voelen? Ik blijf het zo bizar vinden dat die man er niet meer is.”
13. “Ik moet echt minder ruzie maken met man. Niet de hele tijd op hem vitten, als hij iets anders aanpakt dan ik.”
14. “Ik moet echt minder snel naar de paracetamol grijpen.”
15. “En minder drinken. Pff, ik kan er helemaal niet meer tegen.”
15. “Zal ik ooit nog een tweede kind krijgen? En zal dat ook lukken? En als dat lukt, is dat dan praktisch wel te doen? Ga ik dan weer zo ongans misselijk worden?”
16. “Als ik nou de schrijver van Goede Tijden Slechte Tijden was… Wat zou ik Ludo dan laten zeggen?”
17. “Wat moet ik nou weer koken als Jan en Marie morgenavond komen eten? Ze kennen al mijn tophits al. En mijn Jamie Oliver kookboek heb ik uitgeleend. Toch maar weer zalm in zoutkorst dan.”
18. “Hoelang is het geleden dat man en ik in Parijs waren? Twee weken? Het lijkt een eeuwigheid. Och, wat was het leuk.”
19. “Tsjee, ik zal nooit meer weten hoe het is om geen kind te hebben. Als hij er niet is, mis ik hem eigenlijk altijd wel een beetje. (En als hij er wel is, word ik soms gek van ‘em. Raar hoe dat toch werkt).”
20. “Ik lees nooit meer een boek. Stom eigenlijk. Waar is mijn e-reader?”
21. “Och dat aangespoelde overleden Syrische jongetje… Hoe zou het nu gaan met die vader? Als Max zou overlijden, zou ik er zelf ook geen zin meer in hebben.”
21. “Binnenkort ga ik echt nog een keer proberen om mijn rijbewijs te halen. Ik ben de enige dertiger die niet kan rijden. Schaam me dood.”
12. “Oh, waar zullen we heen gaan op vakantie?”
22. “Ben ik eigenlijk gelukkig?”
23. “Pff, ik ben zo moe, ik moet nu echt gaan slapen. Wat is dat nu weer voor gedachte: ben ik eigenlijk gelukkig? Rot op.”
24. “Ik heb honger. Telt nachtelijk eten echt dubbel qua calorieën?”
25. “Dit dekbed is eigenlijk veel te warm.”
26. “Fijn dat man niet snurkt.”
LEES OOK: Wat je echt nooit tegen ouders met slaapgebrek moet zeggen
27. “Tuurlijk, dat was de goden verzoeken. Daar begint het gezaag alweer.”
28. “Ik ga op de logeerkamer liggen. Misschien houd ik dan ook op met denken.”