16 Dingen die je je elke dag weer voorneemt als moeder

16.01.2016 05:00

Als je jezelf weer hoort schreeuwen tegen je kind, of als je weer eens te laat naar bed gaat – je bent de eerste om toe te geven dat je nog wel wat verbeterpuntjes aan jezelf als moeder ziet. En dus neem je je elke dag wel weer een van deze dingen voor.

Ik weet niet zo goed waarom ik nog verbaasd (lees: geïrriteerd) bent als Casper niet op het pad, maar op het modderige gras wenst te lopen, eist dat hij en hij alleen de hondenriem mag vasthouden – en weggooien, zo de modder in – en bijkans hysterisch wordt als hij van mij niet zomaar door iemands voortuin mag banjeren. Casper is namelijk anderhalf en dit schijnt voor anderhalfjarigen heel gemiddeld gedrag te zijn. Bovendien gaat het letterlijk elke keer hetzelfde, dus ik zou het in principe kunnen weten als ik mij waag aan een wandeling. En daarom neem ik me elke keer voor om heel zen te reageren, overal om te lachen en daarna met een kwinkslag mijn kind af te leiden. Lukt zelden, maar toch, een goed voornemen is het halve werk.

Lees ook: 12 Vergissingen die alle jonge ouders maken.

1.Nooit meer schreeuwen…
Natuurlijk ken je de ongeschreven regel dat hoe meer (en hoe harder) jij tegen je kind schreeuwt, hoe minder ie naar je luistert. En zelf gaat terugschreeuwen. Wat er zelden toe leidt dat je kind dus wél z’n jas gaat aantrekken / ophoudt met speelgoed door de kamer smijten / niet meer zeurt om jouw telefoon. De vraag waarom je in vredesnaam nog tegen je kind schreeuwt dringt zich dan ook regelmatig aan je op en aangezien je het antwoord schuldig moet blijven, neem je je dagelijks voor om het niet meer te doen. Met wisselend succes. Zeer wisselend.

2. …en ook nooit meer zuchten
Aangezien je weet dat een kind zelden zomaar doet wat jij wil, hoef je niet echt verbaasd te zijn als er niemand naar je luistert bij een heel redelijk verzoek als ‘sla de hond niet met je speelgoedbezem’ of ‘boterham in je mond, niet in je oor, graag’. En toch begroet je dergelijke situaties, ondanks al je goede voornemens géén zuchtmoeder te worden, met een welgemeende, diepe zucht die op nog geen twee seconden aandacht van je kind hoeft te rekenen. Moet je echt eens mee ophouden, vind je zelf, al is zuchten soms gewoon het enige juiste antwoord.

3. Niet ongevraagd foto’s en filmpjes tonen
Natuurlijk heb je wel gezien dat de 21-jarige stagiaire nog niet zo heel erg in de kinder-fase zit en ergens kun je heus wel bedenken dat ze misschien niet zo zit te wachten op het elfde filmpje van jouw kind dat leert lopen. En dus neem je je voor om haar, en de rest van je collega’s, minder lastig te vallen met beeldmateriaal van je kind dat jijzelf natuurlijk heel erg schattig vindt, maar dat objectief gezien misschien wel een beetje valt in ofwel de categorie ‘meer van hetzelfde’ ofwel ‘je had erbij moeten zijn.’ Je weet wel, waar vroeger, voordat je zelf een kind had, zo’n beetje al het beeldmateriaal in viel dat je ongevraagd onder je neus geduwd kreeg.

4. Op tijd naar bed
Ja, jouw slaapgebrek is heel vaak kindgerelateerd – denk: nachtmerries, honger, speen kwijt, en al dat andere leed waarvoor je ’s nachts uit bed wordt gehuild – maar een uurtje missen tussen drie en vier komt natuurlijk wel een beetje harder aan als je er pas om twaalf uur in lag. Omdat het zo gezellig was. En je verslaafd bent aan Making a Murderer. En Narcos. Maar toch neem je je elke ochtend voor die avond écht om half tien naar boven te vertrekken.

5. Uitsluitend positief blijven
Positief gedrag belonen, negatief gedrag negeren – stond het niet zo mooi beschreven in dat ene handige opvoedboek dat je onlangs maar eens hebt opengeslagen? Waarom sta je dan weer negatief gedrag te bestraffen, terwijl je bij positief gedrag (als je kind drie minuten zichzelf vermaakt met een paar blokken) niet weet hoe snel je je mail moet checken? Nee, dat moet anders. Vanaf nu sta jij aan de zijlijn te juichen als je kind braaf is en tegen de tijd dat die blokken tegen de muur vliegen, kijk je gewoon de andere kant op (best een mooi moment om je mail te checken, trouwens).

6. Meer genieten van kleine dingen
Een welgemeende kwijl-en-snot-kus van je peuter, je baby die de slappe lach krijgt omdat jij alleen maar je tong uitsteekt, zien hoe blij je dreumes is als je samen een boekje leest – eigenlijk ga je er vrijwel altijd aan voorbij omdat je in je hoofd veel te druk bent met wat er allemaal nog moet. Terwijl je je nog zo had voorgenomen meer stil te staan bij die dagelijkse momenten. Je weet wel, van die momenten waarvan je later denkt: had ik er maar meer bij stilgestaan.

7. Minder op de iPad
Sinds je hebt gelezen dat de maximale beeldschermtijd voor een klein kind vijf minuten per dag is, voel je je toch een tikje schuldig over het uur dat je peuter zich vermaakt met ongetwijfeld heel educatieve apps als memory en boerderijdieren raden. Die, zo moet je toegeven, het gros van de tijd vooral tot doel hebben jou even wat tijd te bezorgen waarin je je handen vrij hebt. Maar nadat je het rijtje ‘gevolgen van te veel tijd achter een scherm’ hebt gelezen, neem je je streng voor de vijf minuten niet langer te overtreden. In principe. Met een uitschieter naar tien. Hooguit vijftien.

