Dingen waar ik nog niet aan toegekomen ben sinds ik moeder ben
Janneke doet echt haar best om alle ballen in de lucht te houden sinds ze moeder is geworden. Opstaan, baby’s knuffelen/eten geven/verschonen/aankleden/naar de opvang brengen, werken, nog meer wassen draaien, boodschappen doen, koken, baby’s weer ophalen, man niet vergeten aandacht te geven, babyritueel herhalen maar dan met pyjama’s aan, zelf eten, WhatsAppjes sturen aan vriendinnen, was opvouwen en proberen de fles van tien uur te halen zonder in slaap te vallen op de bank. En toch komt er aan die to-do lijst nooit een eind.
Het gaat inmiddels allemaal best goed, hoewel ik onlangs nog een pot thee leegdronk en er na afloop achterkwam dat er geen theezakje in zat. Maar meestal kom ik niet eens toe aan een pot thee. En dan zijn er nog een paar dingen waar ik nog steeds niet aan toegekomen ben sinds ik moeder ben geworden.
Lees ook: 30 Dingen die zelfs de meest koelbloedige moeder doen breken.
- Bedankkaartjes sturen. Had ik me echt voorgenomen. Maar we kregen zoveel kleertjes dat ze soms al te klein waren tegen de tijd dat we tijd hadden om ze uit te pakken. Laat staan dat we nog wisten wat we ook alweer van wie hadden gekregen. Het enige wat we nu nog kunnen doen is: proberen deze informatie aan onze vrienden/kennissen/familie te ontfutselen en dan alsnog bedankkaartjes te sturen. Is er nog niet van gekomen.
- Een boek lezen. En dan bedoel ik van A tot Z. En minimaal een half uur achter elkaar zonder in slaap te vallen.
- Sporten. Tenzij wandelen met de kinderwagen, babyliften, en speelgoed opruimen ook onder sporten valt. Maar voor de rest: nee. Ook geen buikspieroefeningen.
- Hobby’s. Vóór ik zwanger werd, ging ik behalve twee keer per week naar de sportschool ook nog twee keer per week dansen, één keer per week naar yoga en dan ook nog af en toe een rondje wielrennen (als het mooi weer was). Nu heb ik sinds ik moeder ben: één keer een rondje gewielrend (van een half uur, dus dat telt niet), en één keer een uur gedanst (toen moest ik naar huis omdat ik moest kolven). Volgens mij kun je dat geen hobby’s meer noemen, maar meer incidenten.
- Geld verdienen. Althans: niet genoeg. Onlangs keek mijn boekhouder naar mijn administratie van vorig jaar – waarin ik er een half jaar tussenuit was geweest wegens verlof en mijn overige werkdagen had gehalveerd – en hij zei hoofdschuddend: als je nog zo’n jaar draait, beschouwt de Belastingdienst je werkzaamheden voortaan als een hobby. Nou ja, dan heb ik tenminste wel weer een hobby.
- Een fotoalbum maken. Voor de kinderen. Of een babyboek. Zo een met een haarlok erin en een handafdruk. Ik ben al blij als er een keer iets in de groeiboekjes staat, omdat ik ze die dag zomaar wél mee heb genomen naar het consultatiebureau.
- Een vakantie boeken. Ik zit nu al sinds december het hele internet af te struinen op zoek naar vakanties die zich lenen voor twee ouders die een beetje willen ontspannen en twee baby’s die dat niet willen. Nog steeds niks kunnen vinden. Terwijl we enorm toe zijn aan vakantie! Maar na verscheidene horrorverhalen van andere ouders, durf ik niet meer zo goed.
- Een babyuitstapje. Ze zijn nog te klein voor de ballenbak, maar het lijkt me zo gezellig om iets met ze te doen wat ze zelf echt leuk vinden. Nu organiseert de bibliotheek elke maand een voorstelling speciaal voor baby’s. Dat schijnen ze fantastisch te vinden! Dus neem ik sinds ze een maand of drie zijn om de zoveel weken enthousiast de activiteitenfolder van die maand mee, maar als ik er dan in kijk, blijk ik altijd precies een dag te laat te zijn.
