Ja, ik heb een peuter aan de tiet hangen, nou en?
Als je langer dan een jaar borstvoeding geeft, krijg je daar sowieso commentaar op. Van je schoonmoeder, collega’s of gewoon wildvreemden. ‘Je wilt straks toch geen peuter aan de tiet hebben hangen?’ Me to We’s Janneke (2,5 jaar langvoeder) kan erover meepraten.
Lang borstvoeden is nog steeds een taboe in onze westerse wereld. Geef je langer dan een jaar borstvoeding, dan kun je daar sowieso commentaar op verwachten – opvallend genoeg vooral van andere vrouwen. Je schoonmoeder, vriendinnen, vrouwelijke collega’s of gewoon voorbijgangers: er is bijna altijd wel iemand die er luidkeels haar mening over verkondigt als je langer dan een jaar je kind aan de borst hebt. ‘Stop er toch mee’, ‘Geef toch gewoon de fles, wel zo makkelijk’, of: ‘Je wilt straks toch geen peuter aan de tiet hebben hangen? Dat ziet er niet uit!’
Zelf vond ik vóór ik moeder was, langer dan een jaar borstvoeding geven ook aanstellerig lang. Dat was dan vast een moeder die niet kon accepteren dat haar baby geen baby meer was, dacht ik. Maar zoals met zoveel meningen die ik had over het moederschap vóór ik moeder was, moest ik ook deze bijstellen.
Elke druppelt telt
‘Elke druppel telt’, stond er op posters op de deur van de Neonatale Intensive Care. Omdat mijn tweeling te vroeg werd geboren met lage geboortegewichten, deed ik veel moeite om ze de borst te geven – daarmee zouden ze immers extra bescherming hebben tegen infecties. De eerste weken was ik bijna non-stop aan het kolven omdat er een nog helemaal niet kon aanhappen en de ander nog niet voldoende dronk uit zichzelf.
Ik denk dat ik wel tien keer op het punt stond om het borstvoedingsbijltje erbij neer te gooien. Werkelijk iedereen in mijn omgeving opperde dat ik maar moest stoppen (behalve mijn moeder, die mij en mijn zussen alle drie borstvoeding gaf in een tijd dat juist de fles mateloos populair was). Ik zette toch door en na een week of zes werd het makkelijker – veel makkelijker zelfs dan de fles geven, vond ik. Borstvoeding kwam er kant en klaar op precies de juiste temperatuur uit; ik hoefde er niet eens mijn bed voor uit ’s nachts. Ik heb onze tweeling tien maanden lang met liefde gevoed; toen merkte ik dat ik fysiek uitgeput begon te raken en ben ik met gemengde gevoelens gestopt – ik vond onze momentjes zó knus en gezellig.
Het perfecte slaapmiddel
Toen onze derde werd geboren, ging het borstvoeden als vanzelf. Een paar minuten na haar geboorte lag ze al te drinken alsof ze nooit anders had gedaan. Ik had al een tweeling aan de borst gehad, dus mijn enige probleem was overproductie. De voedingen gingen als een speer: binnen tien minuten was ik klaar. Omdat het allemaal zo makkelijk ging en ze het er fantastisch op deed, besloot ik borstvoeding te geven zo lang het voor ons allebei werkte. Ja, óók als dat zou betekenen als ik straks een peuter aan de borst zou hebben. Ik zou wel zien hoe lang we het volhielden.
Na ongeveer een jaar ben ik het aantal voedingen wel gaan inperken, omdat ik geen zin had om te pas en te onpas mijn borst tevoorschijn te halen, maar de ochtend- avond, en late-avondvoeding heb ik er nog lang ingehouden. Borstvoeding bleek het perfecte slaapmiddel te zijn, het hielp tegen buikkrampjes, en als ze ziek was was het het enige wat ze kon binnenhouden: bovendien nam de productie dan vanzelf toe. Twee jaar en ruim vier maanden duurde ons borstvoedingsavontuur: toen besloot ze uit zichzelf om er niet meer naar te vragen.
Ik vond het een mooi, natuurlijk einde van een periode waar ik enorm van heb genoten. De borstvoedingsmomenten waren onze momentjes. Het schijnt dat je met langvoeden het zelfvertrouwen van een kind stimuleert en – toeval of niet – mijn derde is de makkelijkste van alle drie, ze stapt overal vol vertrouwen op af. Een fles heeft ze alleen op de opvang gekregen – thuis was het óf de borst of een beker water of melk.
Peuter aan de tiet
Geen moment heb ik het gevoel gehad dat het raar was om een tweejarige te voeden. Op mijn Instagram kreeg ik bijna alleen maar positieve reacties als ik hier iets over deelde. Maar één keer kreeg ik te horen dat ik hier geen foto’s van moest delen omdat het later gênant zou zijn voor mijn kind (hoewel ik altijd een deel van de foto blurry maakte).
Gelukkig maar dat er inmiddels een community is van moeders die elkaar wél steunen als ze een keuze maken die voor hun gevoel werkt voor hen en hun kind. Of dat nou de borst is of de fles. En daarmee is dit geen pleidooi geworden vóór het geven van borstvoeding, maar wel voor het volgen van je eigen gevoel én de behoeften van je kind. Ik heb geen seconde spijt gehad van het langer voeden van onze dochter. Ze had er behoefte aan, de melk stroomde, punt. Voor mij voelde het als de normaalste zaak van de wereld.
Beeld: Mylittledutchdiary
Janneke (45) heeft drie dochters: een tweeling van 8 en een peuter van 2. Over de tweelingzwangerschap en -hectiek van de eerste jaren schreef ze het boek O jee het zijn er twee. Tegenwoordig probeert ze vanuit intuïtie en creativiteit te balanceren tussen haar werk als schrijver en het moederschap van drie meiden. Je kunt haar belevenissen ook volgen op haar Instagram.