
Verliefd op mijn baas (en mijn man weet van niks)

Wat begon als een onschuldige crush op mijn baas, veranderde in een allesverslindend innerlijk drama. Want hoe blijf je een goede moeder en echtgenote als je hart een eigen wil heeft? Spoiler: met veel wijn en schuldgevoelens.
Het begon allemaal vrij onschuldig. Mijn baas – laten we hem Mark noemen – is charmant, grappig en ruikt altijd alsof hij net uit een peperdure parfumerie is gestapt. En oké, hij geeft me soms een knipoog als ik een goede presentatie heb gegeven. Niks aan de hand, toch? Gewoon een onschuldige werkcrush. Iedereen heeft dat weleens.
De eerste signalen van een ramp
Maar toen begon het. De kleine vlinders als ik zijn naam op mijn scherm zag. Het nét iets te lang nadenken over welke jurk ik naar kantoor zou dragen. En die ene keer dat hij tijdens de lunch mijn mouw aanraakte en ik drie seconden lang geen lucht kreeg.
“Jij bent de enige die écht snapt hoe dit bedrijf werkt,” zei hij ooit tegen me. Ik knikte, terwijl ik ondertussen de mentale afgrond in stortte. Want oh, Mark, als je eens wist hoe goed ik ook weet hoe een huwelijk werkt. Namelijk: je wordt verliefd, trouwt, krijgt kinderen, en daarna mag je nooit meer gevoelens hebben voor een ander.
Ik ben een slecht mens (maar hij ook)
Ik zou kunnen zeggen dat ik me ertegen verzette. Dat ik op kantoor probeerde om Mark te ontwijken. Maar de waarheid? Ik zocht hem op. En hij mij ook. Want laat me niet de enige schurk in dit verhaal zijn: Mark is óók getrouwd. En ik zag hoe hij me net iets te lang aankeek tijdens vergaderingen. Hoe zijn hand soms nét iets te dicht bij de mijne kwam als we samen werkdocumenten bekeken.
“Dit is verkeerd,” mompelde ik een keer, terwijl ik zijn appjes las en mijn man in de keuken een boterham voor onze kinderen stond te smeren. Mijn geweten had al een burn-out.
De realiteit slaat toe
En toen kwam het moment. Mark en ik werkten laat op kantoor. De lichten waren gedimd, de spanning hing in de lucht. Ik kon voelen dat hij iets wilde zeggen. Of doen. En ik? Ik wilde het ook. Maar toen ging mijn telefoon. Een foto van mijn man en kinderen flitste op het scherm.
BAM. Reality check.
Ik sloeg dicht, mompelde iets over een deadline en vluchtte naar huis, waar ik mezelf op de bank liet vallen. Wat deed ik in vredesnaam? Ik had een geweldig gezin. Een man die van me hield. Ik was geen personage in een stomme Netflix-serie!
Hoe nu verder?
Ik wilde het graag dramatischer maken, maar de realiteit is simpel: ik heb afstand genomen. Nee, ik heb het mijn man niet opgebiecht. Misschien laf, maar sommige geheimen mogen in een doosje blijven. En Mark? Die glimlacht nog steeds naar me, maar ik weet nu beter.
En dus ga ik naar mijn werk in mijn minst charmante outfits. Vermijd ik late vergaderingen. En als ik hem zie, denk ik niet aan wat had kunnen zijn, maar aan wat ik al heb. Een imperfect, maar prachtig gezin.
(En oké, een glas wijn extra op stressvolle dagen. Maar hé, wie telt?)