Een weekendje weg met twee baby’s en een peuter in 17 (eenvoudige) stappen
Het was al een jaar geleden dat Brenda op vakantie was geweest, dus er moest echt even een weekendje weg gepland worden. Met manlief, de babytweeling van zes maanden en de peuter van drie. Dat lijkt niet alleen een hele onderneming, dat ís het ook.
LEES OOK: 10 Bizarre eigenschappen van een oververmoeide moeder (die je eerst niet had).
Een weekendje weg met drie kleine kinderen moet je gewoon heel gestructureerd benaderen.
Een gedegen voorbereiding en een vleugje realisme zijn dé ingrediënten voor een geslaagde trip. Kijk maar, zo deden wij het:
- Weten we dit heel zeker? Moeten we dit willen? Twee dagen weg gaat me een jaar van mijn leven kosten…
- Ja, we moeten er gewoon echt even uit. Opgewekt zoek ik een budgethuisje waar je nog kunt lopen met twee baby’s op de grond (ze liggen bij ons op een kleed, niet in wipstoeltjes) en een houten treinbaan door de woonkamer heen.
- Kan ik er campingbedjes huren? Zo niet: jammer joh. Want met die tweelingkinderwagen in de achterbak kan er precies nog een hele koffer mee.
- Oh man, ik heb hier al zo geen zin meer in. Maar ik zet door!
- Gevonden: een enigszins betaalbaar, ruim genoeg huisje in het wonderschone Drenthe. Genieten van cultureel erfgoed zoals hunebedden enzo. Of gewoon twee dagen spenderen in de indoor speeltuin en het zwemparadijs op het park.
- Ik vertel enthousiast aan mensen dat we een weekendje weg gaan. ‘Even ontspannen met het gezin’, glim ik. Ze kijken me aan alsof ik Jamie Oliver ben die net heeft aangekondigd een paar druppels olijfolie te gaan gebruiken en vervolgens met een stalen kop de halve fles leeggiet.
- Een week van tevoren begin ik met spullen verzamelen. Per kind, heel georganiseerd.
- Nou, okee, dat is dus niet gelukt. Zodra ik begon met pakken, bleek alles er ‘s ochtends op wonderlijke wijze weer uitgehaald en vervangen door peuterspeelgoed. Maar: op het laatste moment zijn de koffers dus toch mooi ingepakt en volgens mij zit alles erin. Hoppa.
- Oei: koffers, dat is meervoud. ‘Schat, ik denk dat we de dakkoffer even op de auto moeten zetten.’
- Man kijkt in de garage en bedenkt zich dat we dat ding van de zomer nog hadden uitgeleend aan iemand. Aan wie ook alweer, trouwens?
- Ruzie in de tent, want moeten we nu serieus met twee auto’s gaan rijden om alle kinderen én spullen mee te nemen? Voor een f*cking weekendje?
- Dus. We rijden met twee auto’s naar het noorden. Voordeel: heb ik geen verdoofde linker lichaamshelft door anderhalf uur ingeklemd te zitten tussen de maxi cosi en een autostoeltje. Ik neem de baby’s en een lading zooi mee, hij rijdt met de peuter en de rest van de bagage.
- Onderweg meteen al quality time met de baby’s. De ene brult een uur naast me en achterin lijkt iemand haar luier volgeblaft te hebben. Laat de vakantie maar beginnen!
- Ik doe het hele weekend allemaal dingen voor het eerst in mijn leven. Zoals in bikini zittend op de schimmelvoetenvloer van het zwembad twee baby’s tegelijk de fles geven, met een peuter op schoot een grote waterglijbaan af terwijl hij net na het instappen in zijn zwembroek gepoept blijkt te hebben, knock out getrapt worden door een psychotische geit in de kinderboerderij (en snoeihard uitgelachen worden door de peuterzoon: ‘Geit doet boem tegen mama’s hoofd!’) en minidiscodansen met een kerel in een groot, zacht berenpak.
- Ik doe ook veel dingen die we thuis altijd moeten doen. Zoals nachtvoedingen geven.
- Ik kom afgedraaid thuis. De peuter huilt omdat hij nog op vakantie wilde zijn, ik troost hem en huil van binnen mee als ik me bedenk hoeveel opruimwerk en wasjes me dit geintje oplevert.
- Evaluatie: pak de spuugzakjes er maar vast bij, want -je zou het misschien niet zeggen- ik heb werkelijk genoten van hoe erg de peuter heeft genoten deze twee dagen. De baby’s vonden het ook heerlijk, zeiden ze net. En echt, daar doe je het toch allemaal voor?
Lees ook: Dingen die je denkt als je voor het eerst een weekendje weg gaat met de baby.