Papa wil best emanciperen, maar mama liever niet!
Hoewel het 2017 is en we als vrouwen en moeders al lang achter het aanrecht vandaan gekomen zijn, is het met de emancipatie in Nederland nog steeds behoorlijk droevig gesteld. Waar ligt dat toch aan? Maken die kerels het ons nou echt zo moeilijk? Nou nee, eigenlijk zijn we het meer zelf…
Een tijdje geleden kwamen politieke partijen D66 en VVD met een wetsvoorstel waarin ze pleiten voor het gelijktrekken van de rechten van getrouwde en ongetrouwde vaders. Ben je namelijk een ongehuwde papa, dan heb je in Nederland nog steeds weinig poot om op te staan als je niet eerst een berg papierwerk hebt ingevuld waarin staat dat jij ook wat te zeggen hebt over je eigen kind. Best wel raar natuurlijk, want hoezo moet je persé getrouwd zijn om als vader voor vol aangezien te worden? Is dat niet een beetje achterhaald? Het huwelijk is tenslotte al lang niet meer het instituut dat het ooit was en ‘bastaardjes’ worden er tegenwoordig niet meer geboren. Toch doen we in Nederland nog steeds lekker Calvinistisch conservatief. Eén van de vele tekenen dat we op het gebied van de emancipatie nog steeds behoorlijk achter de feiten aanhollen.
Lees ook: Vaccineren, borstvoeding, diksap: slaan we niet een beetje door?
Zeg je emancipatie, zeg je ongelijkheid, zeg je seksisme, dan denk je eigenlijk automatisch aan blaaskakerige mannen in te dure pakken, die lekker tegen elkaar aan staan te schurken op het glazen plafond waar hun vrouwen wanhopig doorheen proberen te breken. Maar, klopt dat beeld eigenlijk wel? Zijn die kerels echt zo wars van gelijkheid? Psychologisch onderzoek toont aan dat dat nog weleens te betwijfelen valt. In Nederland heeft slechts één op de drie vrouwen een baan die gelijk is aan het niveau van haar opleiding. De rest werkt dus in een functie die eigenlijk te makkelijk voor hen is. En, dat vinden ze wel prima. De Nederlandse vrouw hoeft niet zo nodig een office with a view. Thuis vindt ze het uitzicht namelijk net zo mooi.
Mannen en vaders van tegenwoordig willen maar wat graag emanciperen. De heren staan te springen om meer dan twee dagen vaderschapsverlof na de geboorte van hun kinderen, ze willen met liefde parttime werken zodat ze met hun kroost naar de kinderboerderij kunnen en dan willen ze daarna ook best even de stofzuiger door de toko trekken en een potje koken voor hun wederhelft die ’s avonds aanschuift in haar powersuit. Nee, aan de mannen ligt het niet. Of in ieder geval steeds minder. Gek genoeg zijn het de dames zélf die hun hakken in het laminaat zetten en zich niet zo makkelijk het huis uit laten schoppen. Thanks, but no thanks, Dolle Mina’s, ’t is allemaal leuk en aardig met die carrières, maar moeder de vrouw gaat liever strijken.
Hoewel het me verbaast, klopt dit beeld wel met wat ik zelf om me heen zie. De meeste moeders die ik ken willen helemaal niet fulltime werken. Ze zijn tevreden met een werkweek van 16, of misschien maximaal 24 uur per week en vinden het vaak ook niet erg als dat ze dat werk met twee vingers in hun neus kunnen doen. Eigenlijk willen ze helemaal geen gelijkheid. Wat ze wél willen is een mooi huis, als het even kan twee auto’s en ieder jaar op vakantie. En als dat voornamelijk bekostigd wordt uit de portemonnee van hun echtgenoot, hebben ze daar geen enkel probleem mee. Ze smeren met liefde het brood dat papa op de plank brengt. Waar? Nou, achter het aanrecht dus, inderdaad.
Fascinerend vind ik het en eigenlijk ook een beetje beangstigend. Ik begrijp er namelijk niets van. Mij is altijd geleerd dat er als vrouw weinig erger is dan afhankelijk zijn van je man. En dus ga ik nog liever dood dan dat ik mijn handje op moet houden. Want zo voelt het dus voor mij, als ik ‘een baantje’ zou hebben en hij een carrière. Hoe moeten we ooit van het seksisme en de ongelijkheid af komen als vrouwen het niet eens erg vinden om als minder of tweederangs door het leven te gaan? Hoe krijgen we dan ooit gelijke lonen, gelijke kansen, minder discriminatie? Als we met liefde thuis gaan zitten punniken en ons als de heer des huizes thuis komt eens even lekker op ons achterste laten slaan, terwijl we in de potten staan te roeren? Ik vind het dan geen wonder dat we onderaan de emancipatieladder bungelen.
Maar als de Nederlandse vrouw op deze manier gelukkig is, wat is dan het probleem, kun je je misschien afvragen. Want: if something ain’t broke, don’t fix it. Right? Maar toch vind ik dat Nederlandse moeders zich er minder makkelijk vanaf zouden moeten maken. Gewoon, voor het hogere doel. Voor de rechten van alle vrouwen, niet alleen in Nederland, maar in de hele wereld. Omdat er nog steeds geen échte gelijkheid ís en vrouwen overal ter wereld daar nog steeds de dupe van zijn. Omdat we onze eigen broek op moeten kunnen houden, mocht er een tijd komen dat dat nodig is. Omdat je nou eenmaal nooit weet of je huwelijk stand houdt en je dus wel flink met de gebakken peren zit als je gaat scheiden en je geen zelfstandige bankrekening hebt. Want dan sta je daar opeens, met twee kinderen aan je rokken en aan het eind van je geld altijd een stuk maand over. Ik was na mijn scheiding in ieder geval blij dat ik niet om alimentatie hoefde te gaan vragen. Een vetpot was het niet, maar ik eet liever een wat minder dik belegde boterham dan dat mijn ex de pindakaas moet gaan betalen.
En dan zijn er nog die mannen, onze mannen, die dus best wel heel graag óók een plekje achter dat aanrecht zouden willen. Maar die dat heel vaak niet krijgen, omdat wij last hebben van territoriumdrift. We onze krulspelden en bloemenschorten niet met hem willen delen, terwijl hij ook zo graag eens kabouters wil vouwen en koekjes wil bakken met de kinderen. Ik vind dat we die kerels dat nou gewoon eens moeten gunnen. Het kan tenslotte toch niet zo zijn dat iedereen wel naar ons gegil moest luisteren toen we op die barricades stonden, maar de mannen geen gehoor krijgen als ze hun mond opentrekken. Want was dat niet het doel van al dat emanciperen: dat gelijke monniken gelijke kappen dragen? Precies, dat dacht ik ook.
Lees ook: Geen geld voor zielige kinderen. Maar…waar is het dan gebleven?
Vala van den Boomen (41 jaar) heeft drie kinderen: een zoon van 12, die autisme heeft, en twee dochters van 10 en 6 jaar, die de chronische aandoening EDS hebben, net als zijzelf. Ze is getrouwd met Mario en werkt als beleidsmedewerker in de Tweede Kamer. De eerste tien jaar van haar moederschap heeft Vala niet geslapen, omdat haar kinderen altijd wakker waren. Die schade probeert ze nu in te halen. En dat is hard nodig, want de puberteit staat voor de deur. Dat brengt weer heel nieuwe uitdagingen met zich mee, dus heeft ze al haar krachten nodig.