Co-sleeping. Oftewel: iedereen slaapt en jij ligt wakker
Breastsleeping zal vast heel goed zijn voor de baby. Maar Annemieke krijgt absoluut geen rust met een slapend kind naast zich.
Als mensen mij vragen hoe het gaat met de slaap als nieuwbakken moeder is mijn antwoord inmiddels steevast “goed hoor!”, met een brede glimlach. Niet omdat het goed gaat – integendeel, het gaat driedubbel kut. Maar omdat het zo grappig is die verbaasde blikken te zien; je hóórt ze gewoon denken: ‘Als het zo goed gaat, waarom heeft ze dan wallen van hier tot Tokio, gaapt ze twaalf keer per minuut en antwoordt ze ‘woensdag’ op de vraag ‘Wat ga je vandaag doen?’
Borstvoeding + co-sleeping = een heerlijk relaxed kind. Tot zover het goede nieuws…
De reden voor mijn aan giga-slaapgebrek gerelateerde dementie is dat we zowel aan borstvoeding geven op verzoek als aan co-sleeping doen. Combineer die twee en je krijgt een kind dat heerlijk relaxed naast je in slaap valt wanneer je naar bed gaat. Tot zover het goede nieuws. Het minder goede nieuws is dat mijn dochter nogal vaak honger en/of dorst heeft. En dus best wel vaak wil drinken. Lees: iedere fucking twee tot drie uur. Ook ’s nachts. Dit kondigt ze gelukkig heel bescheiden aan, door zachtjes ‘eh’ te zeggen, zodat K. en Dribbel lekker door kunnen slapen. Maar hoewel ik normaal gesproken de wekker op de luidste stand moet zetten om wakker te worden, hoeft mijn dochter maar heel zachtjes ‘eh’ te zeggen en ik ontwaak al.
Ons twee-uurs ritme: voeden, terugleggen, slapen.
Sinds de geboorte bezit ik over zeer selecte sonische gaven. Het onweert, ik slaap door; de hond blaft, ik slaap door; de telefoon gaat; ik slaap door. Maar de baby zegt ‘eh’ en ik word wakker. Dus strek ik m’n armen uit, haal Zoë uit haar co-sleeper (een mooi woord voor het ledikantje waar we een zijkant afgesloopt hebben), geef haar de borst, leg haar terug en val godzijdank gelijk weer in slaap. Twee uur later herhaalt dit riedeltje zich. En dan nog een keer. De hele nacht lang. Vanaf een uur of 1 weigert Zoë echter in haar co-sleeper te slapen; opeens zijn de 20cm afstand tot mama onacceptabel geworden. Dus protesteert ze, wat in haar geval neerkomt op luidkeels ‘eh’,’uh’, ‘leh’ en ‘luh’ te brabbelen. Dit herhaalt ze totdat ik het opgeef en haar weer in ons bed aan mijn tepel leg, waar ze tevreden geluidloos verder doezelt. Co-sleeping to the max zegmaar. Oftewel breastsleeping.
Breastsleeping: slapen met een baby aan je borst
Slapen met een baby aan je borst is ideaal. Althans volgens baby slaapgedrag expert James McKenna, die in 2015 in dit artikel met de term breastsleeping op de proppen kwam. Het zorgt er namelijk voor dat je beter ingespeeld bent op de behoeften van je baby. Ook zou samen slapen tot meer drinkmomenten (en dus tot betere melkproductie), minder huilen en een betere emotionele binding tussen moeder en kind leiden. Allemaal voordelen van breastsleeping. Zoë drinkt inderdaad belachelijk veel, huilt ’s nachts nauwelijks en met die moeder-kind relatie zit het ook helemaal goed. En zeg nou zelf: wat is er schattiger dan wakker worden en als allereerste die grote tandeloze smile van je baby zien?
Ik ben een slapeloze 24/7 open-zijnde snackbar
Één ding heeft McKenna echter vergeten te vermelden: je slaapt niet. Ik in ieder geval niet. Omdat ons bed een gewoon tweepersoonsbed is en geen kingsize family bed – ja, die 60cm baby maakt een enorm verschil. Maar vooral omdat ik doodsbang ben dat mijn dochter misschien zou kunnen stikken onder het dekbed. Of gesmoord worden onder een kussen. Heel gezellig hoor, zo’n baby’tje in je armen – totdat je spierpijn krijgt van krampachtig op je zij liggen om te voorkomen dat je de kleine per ongeluk verplettert. Ze hadden het beter ‘breast wakefulness’ kunnen noemen. Na inmiddels bijna 100 totaal gebroken nachten als 24/7 open zijnde snackbar gefungeerd te hebben, snap ik waarom moeders die langer dan zes maanden co-slapen zich depressiever voelen dan moeders die zo slim zijn de kleine krijser in zijn of haar eigen bed, danwel slaapkamer te leggen.
De toekomstige slaapkamer van onze dochter? In de schuur
Waarom ik hier dan toch mee doorga? Omdat ik niet tegen gejank kan. En ik volledig begrijp dat je soms trek hebt om te snacken, al is het 4u ’s nachts – ik zou ook hartstikke gelukkig worden van een minibar gevuld met Ben & Jerry’s, chocolade en wijn als nachtkastje. Dat we maar één slaapkamer in huis hebben speelt ook mee; je baby in de keuken of WC laten slapen wordt toch een beetje als not done beschouwd. Of ik al wanhoop? Nog niet. Mijn baby is pas net drie maanden oud en hoort dus nog helemaal niet door te slapen. Al heb je altijd uitzonderingen – het kind van schoonzus A. sliep uiteraard met zes weken al 10 uur aan één stuk. Achja, mocht Zoë met een halfjaar nog steeds zo op haar midnight snacks gesteld zijn, dan zie ik twee mogelijke oplossingen. Of ik leer slapen terwijl mijn baby aan m’n tepel sabbelt, of ik ben zo depri geworden dat ik haar naar de schuur verban. Kansen staan momenteel 50-50.
Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K., baby Zoë en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.
Lees ook: Waarom co-sleeping een HEEL SLECHT idee is (als je ooit nog wilt uitrusten).