8. Meer tijd voor je man
Omdat jij natuurlijk niet zo’n moeder zonder leven wilde worden, heb je al voor de geboorte van je kind de jaarplanner erbij gepakt en de avonden afgekruisd waarop je gaat sporten / borrelen met vriendinnen / kantklossen / naar de sauna / iets anders waar je geen moeder bent maar gewoon je oude zelf en waar je enorm werkt aan je eigen geluk, sociale contacten of andere zinvolle zaken. Beetje jammer wel dat je relatie op die planning nogal ontbreekt. Dat moet anders. En dus neem je je voor om elke maand minstens één avond us-time te blokken, inclusief kind uit logeren en alles. En dan dus niet te gaan bankhangen, Netflixen of eindeloos over de kinderen praten, maar dingen uit een ver verleden te doen als uit eten, dansen of een good old potje seks.

9. Niet oordelen over andere moeders
Goh, de mijne gedraagt zich wel, denk je met een heel klein vleugje triomf als je de moeder aan het tafeltje naast je in het restaurant ziet ploeteren om een gillende peuter met een driftbui stil te krijgen. Om je meteen daarna te schamen voor je eigen gedachten, want was dat eeuwige ge-oordeel en bekritiseer tussen moeders nou niet iets waar je zelf horendol van werd? Dus wenk je de ober, bestelt een extra groot glas rosé en laat dat met een blik vol begrip afleveren bij de moeder in kwestie, terwijl je je voorneemt vanaf nu echt altijd naast je medemoeders te staan in plaats van erboven.

10. Zen reageren op pindakaas in peuterhaar
Ergens rond je zesde verjaardag ben je – overigens geheel in lijn met een normale menselijke ontwikkeling – het vermogen verloren de enorme lol in te zien van een boterham met pindakaas in je haar smeren. Maar toevallig vind je peuter van twee dat het summum van grappig. En dat weet je ook wel, dus neem je je elke dag opnieuw voor daar heel zen op te reageren, gewoon met een washandje dat plakspul eruit te poetsen en daarna uitgebreid met je kind te highfiven dat het allemaal weer is gelukt en dat een deel van de boterham daadwerkelijk in de buik van je kind is verdwenen. Althans, in theorie neem je je dat voor. Omdat het zo’n leuk idee is. Behalve als je al laat bent voor de crèche.

11. Geen clichés gebruiken
En dan hoor je jezelf ineens tegen de kinderloze vriendin zeggen: ’Maar je krijgt er wel heel veel voor terug.’ Eh… sinds wanneer gebruik jij dit soort taal waar je vroeger zo ontzettend van gruwelde dat serieus overwogen hebt er vriendschappen voor te verbreken? En die je nooit zelf zou gebruiken? Nog zo eentje: het is een fase. Terwijl je het jezelf hoort uitspreken neem je je stellig voor nooit meer zo’n irritant cliché in de mond te nemen. Tot je net bevallen vriendin zich enigszins wanhopig afvraagt of alles ooit nog goedkomt en jij zonder nadenken vergoelijkend zegt: ‘Joh, je vergeet het ook zo weer.’

12. Alles bijhouden
Ieder schopje in de zwangerschap, iedere beweging van je mini-baby, iedere enórme stap in de ontwikkeling, ieder schattig woordje dat je peuter verhaspelt – je zou het allemaal bijhouden in dat veel te dure (maar: nodig, want: eeuwigheidswaarde), prachtige opschrijfboek dat je overmand door zwangerschapshormonen aanschafte. Inmiddels is je kind drie en heb je net aan de geboortedatum genoteerd. Maar daar gaat verandering in komen. Als je ooit tijd hebt.

13. Niet vergelijken
Ontzettend leuk dat je buurjongetje al met negen maanden kon fietsen en je nichtje op haar eerste verjaardag het alfabet opzei, maar jouw kind kan dat toevallig allemaal nog niet. En dat is heel oké. Dus waarom voel je je dan toch zo onzeker als de eerste stappen met vijftien maanden nog niet zijn gezet? En je kind niet vooruit komt op de loopfiets dat hij voor z’n tweede verjaardag heeft gekregen?

14. Voldoende tijd uittrekken
Er zijn van die woorden die gewoon heel moeilijk samengaan met kinderen. Snel, bijvoorbeeld. Dus neem je je dagelijks voor niet meer even snel een jas bij je kind te willen aantrekken, snel een rondje door de supermarkt te willen maken, snel een luier te willen verschonen of snel een banaan bij je kind naar binnen te willen proppen. Nee, jij gaat voldoende tijd nemen. En realistisch plannen. Zodat het dus helemaal niet erg is als je kind na elke hap banaan echt even de Bumba-tune moet zingen of in de supermarkt 35 keer de verkeerde kant op loopt. Nu nog even snel waarmaken ook, dit voornemen.

15. Minder aan die telefoon vastgeplakt zitten
Want eigenlijk is het best erg, als je erover nadenkt, hoeveel tijd je besteedt aan dat schermpje. Dat ga je heel anders doen. En je gaat natuurlijk ook minder denken aan wat je allemaal op je telefoon had kunnen doen terwijl je zit te duplo’en.

16. Sowieso meer duplo’en, en samen spelen…
… en voorlezen. Dat ook. Is namelijk heel goed voor de ontwikkeling. En de band tussen jou en je kind. Dat lees je overal. Dus dat ga je echt meer doen. Vanaf nu stop jij je tijd in Dikkie Dik. Nou ja, vanaf morgen.

Lees ook: 25 Volslagen idiote dingen die ouders voor hun kinderen doen.