Een baby en dan? Krampjes-gedoe
Mariëtte (moeder van Casper, 2, en Nora, 1) vond het maar ingewikkeld: die allereerste periode met een baby. Daarom maakte ze speciaal voor me-to-we de serie Een baby! En dan? Vandaag deel 4: over krampjes en medelijden.
Lees ook: Een baby! En dan? (deel 1): De gebruiksaanwijzing.
Het was drie uur ’s nachts en ik had medelijden. Een klein beetje met mezelf omdat ik in de donkere babykamer op de schommelstoel zat die ik zo graag wilde aangezien ik van tevoren zo’n romantisch plaatje in mijn hoofd had. Een plaatje van mezelf kneuterig met mijn slapende baby, zachtjes schommelend, iedereen zen. Een plaatje dat helaas niet veel overeenkomsten vertoonde hoe ik erbij zat: piekhaar, half in slaap, op het randje van een huilbui omdat ik zo moe was en mijn baby zo hard huilde.
Maar ik had uiteraard vooral medelijden met Casper, toen een week of twee oud, die zo’n beetje paars aangelopen was van het huilen en qua benen-trap-techniek het Nederlands Elftal nog wat had kunnen bijbrengen. De oorzaak: krampjes. Wat door het verkleinwoord klinkt als een schattigs, maar in werkelijkheid natuurlijk gewoon de hel is. Na de eerste dagen van veel slapen en extreme poezeligheid, was er blijkbaar een soort giftige reactie ontstaan tussen mijn melk en Caspers darmen. En dat was ook nog normaal, zo had ik inmiddels begrepen van twee instituten die ik op dat moment als mijn belangrijkste informatievoorzieners (lees: life-lines) beschouwde: Het Internet & Het Consultatiebureau.
Om met die eerste te beginnen: ik googlede wat af. ‘Baby en kramp’, ‘remedie tegen kramp baby’, ‘oplossing krampjes’, ‘wel of geen Infacol’ en ‘hoe lang baby kramp’. Dat laatste googlede ik welgeteld één keer en probeerde daarna heel snel te vergeten dat ik echt had gelezen dat kramp wel drie maanden kon duren. DRIE MAANDEN. Drie dagen zou ik misschien nog net aankunnen, drie weken was al een eeuwigheid en drie maanden was gewoon niet te overleven. Want 23 keer voeden per dag, 8000 luiers, twee uur slaap, het zijn allemaal heftige bijkomstigheden van het prille moederschap. Maar dan kun je tenminste wat doen en dat is de grootste ellende bij kramp: je moet het maar gewoon een beetje uitzitten terwijl je baby zich ellendig voelt en jij daardoor ook en je bovendien mega hormonaal bent waardoor je al moet huilen om het Jeugdjournaal. Om het maar niet te hebben over wat er gebeurt als je je kersverse baby niet stil krijgt en je jezelf daardoor beschouwt als de mislukkeling van moederland (in een notendop mijn gevoel bij aanhoudend gehuil van mijn eigen baby).
Lees ook: Hoe om te gaan met darmkrampjes!
Overdag ging het nog wel, maar ’s avonds en ’s nachts was het echt zielig. En ik maar rondjes lopen, zingend en sussend, wat vrij weinig uithaalde. Dat niks kunnen doen, dat was de grootste ellende. Vooral niet voeden, dat had ik inmiddels wel begrepen. Want dan zou je het alleen maar in stand houden. Overigens duurde het meestal een halfuur voordat ik geen andere optie zag dan toch maar weer aan te leggen, omdat ik wel wist dat Casper kramp had maar er een hardnekkig stemmetje in mijn hoofd zat dat maar bleef zeggen ‘het kan ook honger zijn, het kan ook honger zijn’. Een stemmetje waar ik na een tijdje wanhopig naar luisterde, omdat Casper met voeden zeker weten even stil zou zijn en daar verlangde ik heel erg naar.
Het internet verblijdde mij verder met een hele waslijst aan middeltjes die best weleens zouden kunnen helpen. Uiteraard shopte mijn man de plaatselijke drogisterij leeg en elke keer hoopten we ons suf dat we nu Het Middel hadden gevonden, maar eerlijk gezegd: niks hielp echt. Dus zocht ik mijn toevlucht tot het consultatiebureau, maar daar kreeg ik van de doorgewinterde jeugdverpleegkundige de reactie die ik van wel meer doorgewinterden kreeg: ja, sneu hè, krampjes. Dat was het. Ja, heel sneu, en nu graag de oplossing, mevrouw. Wat ik natuurlijk niet zei want dat durfde ik helemaal niet, maar ik schoot er geen klap mee op. Ik wilde een remedie, geen begrijpend knikje. En dan iets dat hielp, want van allerlei kanten kreeg ik De Gouden Tip aangereikt die nooit hielp, maar mij en passant wel het gevoel bezorgde dat ik een prutsmoeder was, want als iedereen behalve ik wel een handig trucje had waarmee hun eigen baby’s subiet stil werden, dan moest het eigenlijk wel aan mij liggen. Zo was er: rondlopen met je kind als een soort vliegtuig op je arm (hielp soms een halve minuut, maar niet altijd), fietsen met de beentjes (vond Casper vreselijk), een warme hydrofielluier (hielp heel soms drie seconden), heel veel venkelthee drinken want dat zou via de borstvoeding helpen (nooit enig effect van gemerkt).
Na een week of wat (en ver voor die gevreesde drie maanden die ik op internet had gelezen) was ik er echt klaar mee en schakelde een hulptroep in, in de vorm van een osteopaat. Of het nou aan zijn behandeling lag, of toch aan het urenlange rondjes lopen, de draagdoek die ik toevallig in dezelfde tijd aanschafte, het feit dat Casper gewoon een beetje groter was geworden, de liters venkelthee, de dag van de week, het Chinese nieuwjaar, ik weet het niet, maar in elk geval nam de kramp vanaf dat moment gelukkig af. En daarmee nam mijn lol in het leven in het algemeen toe en de kwaliteit van mijn nachtrust in het bijzonder. En kon ik gelukkig stoppen met de venkelthee, want die vond ik eigenlijk heel goor.
Lees ook: Baby met darmkrampjes? Probeer dit!