- Tuinieren. In verband met de kinderen zijn we vlak voor hun geboorte in een huis met een tuin gaan wonen. Maar we waren al blij dat we op tijd het huis af hadden! Op een paar bungelende peertjes zonder lampenkappen na. En dan dus de tuin. Dat is een soort eclectische mix van paardenbloemen, brandnetels, afgevallen bladeren, een verzameling opgestapelde, deels kapot gewaaide potten, een scheve schutting, een oud beschimmeld bankstel dat toch niet in huis paste en een paar witte plastic tuinstoelen die we gebruikten tijdens de verhuizing. Terwijl het me zo romantisch lijkt, tuinieren.
- Bij iemand op bezoek gaan (met kinderen). Dat lijkt me nou zo leuk: met kinderen op bezoek bij andere vrienden met kinderen. Maar eer ik ze verschoond, aangekleed, gevoed en met jassen aan in de wagen heb, is het alweer bijna tijd voor hun slaapje (en niemand heeft thuis twee babybedjes staan).
- Drinken. Toen ik zwanger was, werd ik al misselijk als ik per ongeluk door het pad met alcoholische dranken in de supermarkt liep. Sindsdien is het nooit meer helemaal goed gekomen met de drank en mij. Eén biertje geprobeerd (een Radler notabene) en toen was ik diezelfde avond ziek. Best jammer, want ik kan af en toe wel een borrel gebruiken.
- Dingen repareren of vervangen die kapot zijn gegaan. En dus doe ik mijn make-up in een half donkere badkamer, staat er nog steeds een emmer onder de lekkende geiser, staat er hier en daar een schilderij dat toch niet helemaal stevig aan de muur hing en doet onze vaste lijn het niet meer omdat een van de baby’s aan het snoer heeft getrokken. Hoe doen andere mensen dat?
- Naar de kapper gaan. De bedoeling was dat ik enigszins leuk op de eerste foto’s na de bevalling zou staan en dus plande ik van tevoren nog een afspraak met de kapper in. Maar de ochtend van mijn kappersafspraak braken mijn vliezen. Gelukkig was de kapper zo aardig om een paar weken later thuis langs te komen om nog wat te maken van mijn postpartum coupe, maar dat is inmiddels ook alweer een eeuwigheid geleden. En een daadwerkelijke afspraak op locatie is er nog niet van gekomen. Evenmin als een tandartsafpraak trouwens.
- Een spannende film kijken. Het zou aan mij kunnen liggen, maar sinds m’n zwangerschap kan ik geen films meer verdragen waar ook maar een spoortje geweld in zit of iets met zielige kinderen. Ik vrees dat ik de rest van mijn leven vastzit aan de romantische komedie (en die heb ik dus allemaal al gezien).
- Naar verjaardagsfeestjes gaan. En dan bedoel ik de grote-mensen-feestjes die na 20.30 uur beginnen. Man, tegen die tijd komt er geen zinnig woord uit mijn mond. En drinken, dat deed ik dus ook al niet meer. Dus zeg ik ze af en probeer ik het goed te maken met een vroege koffieafspraak. Want koffie, dat drink ik inmiddels wel weer.
Lees ook: De 10 sleutels tot gelukkig moederschap.
Janneke (45) heeft drie dochters: een tweeling van 8 en een peuter van 2. Over de tweelingzwangerschap en -hectiek van de eerste jaren schreef ze het boek O jee het zijn er twee. Tegenwoordig probeert ze vanuit intuïtie en creativiteit te balanceren tussen haar werk als schrijver en het moederschap van drie meiden. Je kunt haar belevenissen ook volgen op haar Instagram.