Je kind aan de pillen, moet je dat wel willen? (Maar wat moet je anders?)

01.05.2017 18:30
Je kind aan de pillen, moet je dat wel willen? (Maar wat moet je anders?)


Steeds meer kinderen slikken regelmatig medicatie voor aandoeningen zoals bijvoorbeeld ADHD en autisme. Maar, wat zijn eigenlijk de lange termijn gevolgen van deze middelen? Recent gepubliceerd onderzoek creëert onrust bij ouders. Ook bij Vala, wiens zoon sinds kort Ritalin gebruikt.

Het is natuurlijk altijd de vraag met medicijnen: doet het uiteindelijk niet meer kwaad dan goed? Vooral als het gebruik niet incidenteel, maar structureel is? Want hoewel het een situatie op dat moment beter kan maken, weet je niet wat de gevolgen op de langere termijn zijn. Conclusies daarover kunnen doorgaans pas getrokken worden als de medicatie jarenlang door een grote groep mensen gebruikt is. Maar voor hetzelfde geldt is het dan te laat en blijkt er grote schade te zijn. Zoals bijvoorbeeld bij vrouwen die DES gebruikten. Jarenlang werd dit middel voorgeschreven aan vrouwen om miskramen te voorkomen. Pas veel later werd ontdekt dat de dochters van deze vrouwen afwijkingen aan de inwendige geslachtsorganen ontwikkelden, die vervolgens weer konden leiden tot onvruchtbaarheid en kanker. Maar destijds dachten we dat het veilig was. Net zoals nu met methylfenidaat (beter bekend onder de namen Ritalin en Concerta). Wat steeds meer kinderen op jonge leeftijd langdurig voorgeschreven krijgen. Dus rijst de vraag: kinderen aan de pillen, moeten we dat wel willen?

Lees ook: Als je kind psychische hulp nodig heeft, maar je kunt nergens terecht.

Onlangs kwam de Volkskrant naar buiten met de onderzoeksresultaten van een Amerikaanse studie onder Ritalin-gebruikers. De wetenschappers hadden zestien jaar een groep kinderen gevolgd die op structurele basis Ritalin hadden gebruikt. Opvallend was dat een deel van de respondenten, degenen die het meeste medicatie hadden gebruikt, kleiner waren dan degenen die gematigd methylfenidaat hadden gebruikt; gemiddeld 4,7 cm. Eerdere onderzoeken lieten ook groeivertraging zien bij kinderen die langdurig Ritalin gebruikten. Er werd altijd gedacht dat deze groei uiteindelijk wel weer bij zou trekken. Echter, aangezien de deelnemers aan dit nieuwste onderzoek inmiddels volwassen en dus uitgegroeid zijn, lijkt deze bijwerking dus permanent te zijn. Daarnaast wordt er nu getwijfeld aan de lange termijn resultaten van het middel. De veelgebruikers bleken namelijk net zoveel ADHD-symptomen te hebben als degenen die weinig medicatie slikken. Dus wat als je je kind straks jarenlang Ritalin heb gegeven, het daardoor een groeiachterstand oploopt en uiteindelijk niet eens echt geholpen blijkt te hebben? Sla je je dan als ouder niet heel hard voor je kop?

Tja. Dat is de vraag natuurlijk. De vraag waar je waarschijnlijk voorlopig geen antwoord op zult krijgen. Maar ondertussen zit jij wel met je kind dat een probleem heeft. Zoals ik bijvoorbeeld. Mijn zoon heeft autisme en hoogstwaarschijnlijk ook ADHD (dat gaat namelijk vaak samen). Op school ging het de laatste tijd steeds slechter, omdat hij niet in staat is zich ergens langer dan twee minuten op te concentreren en hij dus het risico liep voor het derde jaar op rij groep 2 te moeten doen. Thuis was hij steeds moeilijker te hanteren omdat hij gewoon niet te bereiken was. Het leven, voor hem, voor ons, voor iedereen in zijn omgeving, werd een steeds grotere strijd. Hij werd steeds maar ongelukkiger en wij daardoor ook. Toch stonden zijn vader en ik bijzonder onwelwillend tegenover medicatie. Want, hoe je het ook wendt of keert, het voelt toch alsof je je kind drogeert. En inderdaad, wat zijn de gevolgen op de langere termijn? Wie zegt mij dat die pillen geen hele rare dingen zullen doen met het brein van dat jongetje dat nog zo klein is? Dat brein dat nog volop in ontwikkeling is? Het antwoord is simpel: niemand zegt mij dat. Want niemand weet het echt. Dus zijn er maar twee keuzes: wel of niet ‘drogeren’. En alle waarschuwingen, oordelen en adviezen ten spijt: soms heb je eigenlijk weinig keus.

