11 dingen die je echt niet kunt missen tijdens je vakantie met baby

Heb jij ook zo’n last van vakantie-inpakstress sinds je moeder bent? Janneke wel. Ze verzamelde tips bij medemoeders, begon weken van tevoren met benodigdheden verzamelen, en vergat toch nog een paar essentiële zaken. Hoewel je eigenlijk maar een paar dingen écht niet moet vergeten (je baby, zijn gloednieuwe paspoort en zijn favoriete knuffel/speen), wordt je vakantie toch een stuk relaxter als je de volgende bagage in je koffer stopt:

Lees ook: Waarom ik bijna een burn-out opliep van de laatste schoolweek

1. Vertrouwd eten.
   Je hoeft echt niet, zoals mijn moeder vroeger deed, voor een hele maand blikken bruine bonen, Smac vlees, houdbare melk en Saroma-pudding in te pakken, maar wat vertrouwde smaken om de vakantie mee te beginnen, zijn wel handig. Een paar van je baby’s favoriete potjes, Hollandse boterhammen voor de eerste ochtend en knijpfruitjes voor onderweg. Wij pakten ook zes pakken melk in, zodat we op vakantie niet over hoefden te stappen op een of ander schimmig merk. En in het geval van vliegen: wat dadels, rozijnen of ordinaire koekjes om je baby te voeren tijdens het opstijgen en dalen, dat voorkomt zere oortjes/oordverdovend gekrijs/geïrriteerde medepassagiers.
2. UV-pakje + zonnehoedje.
   Het beste babybadpak dat er is. Nu hoef je alleen nog wat halve beentjes en armpjes en een gezichtje in te smeren met factor baby 50. Scheelt insmeertijd, dus meer tijd om te veel ijs te eten. Bovendien kun je nog eens met je baby de zon in zonder je zorgen te maken dat hij levend verbrandt. En dus zelf ook wat zon pakken, zodat niet iedereen bij thuiskomst aan je vraagt wanneer jij nou ook alweer op vakantie gaat.
3. Babyfoon.
   Onmisbaar! Vooral in combinatie met een strand of zwembad op kruipafstand van je hotel/appartement/vakantiehuis. Zodra je baby in middagdutje-dromenland is, zet je dat ding aan en ren je naar de dichstbijzijnde strandstoel, om daar vervolgens minimaal een uur in te gaan liggen slapen, boeken te lezen, in te loungen, te wonen en ijskoffies te drinken. Wij vonden de babyfoon een groter succes dan de oppasservice die het hotel aanbood, omdat het apparaat in kwestie tijdens onze afwezigheid geen luiers achterstevoren omdeed of vergat de kinderen eten te geven. En we keken enigszins meewarig naar ouders zonder babyfoon, die hun kind op het strand in de buggy probeerden te laten slapen, waar het uitsluitend hazeslaapjes deed en het hele eiland bij elkaar schreeuwde, waarop ze dus maar in hun zwembroek rondjes over het strand liepen achter de kinderwagen met een ijskoffie in hun hand (word je wel mooi egaal bruin van trouwens).
4. Rug- en/of buikdrager.
   Zo’n paraplubuggy is natuurlijk reuze handig als je gaat vliegen (hij mag mee tot aan de gate), maar je hebt pas echt vakantie als je een paar soorten dragers bij je hebt. Een draagdoek om je kind in het vliegtuig tegen je aan te laten slapen (terwijl je zelf de LINDA leest), een buikdrager om met je baby van en naar het buffet te lopen, en een rugdrager om over veel te drukke marktjes te slenteren en over rotsachtige paadjes naar verlaten strandjes te klauteren.
5. Knijpers.
   Ja, thuis gooi je alles in de droger, maar op vakantie verricht je wonderen met wasknijpers. Je recyclet er zwemluiers mee (uitspoelen en even aan de waslijn), knijpt er pakken poedermelk mee dicht en tovert grote hydrofielluiers om tot fancy zonneschermen voor de buggy.
6. Staafmixer.
   Voor wie wat langer van huis is. Wij lieten hem thuis, maar omdat de prijzen van de potjes babyvoeding in de hotelwinkel drie keer over de kop gingen en de kinderen met het restauranteten vooral andere gasten bekogelden, stonden we uiteindelijk toch emmers vol spaghetti te prakken met een vork.
7. Stapelbakjes.
   Multifunctioneel speelgoed. Om mee te stapelen, zandtaartjes mee te bakken, water uit het zwembad te scheppen, in bad te laten drijven, als kotsbakjes voor tijdens lange autoritten of gewoon om op te sabbelen.
8. Een selfiestick.
   Vooral handig als je langere tijd op één plek verblijft (best een aanrader als je met je baby op vakantie gaat). Tenzij je voor de tweehonderdvijftigste keer aan je buurman wilt vragen of hij even een leuk plaatje van jullie gezin kan schieten. Of thuis wilt komen met tweehonderdvijftig vakantiefoto’s waar je zelf niet op staat.
9. Genoeg rompers/broekjes/truitjes voor de hele vakantie.
   Want je gaat natuurlijk niet wassen. Dus prop gewoon je koffer vol met babykleertjes, zo groot zijn ze niet.
10. Vlekkenverwijderaar.
    Oké, je gaat dan wel niet wassen, je wilt ook niet alle babykleren bij thuiskomst in de vuilnisbak flikkeren. Daarom: een stukje Ossengal en wat Biotex voor de ergste poep-, watermeloen- en spaghettisausgevallen.
11. Leuke kleren (voor jezelf!).
    Omdat mijn koffer niet meer dichtkon nadat ik voor twee baby’s voor twee weken kleren had ingepakt, gooide ik de helft van mijn eigen kleren er weer uit. Wat had ik nou helemaal nodig? Nou, slippers bijvoorbeeld, die zijn toch best handig als je op vakantie bent. Of een leuk setje voor tijdens een sfeervol etentje. Zat mijn hele gezin in galakleding aan het diner, stak ik daar toch een beetje schril bij af in mijn joggingjurk. Bovendien had ik kleren bij me waar ik helemaal niets aan bleek te hebben: de skinnybroek bijvoorbeeld die inmiddels te strak zat en het neongele semi-doorschijnende gevalletje formerly known as bikini. Even een kleine doorpas doen voor vertrek, dat is mijn voornemen voor volgend jaar.

Lees ook: 10 Soorten moeders die ik NIET ben

Janneke Jonkman

Janneke (45) heeft drie dochters: een tweeling van 8 en een peuter van 2. Over de tweelingzwangerschap en -hectiek van de eerste jaren schreef ze het boek O jee het zijn er twee. Tegenwoordig probeert ze vanuit intuïtie en creativiteit te balanceren tussen haar werk als schrijver en het moederschap van drie meiden. Je kunt haar belevenissen ook volgen op haar Instagram.