Annemieke geeft de verloskundige gelijk: hoogzwanger 2400 km autorijden is geen goed plan
De verloskundige zei het al, maar Annemieke wist het natuurlijk weer beter. Nu heeft ze ruzie met K. en stinkt de campingbus naar pis…
Op de lijst van dingen die je beter niet kunt doen als je 36 weken zwanger bent, zou ‘in een busje van Zuid-Spanje naar Nederland rijden’ moeten staan. Waarschijnlijk doet het dat ook, maar ben ik zo koppig geweest het niet te willen lezen. En zo dom niet naar de verloskundige te luisteren die al een halfjaar geleden aangaf dat dit niet zo handig zou zijn.
LEES OOK: Annemieke wordt dik en krijgt rare opmerkingen naar haar hoofd geslingerd.
Na zes plaspauzes in de eerste 250 kilometer besluit ik maar in een beker te plassen. Raampje open, beker omkiepen, raampje weer dicht. Beker afvegen met een stuk WC-papier om eventuele achtergebleven druppels tegen te gaan (K. wil geen pislucht in de campingbus) en we kunnen er weer pakweg 20 minuten tegenaan. Want als we doorgaan met bij ieder tankstation een sanitaire stop houden, zijn we in week 42 nog niet in Nederland. Dit gaat supergoed. Totdat ergens in de buurt van Barcelona blijkt dat in een beker plassen in een rijdende auto en rotonde’s niet zo goed samengaan. Oops.
Normaal wisselen K. en ik het autorijden af. De een rijdt, de ander slaapt. Een perfecte combinatie die je in minder dan 48 uur van Zuid-Spanje naar Nederland brengt. Behalve als je zwanger bent en dus niet mag overdoseren op een mix van Red Bull, nog meer Red Bull en extrasterke espresso. Dus drink ik water en is K. de sigaar. En ik voel me schuldig omdat ik na twee uurtjes rijden al doodop ben en kramp in mijn benen krijg. Spanje duurt lang.
Frankrijk duurt nog langer. Een comfortabele positie vinden blijkt onmogelijk als je één voet op gas danwel rem moet houden en de andere toch ergens in de buurt van het koppelingspedaal. K. overweegt me te wijzen op de gevaren van acrobatische rek- en strektouren met een buik die net nog tussen stoel en stuur past, maar houdt na één blik op mijn moordzuchtige gezicht zijn mond. Ik vervloek mijn medeweggebruikers en plaats bij de volgende wissel beide voeten op het dashboard zodat ze niet nog erger opzwellen. Probeer de riem met strategisch geplaatste wasknijpers te saboteren zodat ‘ie niet mijn buik insnoert. En moet natuurlijk weer plassen net als we de parkeerplaats verlaten hebben. Wat. Een. Klotereis.
Rond Parijs krijg ik buikkrampen. Het zullen toch geen weeën zijn? HELP! Waar is het dichtstbijzijnde ziekenhuis? NEE, je ne veux pas in Frankrijk bevallen!!! Plus rapide met die fucking voiture en gas erop, dan halen we misschien Nederland nog. Oh, wacht, het zijn niet de weeën, het is de stress van in een busje dat maximaal 85km/h kan rond de Périphérique navigeren plus mijn dieet dat de afgelopen paar dagen alleen maar uit paprikachips heeft bestaan. En mijn weigering op van die gore Franse gat-in-de-grond-plees te poepen. In plaats van een ziekenhuis, zoek ik naar een tankstation met normale WCs.
In België begint de horror. Want mijn paprikachips zijn op en we hebben geen salmiaklollies mee. EN IK WIL NU SALMIAKLOLLIES. Terwijl K. probeert de spits rond Antwerpen te vermijden, verwijt ik hem dat-ie niet aan salmiaklollies gedacht heeft. En dat deze klote-auto superfuckingoncomfortabel is. En hoogzwanger 2400 km rijden het meest stompzinnige idee ooit. En vraag ‘m hoe hij ooit een goede vader denkt te worden als hij tijdens de zwangerschap al zulke stomme ideeën heeft en z’n vriendin niet eens normaal in leven kan houden als ze honger heeft. En waarom-ie nog nooit mijn voeten gemasseerd heeft in de afgelopen acht maanden terwijl dat in ieder zwangerschapsmagazine staat als enige taak van de man? En dat ik geen fucking kussentje of een fucking mueslireep wil, wat denkt-ie wel niet???! Pas als Dribbel begint te janken, hou ik boos m’n mond.
Twintig kilometer verder omhels ik ‘m huilend op een parkeerplaats, sorry-zeggend en snotterend dat ik de volgende keer met het vliegtuig wil. Nou ja, één voordeel: na deze horror kan de terugreis met pasgeboren baby in de campingbus alleen maar meevallen. Toch?
Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K. (die blij is met het onverwachte nieuws) en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.
LEES OOK: Ja, Annemieke krijgt een kind. Maar de hond gaat NIET naar het asiel.