Dit zijn de 11 redenen waarom oma en opa zo geweldig zijn
De opa’s en oma’s van onze kinderen: wat zouden we zonder ze moeten? Dag mag ook wel eens gezegd worden. Daarom: 11 redenen waarom opa en oma zo geweldig zijn (plus een paar interessante weetjes over opa’s en oma’s).
Eerlijk is eerlijk: zonder hen waren we nergens. Of op zijn minst toch bijna nergens. Schoonoma sliep hier bijvoorbeeld wekenlang op de bank zodat ze kon helpen met de nachtvoedingen toen onze tweeling net geboren was. Oma en stiefoma komen om de haverklap een tas met speelgoed en kleertjes brengen en oma kocht ook nog eens de halve babyuitzet, plus een moederfiets voor ons. Schoonopa deed op zijn beurt een gezinsauto cadeau (ja, echt waar, hij vond het maar niks dat we met met de kinderwagen op de bus stapten). En omdat schoonopa niet meer zo kwiek is, ging andere opa die auto ophalen ergens honderd kilometer verderop, en hij doet hier ook nog eens allerlei klusjes in en om het huis waar wij niet aan toekomen (onder licht protest, maar mooi dat we nu wel tuinverlichting hebben). En dan is er ook nog een stiefopa (ja, we zijn hier rijkelijk bedeeld), die zijn hele huis vol heeft staan met kinderspullen in de hoop dat we gauw weer eens langskomen. Nou, ik weet niet hoe het met jullie zit, maar ik vond het tijd worden voor de 11 redenen waarom opa’s en oma’s zo geweldig zijn. Bij deze.
- Zonder hen waren we er niet. En onze kinderen ook niet! Wat een ongezellige boel zou dat zijn.
- Met terugwerkende kracht hebben ze ons heel goed opgevoed. Dat zagen we destijds niet, we vonden misschien zelf dat ze er maar weinig van bakten, vooral toen we het in onze puberteit allemaal veel beter wisten, maar nu we zelf kinderen hebben, zeggen we dan toch: chapeau. Kwestie van voortschrijdend inzicht.
- Ze zijn de liefste oppassen. Ooit iemand ontmoet die net zo dol is op jullie kinderen als jij en je man? Oppasopa en oppasoma dus wel. Hier zitten ze uren met de kinderen op de vloer om torens te bouwen, het hobbelpaard te duwen en te puzzelen. Met een engelengeduld waar ik nog een puntje aan kan zuigen. En ze kennen ook nog eens tienduizend liedjes uit de oude doos uit hun hoofd.
- Ze helpen in huis. Liggen de kinderen te slapen, halen ze ook nog eens een stofzuiger door het huis, of ze gaan aardappels schillen, ramen lappen of de rozenstruik snoeien. En dat alles terwijl ze de jongste niet meer zijn hè? Wat een tomeloze energie, nu maar hopen dat wij die van ze geërfd hebben.
- Je mag ze altijd bellen. Voor advies, om uit te huilen of gewoon iemand de oren van het hoofd te kletsen. Vooral de oma’s zijn daar goed in. Heb je ze ooit horen zeggen dat ze je gezeur zat zijn? Nee hoor, ze zijn altijd weer even blij als je belt (en soms zelfs een tikje verontwaardigd als je niet belt, maar hé, dat is goed bedoeld).
- Je kent ze al langer dan vandaag. In tegenstelling tot de oppas, de crècheleidsters en de gastouder. Zeker in het begin is het een ontzettend geruststellende gedachte je kind achter te laten bij iemand van wie je ongeveer weet hoe-ie het er vanaf zal brengen als surrogaatouder.
- Ze zitten vol goeie adviezen. En vaak ook vol minder goeie adviezen. Maar in dat geval komt het gewoon neer op selectief luisteren en/of veel ja knikken en er het jouwe van denken. Het is goed bedoeld, moet je maar weer denken.
- Ze wonen in de buurt. En anders doen ze net alsof ze in de buurt wonen en springen ze gewoon in de auto om even honderdvijftig kilometer te rijden omdat jij een kinderfeestje organiseert.
- Ze nemen altijd cadeaus mee. Is het niet voor jou, dan toch wel voor je kroost. Worden ze mateloos populair door en daarom durf jij je kinderen dan weer met een gerust hart bij ze achter te laten. Ook een soort cadeau.
- Je kunt ze de gekste dingen vragen. Een flesje klaarmaken dat bestaat uit geitenmelk, probiotica en Johannesbroodpitmeel bijvoorbeeld. Of huid-op-huidcontact doen met je baby omdat-ie alleen daarvan kalmeert. Of een boterham in precies 26 stukjes snijden omdat je peuter ’m anders niet eet. Kom daar op de opvang maar eens om.
- Jouw huis is hun huis. En dus zetten ze zomaar een bos bloemen neer, beginnen ze je tafellaken te strijken en vullen ze je keukenkastje aan. Heeft ook een keerzijde, als ze bijvoorbeeld op eigen kracht het meubilair gaan verplaatsen, of het stapelbed uit elkaar halen dat jij net in elkaar hebt gezet omdat ze dat maar niks vinden, maar hé, we zeggen het nog maar eens: het is goed bedoeld. Opa’s en oma’s van onze kinderen, we zijn verschrikkelijk dol op jullie!
Hierbij zoals beloofd nog wat weetjes over opa’s en oma’s:
- Een vrouw wordt gemiddeld op haar 52e oma.
- Een man wordt gemiddeld op zijn 54e opa.
- De helft van de opa’s en oma’s gebruikt WhatsApp.
- Opa’s en oma’s wonen altijd dichtbij: gemiddeld zitten ze 22 kilometer verderop.
- 86% van de opa’s en oma’s bakt nog vaak koekjes.
- 10% van de opa’s en oma’s heeft een tattoo. Stoer!
Hé psssstt… Wij hebben trouwens een geweldige Sint-tip voor je (schoon)moeder!
Lees ook: Wat opa en oma écht denken
Janneke (45) heeft drie dochters: een tweeling van 8 en een peuter van 2. Over de tweelingzwangerschap en -hectiek van de eerste jaren schreef ze het boek O jee het zijn er twee. Tegenwoordig probeert ze vanuit intuïtie en creativiteit te balanceren tussen haar werk als schrijver en het moederschap van drie meiden. Je kunt haar belevenissen ook volgen op haar Instagram.