Help! Sinds ik moeder ben, ben ik bang voor álles!
Franke vond zichzelf altijd best stoer. Ruwe bolster, blanke pit, met de mannen aan de bar hangen, niet zeiken, beuken en working hard, playing hard. Maar sinds de kinderen is er mentaal wat veranderd: ze is in een angsthaas veranderd.
Lees ook: Nooit meer bang zijn dat je dreumes valt, want zo klungelig is dat loopje niet!
Bang voor iets? Niet echt. Nou ja, ik had een beetje smetvrees vroeger, en af en toe reed ik drie keer terug naar huis om er zeker van te zijn dat het gas uit was, maar afgezien van brandende huizen en vieze openbare toiletten, was ik voor de rest toch niet echt angstig aangelegd. Totdat de dag aanbrak dat ik zwanger was en mijn stoere, nuchtere, Hollandse lichaam veranderde in een slappe, weeë toestand.
Dat lichaam dat alsmaar uitdijde, oké. Die huilbuien om niets, prima. Maar die angst. Die Angst! Voor alles werd ik bang en ik had de bizarste nachtmerries. Dat mijn man me in de steek zou laten, dat ik mijn baby van de dokter zelf moest ‘halen’ en ik mijn buik openritste en mijn baby eruit tilde, dat soort tergende dromen. Ik had gehoopt dat ik die eigenschap wel zou verliezen als die verrekte hormonen mijn lichaam weer zouden verlaten. Maar helaas. Na vijf jaar ben ik iets strakker en huil ik niet meer om elk blond meisje met vlechtjes dat voorbij komt huppelen, maar ik ben nog altijd een schijterd. Voor van alles en nog wat.
Toen ik nog jong en onbezonnen was, hoorde ik weleens van die verhalen, van vrouwen die sinds het moederschap bang waren geworden voor het een of ander. Zo hoorde ik ooit het verhaal van een collega die met geen klem meer Amsterdam uit te krijgen was, omdat de wereld daarbuiten maar eng en naargeestig was. Vakanties, daar deed ze dus niet meer aan. Die beperking vond ze zelf ook lastig, maar alles liever dan ergens waar ze het niet kende, iets, wat dan ook, te riskeren. Maakt niet uit wat.
Ook hoorde ik van een andere collega die ooit eens zonder kinderen vloog, dat ze een paniekaanval kreeg in het vliegtuig. Ze besefte opeens daar in de lucht dat als dat vliegtuig te pletter zou vallen, haar dochters geen moeder meer zouden hebben. Er moesten een leren riem en een Oxazepammetje aan te pas komen om haar weer rustig in haar stoel te krijgen. Het leek mij nogal heftig, dit soort verhalen. Wist ik veel dat ik jaren later in hetzelfde schuitje zou zitten…
Ik weet nog goed dat ik met mijn kleine babymeisje in mijn handen trots stond te wezen. Trots, maar ook doodsbang. Op kousenvoetjes gleed ik door het huis uit angst dat ze tegen de gietvloer te pletter zou kletteren (Hoezo?! Echt? Alsof ik opeens mijn vermogen om te lopen had verloren, maar goed). Als ze ’s middags in haar ledikant lag, was ik als de dood dat ze opeens niet meer zou ademen, dus stond ik om de vijf minuten bij het wiegje te kijken. En zo ging het maar door. Crèchevirussen. Speeltjes of eten waarin ze kon stikken. Enge mannen. Iets te enthousiaste honden op straat. Diepe peuterbadjes… No need to say dat ik nog nooit een oppas heb ingehuurd. Ik durf het gewoon echt niet aan.
Dieptepunt was toen mijn meisje anderhalf was en ik net zwanger van de tweede. Ik was tien weken en stapte in een skilift, naast een gezellig pruttelend kinderklasje. En daar gebeurde het: ik raakte opeens volledig in paniek. Wat als zij naast me zou zitten en ook bang zou worden en een paniekaanval zou krijgen? Wat als ik haar dan stevig moest vastpakken om te voorkomen dat ze niet uit die skilift zou vallen? Wat als we de skilift zouden halen, maar zij onbezonnen van de berg zou suizen, zo de afgrond in? Ik keek naar die blije kindertjes naast me, en ik zweer het: ik was van pure ellende bijna zelf die lift uitgesprongen. Gewoon, om in ieder geval daar maar niet meer te hoeven zijn. Jammer, want kan ik nou nooit meer skiën? Het lijkt me zo leuk, met de hele familie in de sneeuw… Maar zoals ik het nu voor me zie, wordt het: vader met kinderen op de berg, mama jankend Flügeltjes wegtikken op het terras tot iedereen weer veilig beneden is.
Waar die angst nou vandaan komt? Misschien dat die oude smetvrees van mij is veranderd in angst, dat zou heel goed kunnen. Smetvrees, daar heb ik momenteel niet zo’n last meer van. Of anders: ik krijg de kans niet me eraan over te geven, met al die keren dat ik nu met mijn kinderen in de ballenbak lig. Het heeft er vast ook mee te maken dat ik te veel nieuws lees, en alle kinderleed keihard bij me binnen komt: mijn hersens slaan ervan op tilt. Ik weet het, het is allesbehalve rationeel, en ik baal er zelf ook flink van. Want hoe leer ik mijn dochter nou stoer te zijn als ik zelf op de eerste de beste duinpan, trillend op mijn benen van hoogtevrees? En een oppas zou ook weleens leuk zijn.
Gelukkig is het iets wat vaker voorkomt bij vrouwen, volgens een bericht van GGZ Nieuws uit 2013 heeft zelfs tien procent van de nieuwe moeders last van een angststoornis. Alleen is het niet echt bon ton om daarover te praten aan het kraambed, lees ik weer ergens anders op internet. Dat het nog een beetje een taboe is: toegeven dat je sinds het moederschap ook zoveel angstiger bent geworden. en dat het vaak voorkomt bij vrouwen die alles graag heel goed doen en van zichzelf geen fouten mogen maken. Dat het zo overweldigend kan zijn, dat moederschap, dat zich dat ook vertaalt in angstgevoelens. Dat het ook zo kan zijn dat een ‘oude neurose’ zich gaat vermommen als angst. Vink, vink, vink, tik ik daar alle boxen even aan! Kortom: niets menselijks is ons kersverse moeders vreemd.
Maar ondanks dat ik weet dat het erbij kan horen, hoop ik wel dat het zal slijten. Gelukkig merk ik nu al aan mijn kleuterdochter dat ik veel minder bang ben met haar. Nu nog zorgen dat mijn dreumeszoon niet van de trap valt, zijn handjes in het stopcontact steekt of zomaar blind de weg oprent, en dan kan ik weer verder met een spannender leven. A-diploma’s op zak, kinderen leren nee zeggen en logisch nadenken: wat zal dat veel schelen. Het geeft mij de kans om mijn ideaalplaatje in ere te houden: met mijn beide kinderen en man op avontuur gaan, de wereld ontdekken. Dat lijkt mij echt geweldig. Wellicht, als die angsten weer normale proporties hebben aangenomen, dat die oude vertrouwde smetvrees weer terugkomt. Maar dat maakt me niks uit, zolang ik mijn kinderen maar in vrijheid kan laten bewegen en ze kan opvoeden tot zelfstandige kinderen die zeker zijn van hun zaak. Dan neem ik die fles Dettol harstikke voor lief.
Tof als kraamcadeau of gewoon voor jezelf: bestel hier de boeken van Franke.