14 Dingen die je echt niet wilt horen als je net een baby hebt

24.01.2016 05:00


Er zijn zo van die dingen die mensen niet vaak genoeg kunnen zeggen als je baby er net is. “Oooh, wat is-ie knap!”, om maar wat te noemen. En er zijn een páár dingen die je gewoon echt niet wilt horen als je net bent bevallen.

“Maar mevrouw, u zou toch niet moeten tillen?” Hij zei het echt, de – overigens ontzettend vriendelijke en behulpzame – medewerker van de vuilstort, toen ik zes weken na de geboorte van Casper een oud kastje kwam afleveren. “Uh… hoezo niet?” vroeg ik nog, omdat ik gewoon niks anders kon verzinnen. “Nou, in uw toestand…” Ik mompelde wat, liet hem het kastje in de juiste container gooien en nam zijn “succes nog even” met een knikje in ontvangst, omdat ik a, niet wilde huilen en b, het ook een beetje zielig voor de man vond. Maar laat ik zeggen dat het moment dat mijn, vond ik zelf, alweer aardig geslonken buik werd aangezien voor iets waar blijkbaar nog een aanzienlijke baby in huisde, niet het beste moment uit mijn postnatale periode was. Dat, en deze andere dingen, wil je gewoon niet horen als je net een baby hebt.

Lees ook: 14 Dingen die je razendsnel leert als moeder wordt.

1. “Hé grappig, heb je nou een zwangerschapsbroek aan?”
Jahaaa, we weten het: er bestaan vrouwen die een uur na de bevalling alweer in hun skinny jeans pasten. Die ook nog te groot bleek te zijn. Maar jij hoort toevallig niet tot die categorie, dus loop je vier weken na dato nog gewoon rond in je zwangerschapsyogabroek. Beetje jammer dat je collega (die je altijd al van anorexia hebt verdacht) dat tijdens de kraamvisite en plein public moet opmerken. Met zo’n ongelovig gezicht erbij.

2. “Over drie maanden zien we je alweer!”
Je weet heus wel dat het geld dat elke maand naar je wordt overgemaakt geen liefdadigheid van het schenkende bedrijf in kwestie is. En je hebt vage notie van het feit dat je ergens in dienst bent, omdat je er ooit een contract tekende en omdat je er tot voor kort dagelijks naartoe ging (en dat vond je nog belangrijk ook enzo. Want: carrière). En je beseft dat je op een bepaald moment wordt geacht je daar weer te melden. Zonder baby. Maar nee, dat wil je niet horen als je collega’s zich drie weken na de geboorte van je kind melden voor de kraamvisite. En trouwens, in de drie maanden daarna wil je het ook gewoon glashard blijven ontkennen.

3. “Ach ja, huilen hoort erbij”
Dat is natuurlijk heus wel waar, want als je kind je in perfecte volzinnen kon vertellen hoe ie ervoor stond, dan deed ie dat wel. Maar dat kan ie niet. Maar niks zo frustrerend als een schouderophalend ‘huilen hoort erbij’ als jij van pure wanhoop tegen de muur opkruipt omdat je baby net twaalf uur achter elkaar heeft gekrijst, je van je volledige nachtrust heeft beroofd en je gesprongen tepels hebt van het 52 keer aanleggen, wat ook al niet de oplossing bleek.

4. “Ja, maar je moet ook…”
Natuurlijk is het leuk voor tante Truus dat ze dertien kinderen heeft gekregen, en ja, je gelooft ook echt dat ze een bak aan ervaring meesjouwt.  Maar kan ze misschien even met haar betweterige vingers van jouw baby en vooral jouw borst afblijven als je al stuntelend de borstvoeding tot een goed begin probeert te brengen? En haar 341 andere vooroorlogse adviezen geloof je ook wel even.

5. “Ben je uitgescheurd?”
Tuurlijk, achterbuurvrouw met wie ik zelden meer bespreek dan het weer, laten we even de huidige toestand van mijn geslachtsdelen samen doornemen. Zullen we het dan zo meteen ook even over de jouwe hebben?

