Anne houdt superveel van haar gezin, behalve tussen 01:00 en 06:00 uur ’s nachts
Anne strooit de hele dag door lustig met termen als ‘Ik hou van jou’, ‘poepie’ en ‘schatje’. Zo niet tussen 1:00-6:00 ’s nachts. Dan mogen haar gezinsleden al blij zijn als er naar ze wordt gegromd.
Ik hou super ongelofelijk veel van mijn vriend en twee kinderen. Dat vertel ik ze dan ook graag de hele dag door. Elke keer als ik iets positiefs over ze voel, zeg ik ze dat. Het liefst gepaard met veel knuffels en kusjes. Helaas is mijn schijnbaar zonnige en liefdevolle aard alleen werkzaam overdag. Zodra het nacht wordt en naar mijn mening ieder normaal mens hoort te slapen, verander ik in een grommende wolf. Zelfs de baby kan dan maar beter uit mijn buurt blijven.
Lees ook: Ik houd meer van mijn kind dan van mijn man. Is dat raar?
Onze kinderen slapen fantastisch (de peuter) tot redelijk (de baby), dus een echte reden tot klagen heb ik absoluut niet. Er zijn nachten dat we er maar één of twee keer uitmoeten voor een speentje of vijf minuten troost. Over die nachten niets dan goeds. Maar als het eens voorkomt dat er wat langer gehuild of gejammerd wordt, herken ik mezelf niet terug. Ik gooi het dekbed woest van me af, been naar de kinderkamer, stop er een speen in, grom: ‘Slapen!’ tegen de baby en stamp terug naar bed. Gebeurt het nog een keer, dan schop ik mijn vriend het bed uit. ‘Los jij het maar op’, zeg ik tegen hem (dat wil zeggen, als ik in een héél goede bui ben. Meestal moet hij het doen met ‘Gggrrrppprrrggrr’), en draai me demonstratief van hem af.
Het engelengeduld dat hij opbrengt als de baby langer dan een half uur huilt, is mij vreemd. Eindeloos is hij in de weer met Nijntje filmpjes, speentjes, flesjes melk en troostende woorden. De enige, uiterst schrale, oplossing die ik zelf te bieden heb voor nachtelijk verdriet is de baby naast me in bed leggen en zeggen ‘Wil je huilen? Huil dan maar. Ik doe wel alsof ik het niet hoor.’ Ik weet het, daar straalt niet veel moederlijke liefde uit voort. Maar hé, daarom vullen mijn vriend en ik elkaar ook zo goed aan, toch?!
Tegen zessen spreek ik de baby streng toe: ‘Ga wég met dat lieve koppie van je, ik hoef je voorlopig nog even niet te zien!’ Pas tegen acht uur ’s ochtends breekt langzaam mijn weerstand. Tegen zoveel stralende vrolijkheid ben ik niet bestand. En net als na eerdere nachten ben ik oprecht verbaasd dat mijn vriend én de baby nog tegen me willen praten. Zijn ze vergeten hoe ik ze vannacht heb behandeld? Ik hoop het, en gooi er voor de zekerheid nog maar wat stevige liefdeskrachttermen tegen aan. ‘Liefies, schatjes, poepesnoepies, IK HOU ZO VEEL VAN JULLIE!’
Lees ook: 10 Geboden waar alle baby’s zich aan moeten houden