Tien tips om een huilbaby te overleven

06.12.2019 05:00

Vala schreef al eerder over haar ervaringen met haar dochter, die een hardcore huilbaby was. Destijds had ze er een lief ding voor over om te weten hoe ze de eindeloze dagen vol gekrijs door moest komen. Daarom Vala’s tien beste tips voor moeders met een huilbaby (en sterkte, het gaat voorbij!).

Mijn eerste kind was helemaal geen jankerd, dus ik wist niet wat me overkwam toen ik krap twee jaar later opeens een kleine schreeuwlelijk baarde. Natuurlijk weet je dat het bestaat, een huilbaby, je hebt erover gelezen toen je nog rond en blozend over je dikke buik zat te aaien in je schommelstoel. Maar wat het betekent om een kindje te hebben dat altijd maar huilt kun je je niet voorstellen tot je daadwerkelijk zo’n paars aangelopen hoopje mens in je armen tot kalmte probeert te manen.

LEES OOK: Waarom ik niet in de ‘huilbaby’ geloof.

Voor alle aanstaande moeders en de moeders die op dit moment hun eigen gedachten niet meer kunnen horen door het gekrijs, hierbij tien tips die ik zelf graag had gehad, toen mijn trommelvliezen, en daarnaast mijn geestelijke gezondheid, op het spel stonden.

1. Sluit medische oorzaken uit.
Huilt jouw baby buitenproportioneel veel? Ga dan langs de dokter. Het is altijd verstandig om eventuele lichamelijke oorzaken uit te sluiten. Reflux, koemelkallergie, het hoeft niet, maar het kan wel. En je kunt het maar beter weten.

2. Koop een draagdoek/zak.
Veel baby’s zijn op zoek naar nabijheid en huidcontact. Je kind tegen je lichaam aan dragen zorgt voor een veilig je gevoel, waardoor hij/zij rustiger zal zijn.  Draag je baby zoveel mogelijk rechtop, in de ‘kikkerhouding’, met de knietjes omhoog en gespreid. Dit is ook fijn voor baby’s die last hebben van reflux, waarbij er melk terugstroomt in de slokdarm, wat zorgt voor pijn. Door je kind zoveel mogelijk rechtop te houden, heeft-ie minder last. Let bij het aanschaffen van een drager wel op wat je koopt. Er zijn een aantal dragers op de markt die ergonomisch niet zo goed zijn.

3. Koop een elektrische schommelstoel.
Het zijn grote, onooglijke dingen, waarvoor je bovendien een werktuigbouwkundige nodig hebt om ze in elkaar te zetten. Maar: onze dochter sliep erin. In ieder geval een half uurtje. Het automatische geschommel, het suizende geluid van het mechaniek, wat het was weet ik niet. Maar het werkte.

4. Ga met je baby in bad.
Veel baby’s hebben last van darmkrampjes. Warm water kan verlichting geven. Bovendien helpt het je zelf ook een beetje te ontspannen.

5. Leg je baby met het buikje op je onderarm en schommel je arm heen en weer (niet te hard!).
De druk op het buikje kan ervoor zorgen dat de pijn van krampjes iets afneemt en het wiegen vinden veel baby’s prettig.

6. Wandelen, wandelen, wandelen.
Stop je baby in die draagdoek, of in de kinderwagen en ga lopen. Kilometers heb ik afgelegd met mijn dochter op mijn buik. Verstand op nul, i-Pod met je favoriete muziek op en gaan. Bijkomend voordeel: binnen een paar weken pas je weer in je pré-zwangerschapsjeans.

7. Wissel af met je partner.
Blijf op jezelf letten. Natuurlijk wil je je baby troosten. Maar je bent er zelf ook nog. Waarschijnlijk ben jij sowieso al degene die de meeste zorg op zich neemt de eerste tijd, want jij hebt tenslotte zwangerschapsverlof. Maar probeer de zorg toch te delen. Geef je baby aan je man als hij thuiskomt en ga zelf een rondje lopen, in bad met de deur dicht, of naar een vriendin. Even afstand nemen.

8. Probeer af en toe bij te slapen.
Huilt jouw kind ook ’s nachts veel? Spreek dan met je partner af dat jullie om beurten de nachten doen. Allebei doodmoe heeft geen enkele zin. Of breng je baby af en toe een nachtje uit logeren, als je daar de mogelijkheid voor hebt.

9. Ga niet aan jezelf twijfelen.
Je bent een goede moeder, je doet het prima. Het ligt niet aan jou.

10. Herhaal de volgende mantra in je hoofd: this too, shall pass.
Het gaat over. Echt waar.

LEES OOK: Dé 5 stappen om een huilende baby stil te krijgen.