Waar je bij een eerste baby nog fanatiek in bent (en bij een tweede wat minder…)
Met de komst van een eerste barst je van onzekerheid, maar ook van de rozewolkenvoornemens. Die ondanks slaapgebrek nog wel aardig lukken, want zo’n eerste kleintje is echt speciaal. Bij een tweede baby -hoe speciaal ook- doe je dingen al snel een tíkkeltje anders…
I can show you the world
Eerste baby: Met je baby in je armen wijs je alles aan wat er buiten te zien is; hij is immers al een paar hele dagen oud en nog niet buiten geweest. Voor hem is alles nieuw en bijzonder. ‘Kijk: gras! Daar, een boom, met blaadjes eraan! Is het niet prachtig?’ Zelfs door je kraamtranen heen zie je de wereld ook weer even als een wonder.
Tweede baby: ‘Kijk, hier is je wipstoeltje. Daar zet ik je in en dan schuif ik je voor het raam. Ik drink even koffie op de bank, mocht je me zoeken.’
Ik voed jou
Eerste baby: Of je nou de borst of de fles geeft, je eerste kindje voeden is magisch. Toegegeven, de achtste keer op een dag niet meer, maar je baby zien genieten van dat wat hem laat groeien doet wat met je. Lekker in jouw armen, je verliezend in de diepte van zijn ogen. Dit komt nooit meer terug, dus genieten zul je hiervan!
Tweede baby: Kan ik ‘m niet even ergens neerleggen met die fles, hij valt toch na twee slokken in een orgastische slaap en drinkt dan met gesloten ogen verder…
Baby-tv
Eerste baby: Schermtijd is slecht. Slecht, slecht, slecht. Baby-tv, bestaat dat echt? Heel.erg.verwerpelijk.
Tweede baby: Oudste met de ipad op schoot, baby voor Baby-tv: check. Wel liggend op een kleed op de grond met zijn gezicht de verkeerde kant op, zodat hij moeite moet doen om de tv te zien. Doe je tenminste nog iets positiefs voor zijn motorische ontwikkeling terwijl hij zijn concentratievermogen voorgoed beschadigt. Maarja, je moet toch een kéér koken (en wel graag in alle rust….)
Voorlezen
Eerste baby: Zo klein als hij is, je neemt hem mee naar de bibliotheek, maakt hem lid (een eigen pasje!) en komt met zes boekjes weer thuis. Je leest eindeloos voor en showt de zoete plaatjes. Heerlijk, en nog goed voor zijn ontwikkeling ook. Jouw kind wordt dé uitzondering in de slecht-lezen-generatie.
Tweede baby: Voorwaarde om te kunnen voorlezen is dat je je ogen kunt openhouden. En dat is nou net waar het probleem ligt.
Speen
Eerste baby: Een speen, daar ga je dus echt niet aan beginnen. Komt-ie nooit meer vanaf en jij mag opdraaien voor alle dure beugels die hij nodig zal hebben. Waarmee hij ook nog eens gepest gaat worden.
Tweede baby: Yassss, wist je dat er spenen zijn speciaal voor baby’s tussen de 0 en 2 maanden?!
Eigen bed eerst
Eerste baby: Slapen, dat doen baby’s het beste in hun eigen bedje. Rust, reinheid, regelmaat. Wie slaapproblemen met zijn kleintje wil voorkomen, weet dat een baby in slaap moet vallen in zijn eigen bed. Niet al slapende in bed leggen of in de box laten tukken, maar wakker in zijn e-i-g-e-n bedje leggen. Daar heeft iedereen op de lange termijn baat bij. En dus loop je geduldig eindeloos op en neer naar boven. Goed voor de zwangerschapskilo’s ook nog eens.
Tweede baby: Slapen, dat kan prima in de kinderwagen! In de woonkamer. Er is namelijk nóg een mens in huis dat niet zo lang geleden nog een baby was. Dat mens gaat volledig los zodra jij heel zen en pedagogisch verantwoord de baby boven op bed legt, meerdere keren per dag. Waardoor je uiteindelijk met twee brullende kleintjes en een lijf vol stresshormonen zit. Dat lange termijndenken zoals bij de eerste, dat is nu gewoon eventjes verleden tijd.
Aan de wandel
Eerste baby: Ode aan de frisse neus. De paden op, de lanen in! Buitenlucht is gezond voor kindjes en jij wilt ook wel even iets anders zien dan je eigen huis van binnen. En dus ga je dagelijks aan de wandel met de kleine in de kinderwagen. De eerste keer nog best spannend, want: wat nou als-ie gaat huilen onderweg? Je overwint deze angst en bent daar hartstikke trots op, net als op je kindje in de wagen. Wil er iemand even kijken misschien?
Tweede baby: Eigenlijk moet die baby echt even naar buiten. Maar wandelen, dat kost fysieke inspanning en met die peuter erbij ook mentale kracht. Het kan sowieso pas na 14.00 uur als je eindelijk bent aangekleed. Uiteindelijk zie je jezelf de kinderwagen in de achtertuin parkeren en daar lieveheersbeestjes/blaadjes/steentjes/spinnetjes/buurpoezendrollen zoeken als activiteit met je oudste. Efficiëntie ten top, al zeg je het zelf.
Lees ook: Acht verschillen tussen je eerste en tweede zwangerschap