Waarom…? Tja, mama weet het ook niet!

31.05.2015 09:00
talk


Het lijkt zo leuk, je kindje dat gaat praten. Is het ook natuurlijk, hartstikke gezellig, dat gebabbel de hele dag. Alleen…daarna gaan ze ook vragen stellen. De hele tijd. En daar moet jij dan antwoord op geven. Terwijl jij ook niet alles weet. Maar dat accepteren ze dan niet.

Ik heb twee enorm verbale kinderen. Dat is mijn eigen schuld, want zelf ben ik ook nogal van het communiceren en blijkbaar heb ik mijn talenknobbel rechtstreeks doorgezet naar mijn nageslacht. Terrorist nr. 1 was relatief laat met praten en net toen ik me af begon te vragen hoe ik, met mijn liefde voor woorden, zo’n zwijgzaam kind op de wereld had kunnen zetten, viel het kwartje en stond dat mondje nooit meer stil.

LEES OOK: Dit zijn de vragen die ELKE ouder zichzelf stelt!

Van losse woordjes, naar korte zinnen, naar hele verhandelingen over sterrenstelsels en het uitsterven van de dinosauriërs, mijn jongetje lulde binnen afzienbare tijd iedereen in de speeltuin eruit. Waar zijn vriendjes niet veel verder kwamen dan wat goedgemikte oerkreten zoals “Kijk! Bal!” en “Wil koekie!” stond mijn zoon er hoofdschuddend naast en articuleerde vervolgens met rollende Gooische r (geen idee waar die vandaan komt trouwens…) keurig: “Kijk mama, hier is een lieveheerrrrrrsbeestje!”. Ja, verschil moet er wezen.

Toen mijn dochter nauwelijks een jaar was, overwoog ik haar op te geven voor een debatteer-klasje voor peuters.

Zijn zuster deed er nog een schepje bovenop, die begon met kletsen toen ze nauwelijks een jaar was en inmiddels overweeg ik haar op te geven voor een debatteer-klasje voor peuters. Op de zeldzame momenten dat mijn Terroristen elkaar niet de hersens inslaan, voeren ze diepgravende gesprekken. Naast elkaar op de bank vertellen ze elkaar dan verhalen. Soms overweeg ik om het op te nemen, een YouTube kanaal te starten en mijn kinderen in de media te lanceren als komisch duo. Matthijs en van Nieuwkerk en Marc Marie Huijbregts zijn er niks bij. Natuurlijk ben ik best een beetje trots op mijn twee kletskousen, vooral ook omdat het gewoon wel lekker makkelijk is dat ik nooit hoef te raden wat mijn kinderen willen, ook al zijn ze nog behoorlijk klein. Maar af en toe… Af en toe word ik er ook weleens moe van. Ik ben namelijk gewend altijd te winnen in discussies. Maar tegenwoordig delf ik niet zelden het onderspit in de gesprekken in mijn huishouden. Tot mijn schaamte moet ik bekennen, met mijn 33 jaar moet ik het verbaal afleggen tegen een kleuter en peuter. Wat een blamage.

Vooral nu Terrorist nr. 1 in de waarom-fase is aanbeland, val ik echt hopeloos door de mand. Mijn zoon praat namelijk niet alleen veel, hij is ook nog eens behoorlijk slim. En dus stelt hij geen vragen over makkelijke dingen, zoals wat we ‘s avonds zullen eten, of waarom Bert geel is en Ernie oranje. Nee, hij stelt vragen over Het Leven. Ja, met hoofdletters dus. “Mama, geloof jij dat er engelen zijn?” zei hij laatste met peinzende blik op de hemel gericht. Verbaasd liet ik de krant zakken. “Eh nee schat, daar gelooft mama niet in” zei ik toen en dacht dat het daarmee wel afgedaan zou zijn. Maar zo makkelijk kwam ik er niet mee weg. “Maar mama, waarom dan niet?” kwam zijn lieve stemmetje, “Misschien is er wel een hemel, waar alles mooi is”. “En als je dood gaat, waar ga je dan naartoe?” vervolgde hij zijn levensvragen, “Waar blijven dan de dingen die je denkt?”. Het kind is vier. Kan zijn eigen veters nog niet strikken. Maar de zin van het leven doorgronden is verder geen probleem. Tja, je moet nou eenmaal prioriteiten stellen.

Zonder Google en Wikipedia denk ik dat ik ernstig in gebreke was gebleven.

Het maakt niet uit wat ik mijn kinderen antwoord, ze zijn er nooit tevreden mee. Altijd volgt er daarna meteen dat onvermijdelijke woord: “Waarom?”. Waarom weet ik niet hoeveel sterren er aan de hemel staan? Waarom zie je soms overdag de maan nog steeds? Waarom weet ik niet precies hoe de wereld is ontstaan? En waarom kunnen er geen dinosaurussen meer terug komen? Als je boos op iemand bent, kun je er dan toch nog steeds van houden? En waarom dan eigenlijk, mama? Het houdt niet op, de vragen blijven komen.
Ik ben blij dat ik moeder ben geworden in de huidige tijd, want zonder Google en Wikipedia denk ik dat ik ernstig in gebreke was gebleven. Een simpel “Ik weet het niet”, daar kom ik namelijk niet mee weg. “Wel” zegt mijn kroost dan, “Je weet het wel”, om me dan vervolgens net zo lang afwachtend aan te staren tot ik zo zenuwachtig word, dat ik maar gewoon een antwoord verzin, of de laptop openklap. Het kost weliswaar avonden koortsachtig surfen op het internet, maar meestal kan ik dan de volgende ochtend nog doen alsof ik de wijsheid nog in pacht heb.

Ik vraag me namelijk soms best af waarom Bert geel en is en Ernie oranje. En waarom de koekjes nou alweer op zijn.

Ik principe juich ik het toe, al die nieuwsgierigheid. Het journalistieke bloed kruipt tenslotte toch waar het niet gaan kan. Maar soms, soms wilde ik dat er een uit-knop op zat, op die stroom van vragen. Zodat ik zelf even kan recupereren, want blijkbaar ben ik een heel stuk dommer dan mijn kinderen. Ik vraag me namelijk soms best af waarom Bert geel is en Ernie oranje. En waarom de koekjes nou alweer op zijn. Op dát soort levensvragen wil ík nou graag een antwoord. Maar die durf ik aan die kinderen van mij niet eens te stellen.

Meer lezen van Vala? Volg Stadsmeisje op het platteland!