Toen mijn kind opeens zelf kon spelen (hoeraaaa!)
Renée dacht dat het nooit meer zou gebeuren. Meer opeens kon haar zoontje het: alleen spelen. Een nieuwe wereld gaat voor haar open. Wat is dít hemels.
Het was de tweede dag van de voorjaarsvakantie. Hij zou eigenlijk in de ochtend naar de buitenschoolse opvang gaan maar natuurlijk werd hij weer ziek. Het lijkt wel alsof hier sinds december altijd één kind ziek is. We hebben alles wel gehad inmiddels. Snot, diarree, doorkomende tanden, ontstoken ogen en dit keer zowaar een ontstoken piemel. Ja, ik wist ook niet dat dat bestond, maar mijn kind heeft het te pakken. Ik wilde hem niet wijdbeens naar de opvang sturen, dus bleef hij – tot zijn eigen geluk – lekker thuis bij mama. Maar mama moest ook werken.
Lees ook: Spelen met mijn kinderen? Nou, liever niet.
We brachten zijn babybroertje naar de gastouder en hij ging weer mee naar huis. Daar zette ik mijn laptop op tafel, met zo’n gevoel van: vergeet het maar. Dit gaat ‘m niet worden. Nog nooit had ik daadwerkelijk een paar zinnen op papier kunnen zetten in zijn aanwezigheid. Want hij wilde dat ik Playmobil-politiemannetjes in elkaar zette. Hij wilde dat ik met hem zijn dino’s op een rij ging zetten, van groot naar klein. Of achter elkaar aan kruipen zoals hij met zijn broertje graag doet. Hoe verleidelijk ook (oké, helemaal niet om eerlijk te zijn) moest ik toch écht even wat werk verzetten. Wanneer ik dat drie keer had gezegd werd het een blèren, want hij vond ‘mama zoo liefffff.’ En zo kwam er helemaal nergens iets van en kroop ik toch weer als een debiel over de krant, babygeluidjes makende.
Die tweede dag van de voorjaarsvakantie was het opeens anders. We gingen tegenover elkaar zitten aan onze grote eettafel. Ik met laptop en agenda. Hij met een gigantische puzzel van het Muiderslot van 60 stukken. En toen ging hij die maken. Ik kon mijn ogen niet geloven. Hij vroeg niet om hulp, eiste het niet op. Hij legde eerst de randjes en toen het midden en vroeg na een half uurtje alleen maar of ik een foto wilde maken van hem met zijn puzzel. Ik maakte ‘m en stuurde ‘m op zijn verzoek naar papa. En toen dacht ik: dit was het dan met de rust. Maar hij ging gewoon verder met Playmobil en pakte nog even zijn dino’s erbij. Ik zat naar hem te kijken, had opeens alle tijd om te werken, maar kreeg alsnog geen letter op papier. Mijn kind kon opeens spelen. Alleen. Hij had me niet meer nodig.
Een wat meer emotionele moeder had daar misschien een traan om gelaten. Het loslaten is begonnen. Ik niet. Ja, sorry. Ik heb de afgelopen vier jaar genoeg gespeeld met Fisher Price-meuk of houten treinen. Ik vind het wel fijn dat ik nu weer zelf wat kan kiezen en me niet hoef te verlagen naar de belevingswereld van een 4-jarige. Ik tikte er in sneltreinvaart een stuk uit. Nooit eerder vertoond. Moeder werkt daadwerkelijk met kind in dezelfde kamer. Om half 12 vroeg mijn zoontje hoe lang ik nog centjes moest verdienen. Ik schreef mijn laatste twee zinnen af en klapte mijn laptop dicht. Maar niet voordat ik het meest irritante liedje uit de Nederlandse geschiedenis en tevens het lievelingsliedje van mijn zoontje aan had gezet: Kuiken Piep. Ik trok hem weg van zijn speelgoed en we dansten samen door de kamer. Ik was oprecht blij, want ik had mijn leven (een beetje) terug. Oh nee, wacht, ik heb nog een kind en die komt zo thuis. Nou, over vier jaar heb ik mijn leven terug. Heb er nu al zin in.
Lees ook: 10 tips om speelafspraakjes van je kinderen te overleven