6. “Half uur later ook oké?”
NEE, natuurlijk niet. Met de baby heeft namelijk ook Het Schema jouw leven betreden. Wat betekent dat je elke minuut van de dag zo een eigen activiteit plant, waar tussendoor je slalomt met kraamvisite. Allemaal best te doen, maar niemand moet het in z’n hoofd halen de boel zomaar even om te gooien. Omdat ze – ja, zo stom, haha, maar Benjaminnetje wilde perse nog drie boekjes lezen, hihi – gewoon te laat vertrokken zijn.

7. “Hoe lang moet je nog?”
Het is dat je er te moe voor bent, anders zou je de caissière van de supermarkt iets extreem pijnlijks aandoen, om duidelijk te maken dat je twee weken na je bevalling niet van dit soort vragen bent gediend. Maar helaas, je hebt al je energie nodig om überhaupt je ogen op te houden, dus knik je maar wat, doet alsof je het niet hebt gehoord en mikt je bonuskaart net niet in haar gezicht.

8. “Ik haal even de gynaecoloog erbij”
Heb je de buit eindelijk binnen, en de placenta goed en wel afgeleverd, staat je gezellig weer een nieuwe verrassing te wachten: het hechten. De verloskundige die met naald en draad aan komt zetten kun je nog net hebben, maar wat je niet wilt horen is: ‘Ik haal de gynaecoloog er even bij.’ Dat betekent: ingewikkeld. Dus pijnlijk.

9. “Goh, hij lijkt echt een beetje op Henk, hè”
Kijk, Henk kan nog zo’n trotse opa zijn, en ach, zo slecht heb je het niet getroffen met je schoonvader, maar je wilt gewoon niet dat de baby die je net hebt afgeleverd op iemand anders lijkt dan jezelf dan wel je man. En al helemaal niet op een man van zestig. Met overgewicht. En inhammen.

10. “Heb je het zelf gedaan?”
Mwah, nee, het leek me niet echt wat, dus ik heb de hele bevalling maar gewoon ge-outsourced. Hoezo: heb je het zélf gedaan?! Alsof je niet de credits voor de geboorte van de baby kunt opeisen wanneer deze met een ruggenprik, tang, pomp, knip, scheur of keizersnee ter wereld is gekomen.

11. “Nou, mijn schoonzus…”
Heb je net je eigen veldslag achter de rug, komt je collega aan met het horrorverhaal van haar schoonzus die na 43 uur weeën nog maar op een halve centimeter ontsluiting zat, allergisch bleek voor weeënopwekkers, met spoed naar een ziekenhuis over de grens moest worden vervoerd omdat alles in Nederland vol was, een kind van zes kilo baarde, uitscheurde tot haar achillespees en tot overmaat van ramp een zesdubbele fluxus kreeg, wat met haar zeldzame bloedgroep een dubbel zo groot probleem was want voor iemand ergens een zak met het juiste bloed had gevonden, was ze al zes keer bijna opgegeven. Wat ze maar wil zeggen, die collega van je: heel naar dat je 38 hechtingen hebt, maar het kan altijd erger.

12. “Je ziet er moe uit”
Goh, dank je. Ik voel me anders kiplekker en vol energie. Het zal de 1,5 uur slaap zijn die ik vannacht heb gehad.

13. “Wanneer komt de tweede?”
Alsof de prestatie die je net hebt geleverd er niet al eentje van wereldformaat was, informeert je achternicht drie dagen na je bevalling doodleuk naar je plannen voor baby 2 (of 3, 4 of 5). Eh… hoezo? Is deze niet leuk geworden? Mag ik misschien HEEL EVEN wachten tot mijn hechtingen zijn opgelost?!

14. “Ik ga, tot morgen”
Ze mag gewoon niet weg, de kraamverzorgster, die je baby altijd stil krijgt, precies weet of junior genoeg heeft gedronken en al het ingewikkelde babygedoe er zo makkelijk uit laat zien. En is ‘tot morgen’ al een drama, wacht dan maar tot het moment komt dat ze zegt ‘tot ziens’. En gewoon niet meer terugkomt. Niet te doen.

Lees ook: 16 Tot tien tel momenten die iedere moeder herkent.