Ging ik een keer uit met mijn man, lag ik er om 20.00 AF
Grootse plannen vooraf: Franke en haar man zouden, nu de kinderen uit logeren waren, doorzakken tot het krieken van de ochtend. Toch? Toch?!?!
Het was zover. Negen jaar verkering. Dat zouden we eens dik gaan vieren, besloten we. We kregen al helemaal visioenen van die keren dat we in Café d’Anvers waren en tot in de ochtend dansten, eindeloos wodka-cola’s wegtikkend. Waar zouden we die avond belanden, vroegen we ons af? Club NL in Amsterdam, de Stalker in Haarlem? Zouden we daar nog wel binnengelaten worden? Of zouden ze aan de deur vragen welke puber we kwamen ophalen? Ja, in onze voorpret was alles mogelijk en onze energie schier eindeloos. Maar ja, voorpret is voorpret en heeft niks te maken met de werkelijkheid. Helaas.
LEES OOK: Uit eten gaan met je baby? Marcel zegt: doe maar niet
Want dit was wat er werkelijk gebeurde: euforisch kusten we de kinderen gedag. Wat zouden we doen? Ik was toch wel een beetje moe, net als die vorige keer, merkte ik, maar dit keer zouden we echt NIET met een kapsalon voor de tv eindigen, we vierden immers een mijlpaal van negen jaar verkering. Manlief opperde ons avontuur te laten beginnen in de plaatselijke kroeg, in de betere burgerlijke buitenwijk, en dat leek me een puik plan. We streken neer op het terras, ondanks de vrieskou, bestelden een wijn en nog een en nog een. Het werd donker, we maakten nieuwe vrienden, die allemaal 65+-waren want onze leeftijdsgenoten stonden immers op dat moment met hun kinderen in de Chimpie Champ/op het hockeyveld/achter het fornuis. We aten bitterballen en nootjes, namen er nog een en werden dronken. En toen maakten we de kapitale fout door aan elkaar te vragen: ‘Waar zullen we uit eten gaan?’
Oei oei oei, een warme hap eten na een paar wijn, in je Tropentijd? Hoe verzónnen we het? Ik heb geen idee, weet jij het? Waarschijnlijk was het overmoed. Anyways. We besloten ook nog eens in een veel te hip ding te gaan zitten, een soort pop-uprestaurant. Een restaurant waar een heel chique kok, weleens te zien bij DWDD, zijn inmiddels fameuze hamburgertjes draaide. Ai ai ai, ik hoor je denken: kapitale fout nummer 2. En dat was het. We hadden natuurlijk ergens een helder soepje moeten nuttigen, zodat we met vereende moed en nieuwe energie weer verder konden met wat een spannende kroegentocht zou worden. Maar in plaats van voedend, warm, luchtig, kozen we voor vet, warm, dik en veel. We vielen aan op ons eten alsof we al jaren niet meer degelijk hadden gegeten. Wat ook wel een beetje zo was, maar toch. 17 minuten later en 39 euro lichter stonden we weer buiten. En toen. En toen.
Toen knalde hij er alsnog in. De vermoeidheid. We doolden over straat, geen idee waar we naartoe moesten. Iedereen zat nog te eten, het betere borrelen zou pas over een uurtje of twee aanvangen. Hoe gingen we dat uithouden, in godsnaam? Zonder drugs? Nee, dat deden we dus ook niet. Om exact 19.45 reden we naar huis. Om 19.55 waren we gearriveerd. We openden een zak M&M’s. Ik nam alvast twee paracetamol om een opkomende kater te onderdrukken. Tot mijn enorme blijdschap was het zaterdag en zou Wie is de Mol zo beginnen. Maar die Wie is de Mol heb ik nooit meer gehaald, want om 20.00 precies lag ik in coma. Lag ik eraf. Kwijlend onder een deken, een M&M tegen mijn wang geplakt.
Maar volgend jaar, als we onze tienjaar-verkering gaan vieren, dan gaan we los, hoor. Echt! Vast. Denk ik. Nou ja. We zien wel. Eerst het komende jaar maar weer eens zien door te komen zonder kleerscheuren. En dan, dan gaan we het beleven. Toch? Toch?!?!
Tof als kraamcadeau of gewoon voor jezelf: bestel hier de boeken van Franke.