De hel die slaaptraining heet

14.05.2019 00:10


Renée wil het eigenlijk écht niet. Maar haar 7 maanden oude zoontje moet er toch aan: slaaptraining.

Ik had me zo voorgenomen: met mijn tweede kind doe ik het niet. Gewoon niet. No way. Ik ga mijn kind lekker dicht bij me houden. Samen slapen. Hij in zijn co-sleeper en ik ernaast. Alles mooi, alles lief, alles gezellig. Het gaat al snel genoeg, allemaal. En zo begon het ook. Ik kreeg er een heerlijk aanhankelijk kind van. Dat was tot een maand of vier best wel schattig.

LEES OOK: Dit is waarom je baby ’s nachts niet slaapt (en alleen DIT helpt

Inmiddels is hij bijna zeven maanden oud en word ik GEK! Hij drinkt niet uit een fles, weigert hij gewoon. Alleen mijn borsten zijn goed genoeg. Slapen doet hij alleen bij mij in bed, iedere 1,5 uur wakker wordend voor een slokje melk. Ja oké, als ik baby was zou ik het ook zo voor mezelf regelen. Hoe heerlijk is dat? Het klinkt ook zo kneuterig. Kind lekker tegen je aan. Hij drinkt, jij slaapt gewoon lekker door. Helemaal Zwitsal, zeg maar. Maar dat is dus niet de realiteit. Die shit breekt je op, joh. Ik heb ‘s nachts de laatste zeven maanden nooit langer dan 2,5 uur geslapen. Mijn wallen. Ik zou er eigenlijk een foto van moeten maken en bij deze blog plaatsen. Die wallen zijn indrukwekkend. Als ik zou huilen, zou het water er gewoon in blijven liggen. Zo diep zijn ze. En blauw ook. Nou ja, het is meer grijs. Al is mijn hele gelaat op slechte dagen die kleur, dus valt het niet zo op. Oké, genoeg geklaagd.

Ik wilde het echt niet. Ik weigerde het lange tijd. Maar mijn baby staat nu dus toch op een strak slaaptrainingsschema. Dat betekent alles op vaste tijden, in vaste volgorde. Iedere dag hetzelfde. Ik val zelf bijna in slaap van hoe saaaaaii mijn eigen leven daarvan is geworden. Maar oké. Alles voor een goed doel. De tijden van in slaap vallen aan de borst zijn voorbij. Zeg maar dag met je babyhandje. Het is nu tijd voor zelf in slaap vallen in je eigen bed. Meneer verzet zich flink. Ik krijg spontaan hoge bloeddruk en hartkloppingen van het gekrijs wanneer ik hem in zijn kamertje achterlaat. Ik vraag me af of de mooie band die we samen op hebben gebouwd niet in één klap vernacheld is. Of hij tijdens het huilen niet stiekem denkt dat hij voor eeuwig en altijd verlaten is door zijn moeder. En is hij eindelijk stil, dan voel ik me helemáál schuldig. Want misschien is hij gewoon gestopt met huilen omdat hij het opgaf. Omdat hij dacht: ze geeft niet meer om mij. Ze komt toch niet meer. Ja, ik ben zo’n suffe doos die daar dan alsnog wakker van ligt, als mijn kind eindelijk een keer wel slaapt.

Iedereen adviseert me een beetje afstand te nemen van mijn kind. Het consultatiebureau, de leidsters op het kinderdagverblijf. Zij zeggen dat mijn baby het nu eenmaal nodig heeft om even te brullen voor het slapen. Ja, makkelijk gezegd als hij niet om jou ligt te gillen. En als je hem niet in je eigen baarmoeder hebt gedragen. Want man, ik vind het verschrikkelijk. Dat huilen is toch het meest vreselijke geluid ooit? Zijn enige manier van communiceren. Hij wil dat ik kom. Dat ik hem vasthoud en lekker laat drinken. Eigenlijk wil ik dat ook. Maar ik wil ook weer eens langer dan 1,5 uur slapen. Ik wil ook weer eens langer dan drie uur ergens naartoe kunnen. Ik heb voor mezelf besloten dat ik me daar niet schuldig om hoef te voelen. Dat ik me als moeder niet volledig weg hoef te cijferen. En dat ik mijn baby lang genoeg bij me heb gehouden om hem de zekerheid van mijn liefde te geven. Dat dat niet opeens weg is wanneer ik hem even in zijn eigen bedje laat huilen. Toch? Toch?

LEES OOK: Slaap kindje, slaap (En kun je dat nou trainen, ja of nee?)