Ons jongetje was hard bezig te verdrinken en dus moesten we hem een reddingsboei toewerpen. Je laat je kind namelijk gewoon niet verzuipen. Was het moeilijk om mijn zoon de eerste keer die pil te geven? Ja, zeg dat wel. Maar toen gebeurde er iets wonderlijks. Opeens was het alsof het stil werd. Alsof er rust neerdaalde over een kind dat nooit rustig was. Het was alsof hij wakker werd na een nacht goed slapen, zijn ogen opensloeg en, ipv langs ons heen, ons opeens echt aankeek. Het is verbazend om naar de supermarkt te gaan met een kind dat opeens rustig naast je loopt, ipv als een ongeleid projectiel in het rond te springen, een gesprek te kunnen voeren met een jongetje dat normaliter nog niet eens een half woord hoort van wat je hebt gezegd. Te kunnen knuffelen met je eigen kind, dat voorheen de prikkels van je aanrakingen niet aan kon. Zes jaar nadat mijn zoon mij moeder maakte kan ik hem eindelijk in mijn armen nemen. Niet omdat hij dat voorheen niet wilde, maar simpelweg omdat zijn hoofd hem niet toestond dat te doen. Maar met de pillen is zijn hart in staat al die geluiden in zijn hoofd eindelijk te overstemmen.

Kinderen en medicatie, het is een precair onderwerp wat al snel heftige en emotionele reacties oproept. Want: je moet je kind niet drogeren. Pillen zijn slecht. Ook wij hebben de veroordelingen gehoord: dat het een makkelijke oplossing zou zijn, dat we een soort zombie van onze zoon maken, dat we bewust een risico nemen met zijn gezondheid. Mensen trekken hun wenkbrauwen op als ze zien dat we de pillen tevoorschijn halen. Gaan ons om de oren slaan met dingen die ze ergens op internet gelezen hebben. ‘Bewijzen’ dat het slecht zou zijn. De beweringen dat stoornissen zoals autisme, labels zoals ADHD, geen medisch, maar vooral een maatschappelijk probleem zijn en daarnaast het resultaat van slecht ouderschap, rukken gestaag op. Dat al die etiketjes weg zouden vallen als we onze kinderen gewoon weer eens fatsoenlijk gingen opvoeden. Maar het is makkelijk praten vanaf de zijlijn. De criticasters hoeven het tenslotte niet te doen, een kind opvoeden dat door zijn aandoening vaak van voren niet weet dat hij van achteren leeft. Met alle gevolgen voor hem en voor het gezin. Ik voed me drie slagen in de rondte op, geloof me maar. Maar het zet geen zoden aan de dijk. Dus dan vraag ik al die mensen: wat moeten we dán? Want niks doen, dat is gewoon geen optie.

Ik wil mijn kind niks geven dat hem potentieel kan schaden. Natuurlijk niet. Maar als ik erbij blijf staan, ernaar blijf kijken en geen actie onderneem weet ik in ieder geval zéker dat het niet goed zal komen. En, hoe je het ook wendt of keert: we weten het gewoon niet, hoe het precies zit met die pillen. Want ondanks de bevindingen van bovengenoemd onderzoek zeggen de wetenschappers ook: misschien waren de mensen die langdurig Ritalin gebruikten zonder de pillen veel slechter geweest. Je weet het gewoon niet. En het zal nog wel even duren voor we het wél weten. Is mijn zoon door de Ritalin nu opeens niet meer autistisch? Heeft hij geen ADHD meer? Natuurlijk wel. Het is namelijk geen wondermiddel. Je kind transformeert met medicijnen niet opeens in iemand anders. Mijn zoon zal nooit ‘normaal’ worden, hoeveel pillen je er ook instopt. Maar ze zorgen er wel voor dat het leven voor hem minder moeilijk is. Dat hij niet meer constant moet vechten tegen de bierkaai, van wie hij het maar niet kan winnen. Constant vechten, dat is heel, heel erg vermoeiend. En mijn jongetje is al moe, omdat het leven hem meer energie kost dan een ander. Dus als ik hem een klein beetje meer rust kan geven, dan wegen de voordelen daarvan zwaarder dan de eventuele nadelen. Ik kan niet in de toekomst kijken, dus als we over een paar jaar de balans opmaken, weet ik niet hoe die zal uitslaan. Maar weet je wat het is? Mijn zoon en ik, wij leven in het nu, niet in de toekomst. En als we nu ten onder gaan, dan is er sowieso geen toekomst meer.

Lees ook: Als mensen het niet begrijpen dat je kind ziek is.