Annemieke gaat met peuter naar de dierentuin. Het is geen succes

21.07.2020 18:30


Annemies dochter is helemaal gek op dieren. Aangezien haar favoriete boek momenteel ‘Bobbi naar de dierentuin’ is, gaan ze met z’n drieën gezellig naar de dierentuin. Valt dat even tegen…

Aai poesje aai

“AAI, POES AAI!!!” schreeuwt mijn dochter voor de twintigste keer. Ik probeer haar uit te leggen dat het geen poesje is, maar een tijger en dat ze die gestreepte rotkat niet mag aaien. De cheeta valt ook in de categorie afblijven. Bij de leeuwen ontbreekt het babyleeuwtje dat volgens ‘Bobbi in de dierentuin’ in de boom behoort te spelen. Dit vindt Zoë niet zo erg, want die is vast verstopt. Ze wil ‘m zoeken, maar dat vind ik geen strak plan. Mama leeuw ligt gelukkig net als in het boek in het gras te slapen. Helaas mag mama leeuw ook niet geaaid worden. Mijn dochter krijgt een woedeaanval en slaat tegen het glas. Wat heb je aan al die leuke dieren als je er niet mee mag knuffelen? De mensen naast ons kijken erg afkeurend. Gauw lopen we door.

Niet zoals in de boekjes

De olifant staat garant voor een andere teleurstelling. Want de olifant staat niet in een plas water en spuit mijn dochter ook niet nat met z’n slurf. Dat doet de olifant in ‘Bobbi naar de dierentuin’ wel. Wat een afknapper. Mijn dochter is ontroostbaar. Verdomme, waarom kunnen ze die rotboeken niet iets meer op real life situaties baseren? In het rijmpje mag Bobbi van de verzorger meehelpen de zeeleeuw te voeren. Hier is geen enkele verzorger te bekennen bij het water en die emmer vol vis ontbreekt ook. Woedeaanval nummer drie bij de zeeleeuwen. K. stelt voor te vragen of ze bij het stokstaartjes voeren, dat een leeftijdsgrens van minimaal 7 jaar heeft, misschien een uitzondering willen maken voor onze dochter. Dit vind ik geen goed idee. Die reuzenratten bijten vast.

Op vogeljacht in de dierentuin

Al snel blijkt dat ik me meer zorgen moet maken om het welzijn van de dieren, dan om dat van mijn peuter. Zoë heeft maling aan de bordjes die je verzoeken de beesten met rust te laten. De wallaby kan snel in veiligheid hoppen, maar de loslopende eenden zijn de klos. Net als de kippen. Zoë gaat schreeuwend op vogeljacht en heeft de grootste lol. Ik vraag me af of vogels last kunnen krijgen van posttraumatische stressstoornis. Die pauw ziet er erg slecht uit en dat ligt niet alleen aan mijn dochter die ik nog net kon grijpen voordat ze een staartveer te pakken had. Om d’r af te leiden, probeer ik Zoë’s interesse te wekken voor een blauw-gele ara en een kaketoe. Helaas. Zodra het peutermonster door heeft dat deze papegaaien in een kooi zitten en dus niet al kwakend en kakelend voor je wegrennen, stort ze zich weer op de loslopende eenden. Veel leuker!

‘Ontspannen dagje uit’

Het apeneiland is de stomste uitvinding van de hele dierentuin. Er zitten namelijk geen tralies omheen. Alleen een flinke sloot water aangezien apen niet kunnen zwemmen. Mijn peuter kan ook nog niet zwemmen, maar dat weerhoudt haar er niet van het te proberen. Ik probeer met buggy, draagdoek, twee tassen, Zoë’s waterbeker en een half opgegeten broodje dat ze niet meer lustte in mijn handen mijn kind van de verdrinkingsdood te redden. K. stelt ondertussen de witbalans op z’n camera in en waagt het ‘Wat een ontspannen dagje uit zo met z’n drieën!’ te zeggen. Ik overweeg ‘m met camera en al over de railing in krokodillenbassin te kieperen.

Peuterhandje in geitenmond

Bij het kinderboerderijgedeelte kun je de geitjes voeren. Met zo’n ding waar je een euro in moet stoppen voor een handje voer. Entrée kostte al 20 euro per volwassene en nu moeten we ook nog eens voor voer betalen??! De mazzel. Omdat ik geen zin in woedeaanval nummer zeven heb, haal ik toch maar vier losse euro’s tevoorschijn. Die binnen vier seconden in brokjesvorm in een geitenmond verdwijnen, net als het handje van mijn peuter dat nu onder het geitenkwijl zit. Bah! Hopelijk hebben die beesten geen Q-koorts. Ik wijs Zoë erop dat op de grond heel veel brokjes liggen die ze gratis aan die harige herkauwer en z’n schapenvriendjes mag voeren omdat mama geen zin meer heeft daarvoor te dokken en winkelwagenmuntjes helaas niet werken in dat apparaat. Misschien lusten de llama’s en konijntjes ook wel wat? De rest van de middag voert mijn dochter alles wat aaibaar is en een mond heeft met modder, blaadjes en oud veevoer.

Niet voeren!

Net voor de uitgang komen we bij de pinguïns. Godzijdank gedragen die zich net als in het Bobbi-boek beschreven staat. Zoë is helemaal happy en blijkt ergens nog een handje kinderboerderijdierenvoer bewaard te hebben, dat ze met een grote boog over de omheining kiepert. Fuuuuuck! Gelukkig kan ik op tijd de verzorger waarschuwen die het opruimt voordat de pinguïns vergiftigd worden. Hij is niet eens boos, maar wijst ons er wel op dat de ‘niet voeren’-regel ook voor peuters geldt. Met een rode kop sleur ik m’n krijsende dochter, “ETEN! PIE-GIN ETEN!”, de zoo uit. Long story short: dierentuinen en peuters zijn geen goede combinatie. De volgende keer gaan we naar de kinderboerderij. Neem ik gelijk m’n spaarpot mee zodat ik een geit of zo’n ander oversized knaagdier kan kopen voor thuis.

Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K., peuter Zoë en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.

Lees ook: Ben jij er al geweest? De mooiste en onbekendste dierentuin van Nederland