59 dingen die ik denk tijdens de ochtendspits
Rennen en vliegen. Soms gaat dat hartstikke soepel en gesmeerd. Soms ook helemaal niet. Dan gaat het er ongeveer zo aan toe. Herkenbaar? (zeg alsjeblieft ja anders voel ik me zo’n verdorven moeder en dat kan ik er nu even niet bij hebben).
Lees ook: 11 redenen waarom ik iedere ochtend denk: But first, coffee
- 6.40, 6.50, 7.00, 7.10, 7.20 uur. Snooze snooze. Klik. Nog vijf minuutjes liggen.
- 7.28 uur, verschrikt: Oh, crêpe! Jongens, opstaan!
- Au! Mijn hoofd.
- Oh ja, drie glazen wijn gedronken gisteren.
- Waarom heb ik tegenwoordig van drie glazen al een megakater?
- Hmm. Misschien omdat ik eergisteren ook al drie wijn heb gedronken.
- En de dag ervoor ook eentje. Ben ik nou een alcoholist aan het worden?
- Nee, ik ben gewoon heel blij dat ik eindelijk weer eens vrienden zie.
- Dat was lang geleden namelijk. Als je Facebook niet meetelt.
- Oké. Focus.
- Brood smeren, snel.
- ‘Puk, kom je ontbijten?’
- ‘Nee, niet voor de televisie, gewoon aan tafel a.u.b.’
- ‘Wat wil je in lunchtrommel? Dríé boterhammen?’
- Oké, ik smeer er nog wel eentje extra bij.
- Zo, hoppa, banaantje erbij.
- ‘Ik ga douchen, Puk.’
- ‘Je mag heel even op de tablet. Hier, Playdoh-filmpjes.’
- ‘Maar drie minuten, dan kom je naar boven om je aan te kleden, oké?’
- Hoor ik Olle nou zo krijsen??
- Vaders, kleed jij Olle even aan?
- NEE, ik heb geen TIJD NEE. Ik moet DOUCHEN.
- Kom op zeg, het lijkt wel of ik ALLES doe in huis!!!!
- Oké rustig blijven. Focus. Douchen. Ademhalen.
- ‘Puk, aan-kle-den. NU.’
- Hoe bedoel je? Je hebt niks?
- Mama loopt wel even mee.
- Oh, nee da’s weinig, inderdaad. Vast allemaal in de was.
- ‘Hier, trek dit maar aan. Altijd goed.’
- ‘Ik spring er nog snel even onder, Puk. Doe maar even zelf.’
- Wat is dat gehuil nou weer?
- ‘Ja, schat, hij glijdt uit omdat de vloer nat was van mijn natte voeten, oké?!’
- ‘Geef ‘m nou maar een boterham, staat klaar.’
- Goed. Wat voor weer wordt het vandaag?
- Zo warm?! Het is half september?!?
- Na drie jurkjes: Mèn, waarom heb ik niks gestreken. Dit ziet er allemaal toch niet uit?!
- Naar beneden roepend: ‘Nee, ik weet niet waar je sleutels zijn.’
- Mannen! Arrghhh!
- Nou, deze dan maar.
- Zo, nog even zelf mijn tas inpakken.
- ‘Dag lieve Puk, ja fijne dag op school hè, dag papa.’
- Kom Olle, schoentjes aan.
- ‘NEE, NIET je regenlaarzen, kom óp!’
- Sjeees. Waarom plakt de sluiting van het kinderstoeltje zo?
- Nou, dat gaat maar nét dicht. Hup, racen.
- Hoe laat is het nou eigenlijk?
- Kijkend op de klok van de auto; 14.32 uur?!? Wie heeft er nou weer aan die knopjes lopen draaien??? Arrgh!!!!
- Geen tijd om me op te winden. Kom Olle, hup hup.
- ‘Rijd nou eens door, slome! Jees, blijf uit de linkerbaan als je niet kan rijden!’
- ‘Zo, Olle, ga je mee?’
- ‘Nee, laat me maar los liefje, mama moet werken.’
- ‘Ga maar even bij je surrogaatmama op schoot, ik moet echt weg.’
- Nog even zwaaien? Dag kereltje. Kus.
- Even mijn tas zoeken. Wat?!?! Dit meen je niet?!??
- Laptop vergeten??!?
- Snel terug naar huis, dan.
- File. Tuurlijk. Kan er ook nog wel bij.
- Thuis: eerst maar even koffie, dan.
- Vandaag gaat ’t m toch niet meer worden. Zucht.
lees ook: Mijn gedroomde ochtendspits versus de praktijk